Staatssecretaris Uslu en de Raad voor Cultuur hameren op het belang van fair pay door rijksgesubsidieerde culturele instellingen. Ook in het muziekonderwijs valt nog een wereld te winnen, weet onderzoeker en docentenopleider Imre Kruis. De uurtarieven van muziekdocenten zijn bedroevend laag. ‘Ik schrijf dit in een tijd dat er aan tafels veel gepraat wordt over fair pay. Als het maar niet bij praten blijft, denk ik dan.’
LINK
Artikel op www.mkbservicedesk.nl met tips voor MKB'ers waardoor zij beter aan social return voorwaarden in aanbestedingen kunnen voldoen en waardoor hun concurrentiepositie verbetert.
LINK
De gemeente Borger-Odoorn heeft een eigen werkwijze ontwikkeld om de transformatie in het sociaal domein vorm te geven. Deze werkwijze wordt opgehangen aan het ‘regenboogmodel’ en geeft richting aan de transformatie die nodig is na de decentralisaties van rijkstaken op het gebied van participatie, WMO en jeugd. Gemeente Borger Odoorn is in oktober 2014 gestart met een pilot met één sociaal team en heeft deze in januari 2015 uitgebreid door een Stichting Sociaal Team op te zetten waarbinnen 3 sociaal teams uitvoering geven aan de opdracht van de gemeente om de drie decentralisaties (jeugdzorg, AWBZ en Participatiewet) gezamenlijk en ontschot op te pakken. Deze aanpak is tot uitdrukking gebracht in het regenboogmodel. De gemeente en sociaal teams zijn de afgelopen twee jaar op expeditie geweest, zoals zij dit zelf benoemen. Nu is de vraag aan de werkplaats om te evalueren of de regenboogvisie nu wordt uitgevoerd zoals hij oorspronkelijk, in 2014, bedacht is. Dit is de samenvatting waarin uitkomsten en adviezen ook beschreven worden.
DOCUMENT
Herziene en uitgebreide versie van onderzoeksrapport naar de stand van zaken van buitenschools muziekonderwijs in de regio's Noord- en Oost-Nederland.
DOCUMENT
Uit een inventarisatie blijkt dat er in Noord-Nederland 56 instituten bestaan waar in georganiseerd verband muziekles wordt gegeven door 2 of meer docenten; 9 in Drenthe, 23 in Friesland en 25 in Groningen. Er bestaan uiteenlopende organisatievormen zoals kunstencentra (11), collectieven (11)privéscholen (31) en netwerkorganisaties (3) waarbinnen docenten meer of minder intensief samenwerken. Lestarieven lopen uiteen van € 24,- tot € 52,- euro per uur. 20 instituten worden financieel ondersteund door de gemeente. Bij 12 van de 56 instituten zijn muziekdocenten in dienst. De manier waarop instituten zich profileren, of ze inzetten op samenspel of juist op de individuele les, of ze leerlinggericht zijn of met een centraal leerplan werken, loopt sterk uiteen.Onze conclusie is dat muziekles en de muziekschool niet zijn verdwenen. Gemeentelijke subsidies zijn in veel gevallen afgenomen of weggevallen en dat leidt vooral in de meer perifeer gelegen gebieden tot een onvoldoende gevarieerd aanbod. Tegelijkertijd tekenden we ook meer positieve geluiden op van docenten die energie krijgen van de nieuwe verschijningsvormen. Het gereorganiseerde werkveld nodigt uit tot het doen van verder onderzoek. We denken daarbij aan een verdieping van deze snelle inventarisatie waarbij we in gesprek gaan met meer vertegenwoordigers uit het veld, een inventarisatie van privédocenten en onderzoek naar de ‘fair pay’ van muziekdocenten. Het kan een opmaat zijn om met partners uit het veld praktijkgericht vervolgonderzoek vorm te geven, bijvoorbeeld gericht op de ontwikkeling van nieuwe praktijken van lesgeven of van professionele ontwikkeling.
DOCUMENT
Agrariërs kennen tal van uitdagingen. Onkruiddruk is er één van. In het speelveld van onkruid spelen verschillende factoren een rol: regelgeving rond gebruik herbiciden, maatschappelijke druk op duurzaamheid en schaarse resources (weinig en dure seizoenmedewerkers). Inspelend op de trend van robotisering en gebruik van sensoren icm AI heeft ICTCI in samenwerking met verschillende partners een robot ontwikkeld die met behulp van kunstmatige intelligentie onkruid herkent tussen gewassen en deze op een efficiënte manier verdelgt. Hiertoe worden vele verschillende sensoren gebruikt zoals camera’s, GPS RTK, lasers, etc. Met de nieuwe innovatieve technologieën wordt een oplossing geboden voor een probleem dat op dit moment globaal aanwezig is. Onkruiddruk zorgt voor afname van de marges van de boeren. Gebruik van herbiciden zoals glyfosaat staan onder grote maatschappelijke druk. Wiedmachines achter tractoren vergen een grote investering en zijn niet altijd even accuraat. En in de biologische teelt zijn gebruik van herbiciden verboden, waardoor wieden handmatig moet gebeuren. De uurtarieven voor handmatige wieden nemen alleen maar toe en de arbeiders (die veelal uit Oost Europa komen) zijn schaars. Dit wordt nu vooral heel zichtbaar in deze tijden van corona, waarbij er niet vrij gereisd mag worden. Een omvangrijke markt dus. In de voorbereiding naar de start van het project zijn gesprekken gevoerd met verschillende stakeholders, zoals boeren die valeriaan verbouwen, leveranciers van zaden en planten, docenten van de Hanzehogeschool en Van Hall Larenstein en programmamanagement van ID3AS. Vanuit het project zijn verschillende producten opgeleverd:• Prototype die werkt op basis van NuttX• Opritrobot (Inclusief onkruidherkenning mbv camera en AI / XY frame met spot spraying)• Werkende RTK component die geïntegreerd kan worden in de Weedlaser robot• Getraind neuraal netwerk dat ridderzuring en valeriaan kan herkennen (incl. dataset)• Onderzoeksrapport naar bestrijdingsmethoden• 3 werkende prototypen van bestrijdingsmethoden (spot spray, taser, hakselaar)• Uitgewerkte Business Case (incl. Marktonderzoek, SWOT, Concurrentieanalyse)• A4 met productbeschrijving (incl. presentatie)
DOCUMENT
Deze paper geeft antwoord op de vraag welke betekenis toegang tot recht heeft in wetenschappelijke literatuur, hoe dit in de wet verankerd en in beleid vorm krijgt en hoe zich dit verhoudt tot andere landen. Daartoe wordt ook beschreven welke ontwikkelingen er zijn in de manieren waarop burgers toegang tot recht in praktijk (proberen te) realiseren. Het doel is inzicht te krijgen in de betekenis van toegang tot recht en ‘de staat van’ toegang tot recht in Nederland. De paper heeft de volgende structuur. Hij vangt aan met een verkenning van wetenschappelijke literatuur over de betekenis en het belang van toegang tot recht als ideaal in een moderne rechtsstaat. Dan een beschrijving van de juridische achtergrond en de ontwikkelingen in beleid. Er lijkt grote consensus over de wenselijkheid van toegankelijkheid van het recht voor burgers in algemene zin, maar er zijn recent veel wettelijke en beleidsmatige veranderingen doorgevoerd die invloed hebben op de toegankelijkheid van het recht. Ten slotte volgen enkele kritische kanttekeningen bij ontwikkelingen die deze toegankelijkheid beperken. Er zitten risico’s aan de huidige nadruk op (juridische) zelfredzaamheid van burgers in een complexe samenleving met zoveel regeldrukte als de onze.
DOCUMENT
Ketensamenwerking werkt! Uit het uitwisselingsproject blijkt dat verschillende vormen van ketensamenwerking tussen woningcorporaties en bedrijven tot voordelen heeft geleid als kortere doorlooptijden, grotere bewoners- én medewerkerstevredenheid, een betere prijs-kwaliteitverhouding van de gerenoveerde woningen, en meerwaarde op de langere termijn. We kunnen op basis hiervan gerust stellen dat ketensamenwerking succesvol kan zijn. Dit neemt niet weg dat er nog veel werk verzet moet worden om de prestaties als gevolg van ketensamenwerking ook kwantitatief te meten. Betrokkenen in dit uitwisselingsproject en andere ervaringsdeskundigen wijzen er ook op dat ketensamenwerking pas echt vruchtbaar is, als het een structureel, projectoverschrijdend karakter heeft en zich uitstrekt over alle bouwprocesfasen. Het eerste houdt in dat de selectie van bedrijven (consortia) voorafgaat aan de selectie van projecten. Het tweede betekent dat ook de beheer- en exploitatiefase van de woningen in de ketensamenwerking is betrokken. Een groeiend aantal woningcorporaties omarmt de denkwijze van het sturen op levensduurkosten of ‘total costs of ownership (TCO)’ van woningen, in plaats van sturing op initiële investeringen en beheer-, energie- en onderhoudskosten. Het koppelen van de beheer- en onderhoudsperiode aan initiële ingrepen leidt naar verwachting tot lagere levensduurkosten en hogere prestaties gedurende de levensduur van woningen. Ook komen consortia van aanbodpartijen met concepten op de markt voor de renovatie van referentiewoningtypen. De verwachte exploitatieduur van deze concepten is niet duidelijk. Investeringen in nieuwe bouwproducten en technologieën als deel van deze concepten kunnen zich pas terugverdienen in de exploitatiefase.
DOCUMENT