Studieloopbaanbegeleiding is 'hot' in het hoger beroepsonderwijs. Het wordt door alle hogescholen ingezet als het belangrijkste instrument om studenten tot grotere zelfsturing te brengen. Er zijn dan ook in de afgelopen jaren flinke investeringen in studieloopbaanbegeleiding gedaan, maar deze investeringen lijken tot op dit moment nauwelijks te renderen. Studenten zijn niet positief over de geboden studieloopbaanbegeleiding. Uit kwalitatief onderzoek blijkt dat studenten nauwelijks weten wat reflecteren precies is; zij leggen geen verbinding tussen de leerstof en zichzelf en zien reflectie te ervaren als een verplicht nummer. Alle reden dus om na te gaan hoe studieloopbaanbegeleiding in het HBO op dit moment functioneert, wat de resultaten ervan zijn in termen van loopbaancompetenties en welke leeromgevingen gunstig zijn voor loopbaanleren. In het rapport wordt verslag gedaan van een onderzoek naar het loopbaanleren onder 4820 studenten en 371 studieloopbaanbegeleiders, afkomstig uit diverse studierichtingen van 11 hogescholen. Onder loopbaanleren verstaan wij het leerproces waarin studenten gaandeweg zelfsturend worden wat betreft hun (studie)loopbaan. In dit onderzoek hebben we een antwoord trachten te vinden op zes onderzoeksvragen, terwijl we twee hypothesen hebben getoetst. Hieronder worden de zes vragen afzonderlijk beantwoord en worden de voornaamste conclusies met betrekking tot beide hypothesen besproken.
Deel 1 van het project Studeren zonder financiële zorgen. Hebben hbo-studenten financiële zorgen en heeft dit impact op hun studie? Deze vraag staat centraal in dit onderzoek. Door middel van een online enquête zijn studenten van vijf hogescholen bevraagd (n=4.901). Bijna de helft van de studenten heeft een lening en/of collegegeldkrediet bij DUO. Ruim een kwart van deze groep ervaart vaak zorgen over de eigen studieschuld (28%). De helft van de groep met een lening en/of collegegeldkrediet ervaart soms zorgen (49%). Een derde van de studenten kan geen schatting geven van de hoogte van de eigen studieschuld is (34%). Twee op de tien studenten (21%) geeft aan moeilijk rond te komen en 39% geeft aan niet makkelijk, maar ook niet moeilijk rond te komen. Moeilijk rondkomen heeft vooral te maken met de hoge studiekosten en de beperkte inkomsten.
Op het terrein van onderwijs en ICT investeren onderwijsinstellingen, bedrijven, brancheorganisaties en overheden in het bewerkstelligen van leertechnologie-afspraken. Het doel van die gezamenlijke inspanning is om het onderwijs te kunnen verbeteren en efficiknter te maken. Gedeelde opvattingen, vastgelegd in specificaties en standaarden, maken uitwisseling van gegevens mogelijk tussen uiteenlopende systemen. Dat biedt grote kansen voor onderwijsvernieuwing. Basisgegevens hoeven slechts op iin plek onderhouden te worden, maar zijn toch voor iedere instelling bruikbaar: eenmaal gemaakte lesmaterialen kunnen in verschillende leeromgevingen worden ingezet, studenten kunnen zich flexibel inschrijven voor cursussen aan verschillende instellingen terwijl hun studievoortgang zonder probleem wordt geregistreerd. Deze processen zijn essentikle voorwaarden voor een duurzame ontwikkeling van e-learning in de Lage Landen. Als samenwerkingsorganisatie voor het hoger onderwijs in Nederland neemt SURF deel aan de mars naar standaardisatie binnen de leertechnologie. De SURF SiX expertisegroep, een Special Interest Group van SURF, onderneemt activiteiten om realisatie en gebruik van leertechnologie-afspraken te bevorderen die voor het Nederlandse hoger onderwijs bruikbaar en nuttig zijn en die blijvende aansluiting van Nederland bij internationale e-learningontwikkelingen garanderen. Met dit boek geeft SURF SiX een brede groep onderwijsontwikkelaars en geonformeerde eindgebruikers inzicht in de huidige Nederlandse situatie op het gebied van leertechnologie-afspraken. Daarnaast wil dit boek laten zien dat leertechnologiespecificaties en standaarden meerwaarde hebben.
In dit onderzoeksproject, Flexibilisering en studiesucces in hoger beroepsonderwijs, zal onderzocht worden welke kenmerken van flexibele onderwijsprogramma's van invloed zijn op het studiesucces van studenten in het hoger beroepsonderwijs. Studiesucces, in termen van studievoortgang, drop out en diplomakans, staat in het hoger beroepsonderwijs onder druk. Daarbij blijkt dat bepaalde groepen studenten minder succesvol zijn dan andere. Veel hogescholen experimenteren met interventies om belemmeringen in studiesucces weg te nemen. Een belangrijke en populaire veronderstelling is dat flexibilisering van opleidingen het studiesucces zal vergroten. Flexibilisering maakt het immers mogelijk rekening te houden met de onderwijsbehoeften van (specifieke groepen) studenten, wat het risico van studie-uitval zou kunnen verminderen. Het concept flexibiliteit is echter nog onvoldoende eenduidig gedefinieerd. Ook is weinig onderzoek gedaan naar de effecten (positief en/of negatief) van verschillende vormen van flexibilisering op het studiesucces. Dit onderzoek richt zich specifiek op de vraag welke karakteristieken van flexibele curricula een positieve invloed hebben op het studiesucces van een groep studenten 'at risk': studenten die in deeltijd studeren. Deze karakteristieken zullen voor de praktijk in de vorm van ontwerprichtlijnen worden geformuleerd en gevalideerd.