Om concreet te maken wat er precies verandert in de techniek en wat dat betekent voor de competenties die technici in de toekomst nodig hebben, riepen wij de hulp in van werkgevers in de techniek. Technische bedrijven maken de opkomst van de Smart Industry en/of daaraan verwante ontwikkelingen ten slotte van dichtbij mee, als ze die niet al zelf vormgeven. Om een idee te krijgen van de competenties die van belang zouden zijn, hebben wij onderzoek gedaan onder 236 werkgevers in de technische sector. Wij bevroegen ze uitgebreid over de kennis, vaardigheden en houdingsaspecten (competenties) die ze onontbeerlijk achten voor technici die tussen nu en vijf jaar afstuderen. Wij stelden ze daarbij de vraag om zowel op huidige én toekomstige werksituaties te reflecteren, rekening houdend met technologische ontwikkelingen in hun werkveld. Na de introductie in Hoofdstuk 1, duikt Hoofdstuk 2 allereerst in de belangrijkste veranderingen in werk in de technische sector, volgens de door ons ondervraagde werkgevers. Hoofdstuk drie gaat vervolgens in op de gevolgen van deze veranderingen: welke competenties hebben werknemers van de toekomst hierdoor nodig? Het vierde hoofdstuk neemt je mee naar de werkvloer. We maken kennis met technici van de toekomst door een achttal portretten van werknemers die al (deels) over de benodigde competenties bezitten. Hoofdstuk vijf bevat een interview met innovatiedeskundige en wetenschapper Janina den Hertog waarin zij vertelt hoe bedrijven technici van de toekomst kunnen enthousiasmeren om te blijven vernieuwen. Het zesde en laatste hoofdstuk bespreekt ten slotte de belangrijkste bevindingen van ons onderzoek. Daarnaast bevat het concrete tips voor zowel (aankomende) technici, als werkgevers en docenten om zoveel mogelijk ‘toekomstproof’ te worden. Het boekje wordt afgesloten met een praktisch voorbeeld hoe het in de praktijk werkt: Smart Industry vereist Smart HRM!
MULTIFILE
In deze oratie wordt ingegaan op de problemen en paradoxen bij de versterking van de positie van wetenschap en techniek in het basisonderwijs. Waarom is het belangrijk dat (alle) kinderen hiermee in aanraking komen? Welke invulling moet wetenschap en techniek krijgen willen we kinderen effectief 'oriënteren op de wereld', het centrale kerndoel in dit domein? Kunnen we leerkrachten hiertoe in staat stellen? Het basisonderwijs is niet gediend met de associatie van wetenschap en techniek met 'moeilijk, vies, gevaarlijk'. Daarom wordt vaak benadrukt dat wetenschap en techniek 'leuk' is. Maar: dit kan leiden tot een verwaarlozing van het leren. We willen leraren die een onderzoekende houding bij leerlingen kunnen stimuleren en ontwikkelen. Maar: op school domineren instruerende didactiek en kant en klare werkbladen. We willen leraren die niet terugschrikken voor een domein van enorme omvang en die zich willen blijven verdiepen. Maar: de pabo trekt overwegend studenten met talenten die niet op het cognitieve vlak liggen. We willen dat scholen meer tijd besteden aan wetenschap en techniek. Maar: de politiek fixeert zich eenzijdig op rekenen en taal, en er zijn geen standaarden voor wetenschap en techniek. In de oratie worden oplossingsrichtingen verkend, evenals de mogelijkheden die praktijk te veranderen. Daarbij gaat het om het versterken van kennisbasis en zelfvertrouwen van leraren en pabostudenten, uitwerking van de didactiek van onderzoekend en ontwerpend leren, curriculumontwikkeling voor de pabo en versterking van de samenwerking met scholen, ook via het concept 'opleiden in de school'. Integratie speelt een sleutelrol. Kunnen we wetenschap en techniek niet beter als opwaartse kracht voor al het onderwijs van de basisschool positioneren in plaats van als het zoveelste vakje?
DOCUMENT
Wetenschap en techniek op de basisschool maakt duidelijk hoe (aanstaande) leerkrachten kinderen kunnen helpen zich te oriënteren op zichzelf en de wereld binnen het domein van wetenschap en techniek. Het is geschreven voor pabo-studenten, leraren basisonderwijs en iedereen die betrokken is bij actuele ontwikkelingen in dit domein. Het boek sluit aan bij het 'Masterplan Ruimte voor Talent - Ruimte voor Wetenschap en Techniek'. Wetenschap en techniek op de basisschool gaat in op de volgende vragen: Waarom is wetenschap en techniek belangrijk? Wat is de inhoud van het domein wetenschap en techniek? Wat onderzoekend en ontwerpend leren? Hoe herken en beoordeel je leerresultaten bij kinderen? Hoe kun je zelf onderwijs ontwikkelen over wetenschap en techniek? Hoe kun je leerlingen stimuleren leerzame gesprekken met elkaar te voeren? Hoe ga je om met diversiteit? Hoe kun je wetenschap en techniek integreren met andere vakken?
DOCUMENT
Met het onderzoeksproject Robotstories geven we vorm aan een nieuwe visie op auteurschap in de 21ste eeuw: van literair schrijver en scheppend individu, naar cocreatief makerschap met maatschappelijk impact. In samenwerking met Wintertuin, Vrije Universiteit en ArtEZ verkennen we of literaire verteltechnieken de mogelijkheid bieden om de robot met verbeelding tot leven te wekken, en werkelijk in gesprek te gaan met mensen met dementie.Een collectief van drie aan Wintertuin verbonden schrijvers - waaronder HKU-alumni Writing for Performance - zet hun schrijfkunst in voor de bezieling van Pepperrobot Memo in de sociale context van ouderenzorg. In Robotstories onderzoeken we of deze sociale robot specifiek ingezet kan worden om het welzijn te bevorderen van mensen met dementie. Hiervoor werken we samen met woonzorglocaties Vitalis WoonZorgGroep en AxionContinu.SamenwerkingspartnersWintertuin, Vrije Universiteit, ArtEZ, Vitalis WoonZorgGroep en AxionContinuDocentonderzoekers HKUJorrit Thijn, Nirav ChristopheFinancieringNWO-SIA KIEM-GoCI
HKU en Wintertuin geven met het onderzoeksproject Robotstories vorm aan een nieuwe visie op auteurschap in de 21ste eeuw: van literair schrijver en scheppend individu naar een cocreatief makerschap met maatschappelijk impact. Met deze KIEM-aanvraag in samenwerking met VU en ArtEZ verkennen we of literaire verteltechnieken de mogelijkheid bieden om met verbeelding de robot tot leven te wekken en een narratief te creëren dat verbindend werkt. Hoe kunnen de aan Wintertuin verbonden schrijvers, in co-creatie met andere disciplines, hun literaire vaardigheden inzetten ten behoeve van het bezielen van een interactief en performatief platform, zoals de Pepperrobot, in de sociale context van ouderenzorg en specifiek het welzijn van oudere mensen met dementie woonachtig in een woonzorglocatie. Met dit KIEM-project ontwikkelen we nieuwe strategieën, voor het maakproces en voor het product, die specifiek zijn voor literaire schrijvers en sociale robots als interactief platform. Hiervoor onderzoeken we hoe auteurschap, AI en de gebruiker zich tot elkaar verhouden. Collectieven van schrijvers, werken daarvoor in cocreatie met andere makers, zoals ontwerpers, computerwetenschappers en theatermakers. Hierbij gebruiken we bestaande modellen voor co-creatie , en ontwikkelen we innovatieve schrijfmethodes, gebruiksvriendelijke interfaces en iteratieve processen. Hiermee zullen we nieuwe ontwerpstrategieën en lesmodules voor het schrijven van interactieve verhalen ontwikkelen, zal de status van de tekst binnen de creatieve industrie veranderen, en zal storytelling voor interactieve platformen zoals robots een stap vooruit maken en nieuwe hybride praktijken binnen de creatieve industrie ontwikkeld worden. De centrale onderzoeksvraag is: welke (nieuwe) ontwerpmethode(n) en schrijfstrategie(ën) leiden tot betekenisvolle verhalen voor de Pepper-Robot (AI platform), tot content die bijdraagt aan sociale interactie tussen robot en mensen met dementie?
HKU en Wintertuin geven met het onderzoeksproject Speculatieve scenario’s voor sociale robots in de zorg vorm aan een nieuwe visie op de impact die auteurs en kunstenaars in de 21e eeuw kunnen hebben op maatschappelijke problemen, doordat zij onderdeel worden van een transdisciplinair en co-creatief collectief.In deze KIEM-Creatieve Industrie aanvraag kiezen we een vernieuwend perspectief voor het onderzoek naar de rol van verbeelding en literaire verteltechnieken voor het gebruik van sociale robots in de zorg.We blikken samen met de Vrije Universiteit en met praktijkpartners vooruit op hoe de context van de zorg voor mensen met dementie er in de toekomst uit kan zien als sociale robots hier een serieuze rol in krijgen.Door een methode van speculatief onderzoek richten we ons op de verschillende mogelijke rollen van dit type robots en maken we door (literaire) verbeelding voorstelbaar en inzichtelijk wat dit in deze scenario’s betekent voor de mensen met dementie, voor de betrokken zorgmedewerkers en voor de naaste omgeving.Tegelijk laten we zien wat de impact hiervan op de organisatie van de zorg kan zijn: Hoe kunnen robots bijdragen aan transitieopgaves in de zorg als onderdeel van blended care? Waar de zorg vaak technologisch, praktisch en efficiënt gedreven is, onderzoeken wij juist de mogelijkheden die ervaringsgericht zijn, gaan over betekenisvolle interactie en kwaliteit van (samen)leven.Deelvraag hierbij is hoe schrijvers en ontwerpers met dit vraagstuk hun eigen artistieke en ontwerppraktijken kunnen (door)ontwikkelen en verrijken.We doen praktijkgericht onderzoek in de werkelijke leef- en werkomgeving van mensen zelf. Als onderzoeksvorm kiezen we voor residenties van een robot met ontwerpers en schrijvers op locatie in de zorgcontext: de zogenoemde living labs sessies.Het onderzoek leidt tot (toekomst)scenario's voor sociale robots in de zorg. Deze speculatieve scenario’s leiden tot inzichten en perspectief voor de verschillende betrokken professionele praktijken. SamenwerkingspartnersWintertuin, Vrije Universiteit, ArtEZ, Vitalis WoonZorgGroep en AxionContinuFinancieringNWO-SIA KIEM-GoCI