Een stoornis van het velofaryngale mechanisme leidt tot een gestoorde spraakproductie. Velofaryngale stoornissen kunnen veroorzaakt worden door een anatomisch, neurogeen of functioneel defect. Om de spraak en spraakverstaanbaarheid bij deze patiënten te optimaliseren worden verschillende behandelingsmogelijkheden toegepast, met name chirurgische en/of prothetische en/of logopedische interventies. In de internationale literatuur werden tot nog toe echter weinig studies gepubliceerd omtrent de effectiviteit van de logopedische behandelingsstrategieën. In dit artikel zullen de verschillende therapiestrategieën voor spraakproblemen bij patiënten met velofaryngale stoornissen worden voorgesteld. Vervolgens zal specifiek de effectiviteit van spraakverbeterende chirurgie en naso-endoscopische biofeedback worden aangetoond aan de hand van twee casussen vanuit de klinische praktijk.
DOCUMENT
Psychotherapie helpt mensen met ernstige (borderline) persoonlijkheid- stoornissen, maar er is veel uitval. collaborative care verbetert de omstandigheden voor behandeling en de werkrelatie, tot tevredenheid van patiënten, naasten en verpleegkundigen.
DOCUMENT
De diagnoses dissociatieve identiteitsstoornis en dissociatieve stoornis n.a.o. worden de laatste jaren steeds vaker gesteld. Dit komt doordat steeds meer behandelaren bekend zijn met deze stoornis, deze eerder herkennen en betrekken bij hun diagnostiek. In dit artikel wordt ingegaan op de complexe dissociatieve stoornis, symptomen, diagnostiek en behandeling.
DOCUMENT
Kinderen van ouders met een angst- of stemmingsstoornis hebben een verhoogd risico om zelf een angst- of stemmingsstoornis te ontwikkelen. Uit een kwalitatief onderzoek naar de verschillende componenten van goed onderzochte preventieprogramma’s blijkt dat deze programma’s allemaal gebruikmaken van psycho-educatie. Programma’s die in de eerste plaats gericht zijn op kinderen, gebruiken vaak elementen uit de cognitieve gedragstherapie. Programma’s die gericht zijn op het hele gezin bevatten componenten die gericht zijn op de communicatie tussen familieleden en op opvoedvaardigheden. In het algemeen zijn deze preventieprogramma’s effectief om angst- of stemmingsstoornissen op korte en lange termijn te voorkomen en bestaande symptomen bij kinderen te verminderen. Toekomstig onderzoek moet meer aandacht besteden aan hoe, en voor wie, de preventieprogramma’s effectief zijn. De eerstelijnsgezondheidszorg speelt een belangrijke rol bij het identificeren van kinderen met een verhoogd risico. Nascholing van professionals op dit gebied is dus belangrijk. Hierdoor kunnen kinderen met lichte klachten eerder in beeld komen waardoor ernstige problematiek en een intensief behandeltraject mogelijk voorkomen kunnen worden.
DOCUMENT
Wanneer patiënten hersteld zijn van een angststoornis of depressie, hebben zij een hoge kans terug te vallen. De onderzoekers ontwikkelden een terugvalpreventieprogramma. De interventie werd aangeboden aan patiënten die eerder behandeling ontvingen voor een angststoornis of depressie in de basis of specialistische GGZ en daarna in volledige of gedeeltelijke remissie waren. De praktijkondersteuner huisarts GGZ (POH-GGZ) begeleidde patiënten bij het volgen van deze interventie. Dit artikel biedt inzicht in de toepassing van en ervaringen met dit terugvalpreventieprogramma.
DOCUMENT
De somatische gezondheidstoestand van patiënten met een 'servere mental illness' (SMI) of ernstige psychiatrische aandoening - waaronder schizofrenie, ernstige depressie, schizo-affectieve en bipolaire stoornissen - krijgt steeds meer aandacht in de geestelijke gezondheidszorg. Somatische screening en de hierop volgende behandeling zijn van cruciaal belang voor een goede lichamelijk een geestelijke gezondheid van deze patiënten.
DOCUMENT
Het Interventieprotocol Zorg in Samenwerking (ZiS) bestaat uit 3 delen: het Achtergronddocument, het Handboek en het Werkboek. In deel I, het Achtergronddocument, worden de theoretische achtergronden van het programma beschreven. Deel II, het Handboek, levert praktische handleidingen en instructies voor de uitvoering van het programma. ZiS bestaat uit een aantal onderdelen, deze corresponderen met het los bijgeleverde Werkboek (deel III), dat speciaal is geschreven voor de patiënt.
MULTIFILE
De psychische stoornis depressie geldt wereldwijd als centraal probleem voor de volksgezondheid. De vraag echter wat depressie precies is, kent nogal uiteenlopende antwoorden. Bovendien ligt het dominante kader waarbinnen men geacht wordt psychische stoornissen te benaderen en te behandelen vanuit verschillende zijden onder vuur. In dit artikel wordt in plaats van een biomedisch en individualiserend perspectief een cultuurfilosofisch licht op het fenomeen geworpen. Wat zegt de zogeheten depressie-epidemie over de aard van onze hedendaagse cultuur en de plaats van het individu daarbinnen? Op welke wijze wordt het individu door deze cultuur beïnvloed of gevormd? Is deze ‘vorming’ wellicht depressogeen, maakt zij ons in zekere zin ontvankelijker voor datgene wat wij ‘depressieve stoornis’ noemen? Dat laatste is inderdaad het geval, zo luidt hier de gedachte. Depressie is in de grond niet zozeer extreme somberheid of geremdheid, maar existentieel isolement. En de hyperindividualistische en ultradynamische aard van onze laatmoderne, ultraliberale cultuur werkt zulk isolement in de hand.
DOCUMENT
Achtergrond In de psychiatrie zijn er nog té weinig aandacht voor en kennis over lichte verstandelijke beperking (lvb). Agressieproblemen komen regelmatig voor bij patiënten met een lvb die in de ggz behandeld worden en/of opgenomen zijn. Doel Verhelderen van achtergronden van agressieproblemen en adviezen voor voorkómen ervan. Methode Bespreken literatuur en praktijkervaring. Resultaten Agressieproblemen worden niet alleen veroorzaakt door factoren die te maken hebben met de lvb of met psychische stoornissen, maar ook door factoren in de therapeutische context van de patiënt. Dit betreft bijvoorbeeld de bejegeningsstijl van de begeleider en diens persoonlijke kenmerken, het behandelklimaat, en het werk- en organisatieklimaat. Conclusie De behandeling van opgenomen agressieve patiënten met een lvb kan effectiever worden als gericht aandacht wordt besteed aan het herkennen van de lvb en aan de kwaliteit van de pedagogische bejegening door de begeleiders, aan het vormgeven van een open leefklimaat en door te investeren in een goed werkklimaat.
LINK