The focus of my research is how Bartholomeus Guesthouse (BG), founded in 1407 by Willem van Abcoude, has organized care over more than 600 years for the elderly and elderly sick people in the Centre of Utrecht. After the reorganization of 1817 -by Royal Law- the 7 (9) Guesthouses were merged to one Board called “College van Regenten der Vereenigde Gods-en Gasthuizen” .They have had their domicile in Bartholomeus Guesthouse. This Guesthouse survived as elderly care centre on particular foundation, which has meant until today that people from different religions were welcome. The properties of the other guesthouses came under supervision of the Board of “Vereenigde Gods-en Gasthuizen”. The heritage of the other foundations was , in terms of property and land, considerable. In my paper I will present the following items: -An inventarisation of the situation after 1817 and the ‘cameren’ (vrij woningen) of the different guesthouses in Utrecht and what their (living) conditions were at that time; -the Policy of the Board supervising the Free Houses/ Cameren for Elderly during this area; the observation of the archive manager S.Muller Fz.is good illustration of the situation in 1900; -the inhabitants of the ‘vrij woningen’; the selection and the rules as part of the social housing policy; - a more general analysis: the policy of poor relief and the debate of who had to take care of the poor? - all subjects give an answer to the question whether or not poor relief can be regarded as a safety valve for the (lower) middle class, in the ninetheenth century.
DOCUMENT
Uitgebreide online versie. Met dit voorbeeldenboek laten we zien hoe een straat klimaatbestendig ingericht kan worden, wat een klimaatbestendige inrichting kost, maar vooral ook wat de voordelen zijn. Voor karakteristieke - en voor veel gemeenten herkenbare - straten hebben we telkens vier inrichtingsmogelijkheden uitgewerkt met de bijbehorende kosten en baten. Naast de algemene overeenkomsten die straten van eenzelfde wijktypologie hebben, kunnen er ook lokale verschillen zijn waardoor klimaatadaptatie niet op eenzelfde manier kan worden ingevuld. Het gaat hier om het maaiveldverloop, de bodemopbouw en de grondwaterstanden. Naast de investeringskosten zijn de onderhoudskosten en kosten als gevolg van eventuele waterschade meegenomen.
MULTIFILE
Nederland staat voor een grote woningbouwopgave. Volgens cijfers van het CBS moeten er tot 2030 een miljoen woningen gebouwd worden in Nederland. De vraag naar nieuwe woningen concentreert zich met name in de stedelijke gebieden. Den Haag wil binnenstedelijk het aantal woningen verdubbelen in het zogenaamde Central Innovation District. Volgens de huidige plannen komen in het CID de komende jaren 20.500 woningen bij voor 40.000 nieuwe inwoners. Ten aanzien van stedenbouw kiest de gemeente Den Haag ervoor om het CID te ontwikkelen tot een centrummilieu: een gebied met een hoge concentratie van wonen, werken en andere voorzieningen. De functiemenging wordt onder andere ingevuld door middel van hoge bouw en hoogbouw waarbij de plint een belangrijke rol vervult. Maar hoe kan de buitenruimte van het CID zo worden ingericht dat het bijdraagt aan de kwaliteit van leven van de bewoners? In antwoord op deze vraag zijn in het afgelopen jaar een drietal expertmeeting georganiseerd vanuit De Haagse Hogeschool in samenwerking met de gemeente Den Haag. Deze expertmeetings vonden plaats in november 2020, januari 2021 en maart 2021. Hierbij wordt gefocust op drie thema’s, namelijk sociale eenzaamheid & architectuur, gezondheid & de openbare ruimte en stedelijke vernieuwing en ongelijkheid. De expertmeetings vonden alle drie online plaats.
DOCUMENT
How and where can Dutch design entrepreneurs find work in Germany? This was the question DutchDFA put to the research team at Inholland University of Applied Sciences in February 2010. But the researchers took a different angle, and generated unexpected data, revealing patterns, and valuable new insights into practicing design and architecture abroad.
DOCUMENT
Gemengde woonprojecten zijn woonvormen waarin verschillende groepen mensen doelbewust samenwonen, contact onderhouden en gezamenlijk activiteiten ondernemen. Deze vorm van huisvesting is de laatste jaren populair geworden vanwege het tekort aan sociale huurwoningen voor starters en de vraag naar woningen voor allerlei groepen met (tijdelijke en) urgente woonbehoeften, zoals erkende vluchtelingen (statushouders). Naast het vervullen van een woonbehoefte spelen bij gemengd-wonen projecten met statushouders vaak ook andere maatschappelijke doelen een rol, zoals participatie en integratie. Woningcorporatie Stadgenoot is sinds 2018 gestart met drie gemengd wonen projecten (Stek-projecten). Mede geïnspireerd door andere gemengd-wonen projecten in Amsterdam, is voor de Stek-projecten ingezet op het opbouwen van een community en het bevorderen van ‘een goede buur zijn’. Daarnaast is het contact met Stadgenoot en ondersteunende organisaties laagdrempelig georganiseerd. Op verzoek van Stadgenoot hebben Verwey-Jonker Instituut en Hogeschool Utrecht, Kenniscentrum Sociale Innovatie, onderzoek gedaan naar de ervaringen van bewoners en beroepskrachten betrokken bij de Stek-projecten. Doel van deze tussentijdse evaluatie was om op basis van deze ervaringen vast te stellen welke lessen getrokken kunnen worden over de opzet, het proces van totstandkoming en de werking van de sociale infrastructuur van de woonprojecten. Dit met het oog op eventuele verbetering van de Stek-projecten en op mogelijke toekomstige gemengd-wonen projecten van Stadgenoot. In het bijzonder is in het onderzoek gekeken naar het bereiken van de (sociale en integratie) doelen achter de projecten en of en in hoeverre de Stek-projecten hieraan bijdragen.
DOCUMENT
How to find out what students, starters, and other new households of transformed buildings need to create a home environment with a comfortable climate without losing meanings attributed to the home?
DOCUMENT
There is a shortage of housing and people with a lower income suffer most from this. Vacant buildings are transformed to provide quick housing for them, but it is not sure whether this provides a comfortable home, both from an indoor climate and a meaning making perspective. Existing material about completed transformation projects and six case studies was used to explore possible opportunities to improve the match of user and building. It appeared that buildings are only transformed when they are left vacant for a while and a new function shifts the investment balance. Also, higher quality housing was only provided when it was not meant to be temporary or meant to be sold instead of rented. Current regulations and standards are not met and appear not adequate to function for temporary transformation projects, and matching users and buildings including the meaning of home is an opportunity worth exploring to provide a comfortable home for everyone.
DOCUMENT
This qualitative study examined how the complex institutional context of gas extraction in Groningen affects relations and processes of trust, and seeks to better understand what is necessary for restoring trust. In the Groningen gas case, responsibilities for dealing with multiple negative consequences of gas extraction are shared by many different organizations who together form a complex institutional system. Numerous professionals are doing their best to help solve the problems. As individuals, case managers and other professionals are seen as benevolent and hard-working people. But as representatives of (large) institutions these professionals struggle to be seen as trustworthy because of persistent problems with institutional performance, with professionals themselves feeling they have insufficient discretionary power. More than interpersonal trust, a different form of trust appears to be at stake here: confidence in the system itself. According to many respondents, confidence in the system is low because the perceived interests of the institutions that shaped this system are not aligned with those of residents and the region. In addition, the positions of power and responsibility within this system are opaque to both residents and professionals. Moreover, the institutional system is perceived to be based on a distrustful attitude toward citizens in general, resulting in elaborate procedures for accountability, control and monitoring. These factors have become obstacles to restoring confidence in the system, no matter how well residents and professionals get along as individuals.
DOCUMENT
Werkgroep Het Groene Spoor van de Vereniging Duurzaam Soesterkwartier uit Amersfoort is ervan overtuigd dat het vestigen van een groen-recreatieve verbinding tussen binnenstad en buitengebied een oplossing kan zijn voor de maatschappelijke en de stedenbouwkundige opgaven waar Amersfoort zich mee geconfronteerd ziet. Deze groen-recreatieve verbinding heeft ze Het Groene Spoor genoemd. In dit rapport wordt deze hypothese getoetst door allereerst de maatschappelijke en de stedenbouwkundige opgaven verder uit te werken, en dievervolgens af te zetten tegen een op studiegebieds-niveau en perceelsniveau ingevulde inrichting voor Het Groene Spoor. Leidende concepten in het onderzoek waren Hergebruik Van Ruimte, Tijdelijke Ruimtelijke Ordening en Meervoudig Ruimtegebruik.
MULTIFILE