In Nederland is een debat ontstaan over het veranderen van het armoede- en schuldenbeleid. Waar vanuit de rijksoverheid echte verandering van dit beleid vooralsnog uitblijft, zijn gemeenten flexibeler en passen ze innovatieve praktijken toe. Dit artikel focust op de Frontlijnbenadering in Rotterdam die in haar ruim twintigjarig bestaan een alternatieve manier van hulpverlening heeft ontwikkeld. De aanpak weet zich te onderscheiden door een aantal systemische tekortkomingen van het huidige beleid te bestrijden, waaronder niet-gebruik en een gebrek aan vertrouwen, gebrek aan eigen regie en geen duurzame uitstroom uit regelingen. De auteurs bespreken een ‘tuiniersbenadering’, als antwoord op de ‘ingenieurs benadering’ in het reguliere beleid, en verkennen de implicaties hiervan voor systeemverandering in het armoede- en schuldenbeleid.
DOCUMENT
Het meeste vlees dat Nederlanders eten wordt niet duurzaam geproduceerd. Veel productie leidt tot overbemesting, kost veel water en gaat ten koste van de biodiversiteit en het landschap, terwijl dierenwelzijn niet per se is geborgd. Hogeschool Van Hall Larenstein participeerde binnen het onderzoek ‘Dierzaam’ van de Hogeschool Utrecht. Het project zocht naar marketingstrategieën die consumenten verleiden om over te stappen naar meer duurzaam geproduceerd vlees. In dit whitepaper beschouwt Van Hall Larenstein (VHL) de kansen in de keten vanuit het perspectief van de boer. Hiervoor bestudeerden onderzoekers literatuur en inspirerende voorbeelden. Meer aandacht voor dierenwelzijn zal leiden tot extensivering van de veehouderij. De milieubelasting van vlees wordt bepaald op veel criteria, de uitkomsten verschillen per diersoort en voor traditioneel of organische houderijsystemen. Over het algemeen zijn kip- en varkensvlees minder milieu belastend dan rundvlees. Echter, varkens en kippen eten weer meer granen die wereldwijd voor mensen belangrijk zijn en rundvee kan daarentegen op grasland leven. Voor de omschakeling naar duurzame vleesvee houderij is een systeemverandering nodig waar álle partijen een rol in hebben. De boer moet voldoen aan de vele normen en heeft deskundigheid nodig. Sociale media kunnen een transparante communicatie tussen boer en consument ondersteunen. De supermarkt en de slager kunnen het eigen assortiment kiezen en meer communiceren en informeren en de consument maakt uiteindelijk de keuze in de winkel. De overheid moet zich actiever opstellen in markt- en prijsbeleid. Boeren staan onder druk door enerzijds maatschappelijke eisen en aan de andere kant de kostprijs van duurzame productie. Een eerlijk en duurzaam verdienmodel voor de boer vereist een hogere vleesprijs, gecombineerd met betalingen van de boer voor maatschappelijke (ecosysteem)diensten.
DOCUMENT
Wat kunnen we doen om van tientallen losse pilots op kringlooplandbouw te komen tot een nieuw voedselsysteem? Dat is de centrale vraag voor het lectoraat van Rik Eweg bij Hogeschool Van Hall Larenstein. Hij doet samen met ondernemers, docenten, overheden en studenten van hbo en mbo praktijkgericht onderzoek naar zo’n systeemverandering in de Achterhoek en Noord-Nederland. "Het moet niet alleen van de boeren komen, maar van de hele keten."
DOCUMENT
Leidt de democratiseringsambitie van de gemeente Amsterdam tot fundamentele verandering van de manier waarop zij haar bewoners bij het besturen van de stad betrekt, of blijft het bij geïsoleerde experimenten? Wij betogen dat de experimenten in de stad leiden tot spanningen tussen de participatieve democratie en de institutionalisering van de representatieve democratie en stellen dat echte vooruitgang in participatief en co-creatief bestuur niet is gelegen in het vinden van 'olifantenpaadjes', maar in het agenderen van die spanning in discussies over systeemvernieuwing.
LINK
Het project SUSTainable Artistic INnovation (SUSTAIN) is een samenwerkingsproject tussen de Haagse Hogeschool en Avans Hogeschool. Het onderzoek is uitgevoerd door Jacco van Uden (lector Verandermanagement) en Kim Caarls van De Haagse Hogeschool; en Godelieve Spaas (lector Gemeenschappelijke Economie), Olga Mink en Marga Rotteveel van Avans Hogeschool. Daarnaast hebben we nauw samengewerkt met zes Spacemakers: Art Partner, Circus Andersom, Future of Work, In4Art, V2_ en Waag. SUSTAIN onderzoekt de rol van Spacemakers: partijen die willen bijdragen aan systemische verandering door ruimte te creëren voor kunst op ongebruikelijke plekken, zoals binnen de economie, wetenschap of technologie. Het doel: met kunst werken aan een duurzame en rechtvaardige samenleving - ecologisch, economisch en sociaal. De verwachtingen van wat kunst kan betekenen in andere sferen dan de kunstwereld zelf zijn soms hooggespannen. Bijvoorbeeld wanneer we claimen dat kunst de motor van innovatie en reflectie kan zijn. Maar de ervaring leert: kunst is geen panacee. Niet iedereen ziet of erkent de meerwaarde van kunst bij transitievraagstukken. En wanneer kunst wel aan tafel komt, weten we de ontregeling niet altijd werkzaam te maken. Kunstenaars onderzoeken het onbekende, stellen vragen bij wat logisch lijkt en verbinden schijnbaar ongelijksoortige elementen. Juist die kwaliteiten zijn van groot belang voor het realiseren van systeemtransities. Het is echter niet altijd gemakkelijk om toegang te krijgen tot de ruimtes waar kunstenaars een impact willen hebben. Met dit praktijkonderzoek biedt SUSTAIN meer inzicht in de precieze rol, werkwijze en toegevoegde waarde van Spacemakers in de te maken transitie. Het onderzoek en de resultaten dragen bij aan de verdere professionalisering van deze opkomende sector. Onderzocht is hoe Spacemaking-praktijken door de verschillende organisaties worden vormgegeven: - Waarom doen Spacemakers wat ze doen? - Wat zien zij als de belofte van kunst buiten de kunsten? - Hoe gaan zij concreet te werk in het maken van ruimte voor kunst? - Hoe gaan Spacemakers om met de spanningen die ontstaan als kunst zich in niet-kunstzaken gaat mengen en andersom? - Hoe gaan Spacemakers om met de ingewikkelde vraag naar meerwaarde of impact van kunst én van zichzelf als ruimtemakers? SUSTAIN heeft twee belangrijke resultaten opgeleverd: 1) De Spacemaker Toolbox, een praktische tool voor Spacemakers om hun werk te verkennen en intern te professionaliseren. Het gaat om vier modellen met een gebruiksaanwijzing. 2) The Spacemaker Stories, een serie cahiers waarin we de Spacemaker praktijk van een afstand bekijken en Spacemakers helpen duidelijker te verwoorden wat ze doen, waarom ze het doen, hoe ze het doen en welke waarde ze creëren. De vijf cahiers zijn: De Roeping (38 p.), De Belofte van Kunst (39 p.), De Spanning (49 p.), De Hulp (44 p.) en De Gift (30 p.).
MULTIFILE
Het project SUSTainable Artistic INnovation (SUSTAIN) is een samenwerkingsproject tussen de Haagse Hogeschool en Avans Hogeschool. Het onderzoek is uitgevoerd door Jacco van Uden (lector Verandermanagement) en Kim Caarls van De Haagse Hogeschool; en Godelieve Spaas (lector Gemeenschappelijke Economie), Olga Mink en Marga Rotteveel van Avans Hogeschool. Daarnaast hebben we nauw samengewerkt met zes Spacemakers: Art Partner, Circus Andersom, Future of Work, In4Art, V2_ en Waag. SUSTAIN onderzoekt de rol van Spacemakers: partijen die willen bijdragen aan systemische verandering door ruimte te creëren voor kunst op ongebruikelijke plekken, zoals binnen de economie, wetenschap of technologie. Het doel: met kunst werken aan een duurzame en rechtvaardige samenleving - ecologisch, economisch en sociaal. De verwachtingen van wat kunst kan betekenen in andere sferen dan de kunstwereld zelf zijn soms hooggespannen. Bijvoorbeeld wanneer we claimen dat kunst de motor van innovatie en reflectie kan zijn. Maar de ervaring leert: kunst is geen panacee. Niet iedereen ziet of erkent de meerwaarde van kunst bij transitievraagstukken. En wanneer kunst wel aan tafel komt, weten we de ontregeling niet altijd werkzaam te maken. Kunstenaars onderzoeken het onbekende, stellen vragen bij wat logisch lijkt en verbinden schijnbaar ongelijksoortige elementen. Juist die kwaliteiten zijn van groot belang voor het realiseren van systeemtransities. Het is echter niet altijd gemakkelijk om toegang te krijgen tot de ruimtes waar kunstenaars een impact willen hebben. Met dit praktijkonderzoek biedt SUSTAIN meer inzicht in de precieze rol, werkwijze en toegevoegde waarde van Spacemakers in de te maken transitie. Het onderzoek en de resultaten dragen bij aan de verdere professionalisering van deze opkomende sector. Onderzocht is hoe Spacemaking-praktijken door de verschillende organisaties worden vormgegeven: - Waarom doen Spacemakers wat ze doen? - Wat zien zij als de belofte van kunst buiten de kunsten? - Hoe gaan zij concreet te werk in het maken van ruimte voor kunst? - Hoe gaan Spacemakers om met de spanningen die ontstaan als kunst zich in niet-kunstzaken gaat mengen en andersom? - Hoe gaan Spacemakers om met de ingewikkelde vraag naar meerwaarde of impact van kunst én van zichzelf als ruimtemakers? SUSTAIN heeft twee belangrijke resultaten opgeleverd: 1) De Spacemaker Toolbox, een praktische tool voor Spacemakers om hun werk te verkennen en intern te professionaliseren. Het gaat om vier modellen met een gebruiksaanwijzing. 2) The Spacemaker Stories, een serie cahiers waarin we de Spacemaker praktijk van een afstand bekijken en Spacemakers helpen duidelijker te verwoorden wat ze doen, waarom ze het doen, hoe ze het doen en welke waarde ze creëren. De vijf cahiers zijn: De Roeping (38 p.), De Belofte van Kunst (39 p.), De Spanning (49 p.), De Hulp (44 p.) en De Gift (30 p.).
MULTIFILE
Slechts 39% van de Nederlandse jongeren tussen 12 en 17 jaar voldoet aan de beweegrichtlijnen. Om dit aan te pakken is samenwerking tussen burgers, overheid, kennisinstellingen, organisaties en bedrijven nodig. Dit wordt onderzocht binnen ‘VMBO in Beweging’. In het eerste deel verzamelen we de wensen en behoeften van vmbo-jongeren op het gebied van beweging in en rondom school.
MULTIFILE
Dit boekje is een weerslag van de inaugurele rede als Lector Biobased Economy bij Hogeschool Van Hall Larenstein die Hans Derksen op 8 mei 2012 hield. De kern van het betoog is wat de biobased economy kan betekenen voor een duurzame samenleving. Maar ook wat deze niet kan betekenen, want biomassa is niet de oplossing voor alles. Uiteindelijk gaat het vooral over de kansen die biomassa, en meer in het bijzonder een biobased economy, de mens biedt.
DOCUMENT
Het lectoraat Energietransitie van EnTranCe, het Centre of Expertise Energyvan de Hanzehogeschool Groningen, richt zich op de systeemverandering dienodig is om de Energietransitie vorm te geven. Een systeemverandering, wantde energietransitie is meer dan het vervangen van centrales door windmolens enzonnepanelen. Het vraagt, naast technologische veranderingen, ook veranderingen binnen het sociaal-economische stelsel.Onze maatschappij is verslaafd aan energie en aan het gegeven dat het altijdonbeperkt beschikbaar is. Willen wij onze standaard van leven kunnen handhaven, dan moeten we bereid zijn om zaken aan te passen. Na de tweede wereldoorlog heeft onze energievoorziening zich sterk gecentraliseerd ontwikkeld, met grote partijen en infrastructuur (macro) die daar de regie op hebben. De groeiende wens vanuit de samenleving om zelf keuzes te kunnen maken in het gebied dat mensen zelf kunnen beïnvloeden (micro) zorgt voor een sterke ‘bottom up’ beweging rondom verduurzaming. In onze visie zullen de belangrijkste doorbraken rond de transitie nodig zijn daar waar de macro- en micro ontwikkelingen elkaar raken: het meso niveau. Hier is het dat het transitieproces zich het sterkst zal manifesteren. De onderzoekslijn ‘De rol van waterstof binnen de energietransitie’ binnen dit lectoraat richt zich dan ook op mogelijke productie en toepassingen van duurzame waterstof op dit mesoniveau. Het niveau van een dorp, een wijk , een blok huizen of een bedrijf. Ook hier kijken we naar de verandering van het gehele systeem: optechnologieniveau, de integratie met het macrosysteem, de mens, economie ende juridische praktijk. Samenwerking met andere lectoraten is dan ook van grootbelang.
DOCUMENT