Een training van 5 dagdelen. Het document beschrijft de inhoud per dagdeel, oefeningen en links naar filmpjes en informatie. De vijf dagdelen behandelen de volgende thema's:1. Het kennen van definities, typering en stigma, vroegsignalering en samenwerking2. Interdisciplinaire samenwerking rondom verward gedrag 3. Casuïstiekbespreking 4. Van crisis naar ontwikkeling 5. Casuïstiekbespreking waarin de ontwikkeling centraal staat
MULTIFILE
In Nederland bieden verschillende bronnen informatie over mensen met verward gedrag, bijvoorbeeld bronnen van de politie, GGD Gemeentelijke Gezondheidsdienst meldpunten, en regionaal ambulancevervoer. Op basis van een aantal van deze bronnen is in pilots in de GGD-regio’s Utrecht en West-Brabant geprobeerd om regionaal de groep personen met verward gedrag en de onderliggende problematiek in beeld te brengen.De pilots hebben duidelijk gemaakt dat ‘de’ persoon met verward gedrag niet bestaat. De groep mensen met verward gedrag is heel divers en vaak kunnen meerdere soorten problemen het gedrag veroorzaken. Dit betekent dat ondersteuning en zorg moet aansluiten bij de diversiteit van de problematiek. Verder blijkt dat het aantal registraties hoger is dan het aantal geregistreerde personen. Het aantal personen met verward gedrag wordt dus overschat als alleen naar het aantal registraties wordt gekeken, bijvoorbeeld omdat personen meerdere keren in dezelfde bron geregistreerd staan.In de pilots is ook gekeken wat de informatie voor gebruikers, bijvoorbeeld beleidsmakers, oplevert. Zij blijken soms andere doelen en verwachtingen te hebben van een dergelijke ‘monitor’. Zo wil de ene gebruiker de omvang van de groep verwarde personen in de regio weten, en de andere wat er met de personen gebeurt in de hele keten van zorgverlening. Het is daarom belangrijk gebruikers te betrekken bij de opzet van de monitor. Hetzelfde geldt voor ervaringsdeskundigen, omdat zij vanuit het perspectief van de cliënt kunnen helpen de cijfers en informatie afkomstig van de gegevensbronnen beter te begrijpen. Het blijkt lastig om de informatie (cijfers en beschrijvingen) uit deze bronnen te ontsluiten en te analyseren, onder andere vanwege privacywetgeving. Het is niet mogelijk om de cijfers uit de verschillende bronnen bij elkaar op te tellen of met elkaar te vergelijken. Naast elkaar geven de cijfers een genuanceerde indruk van de situatie in de regio. Een analyse van de teksten levert waardevolle aanvullende informatie over de problematiek achter de registraties en aanvragen.De regionale pilots zijn in opdracht van ZonMw Nederlandse organisatie voor gezondheidsonderzoek en zorginnovatie uitgevoerd door het RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu , het Trimbos-instituut, De Praktijk Index, GGD regio Utrecht en GGD West-Brabant. De bedoeling van de pilots is de verdere ontwikkeling van gemeentelijk of regionaal beleid met cijfers en informatie te ondersteunen.
MULTIFILE
Debates about social theory and social policy are highly fragmented and unclear in subject and direction. A recognised paradigm is failing. Maybe we have to accept that social reality is not to reconstruct in social theory. But we certainly need social theorists and social theories to support citizens, policy makers and social workers in improving social reality. Social reality in post modern societies is to be characterized by problematic relationships among citizens and between citizens and the public sector and by a sharp rise in problematic behaviour. The affluent society has failed to create a more sensitive world where people behave more socially. The dominant social problem is no longer seen from a social economic perspective but from a social cultural one. Social competences and social capital are considerer to be essential assets to cope with life in post modern society. For people weak ties and thin trust are essential to integrate into society. Thick trust and strong ties can bind people to much and cause inflexibility. The current social problem is a matter of designing a social world where relationships and behaviour are fair and reasonable. It asks for an interesting and creative social policy and social work, not too much stressing the problematic issues but encouraging people to trust each other. Current social policy is too much focused on the needs and problems. It has to change into a more expressive social policy, a policy that people challenges to express them and to create new relationships. Social behaviour asks for flexibility and creativity, for being authentic and playing roles. Scientists, policymakers, social workers and citizens are in the same field and have access to the same knowledge.
DOCUMENT
Omgaan met verward gedrag is een onderwerp dat de samenleving reeds enige tijd bezighoudt en, zo blijkt, vraagt om verregaande samenwerking tussen diverse betrokken disciplines. De ervaring is namelijk dat de professionals, die te maken krijgen met mensen die onbegrepen gedrag vertonen hierop vanuit verschillende perspectieven en opvattingen reageren en daarnaar handelen. Aansluitend op geluiden vanuit de wereld van ervaringsdeskundigen wordt hier de term onbegrepen gedrag gebruikt omdat verward gedrag de associatie oproept dat mensen onverklaarbaar gedrag vertonen, terwijl het gedrag in veel gevallen verklaarbaar is.Het vraagt nogal wat van professionals om een sluitende aanpak te formuleren ten behoeve van mensen met onbegrepen gedrag en dit gaat daarom niet zelden mis. Hierdoor dreigen deze mensen met kwetsbaarheden tussen wal en schip te raken. Om een betere samenwerking tussen professionals te bevorderen zijn er door het ZonMw Actieprogramma Verward Gedrag (AVG) subsidies beschikbaar gesteld waarmee onderwijsmodules voor professionals, die met deze doelgroep gaan werken, ontwikkeld kunnen worden.
DOCUMENT
ACHTERGROND: Het effect en de impact van continue professionele ontwikkeling in de verpleegkunde blijft onbekend. Dit zorgt voor een toegenomen interesse in het minimaliseren van de onderwijspraktijkkloof: een ‘transfer’ van kennis waarbij verpleegkundigen in staat zijn om nieuwe kennis toe te passen in de praktijk (om hun gedrag te veranderen). De noodzaak voor effectieve onderwijsactiviteiten is zeker nodig in de geriatrische zorg, aangezien oudere patiënten een verhoogd risico hebben op complicaties, zoals valincidenten. Het is belangrijk dat verpleegkundigen dit kunnen voorkomen. Het blijft echter onduidelijk welke interventies het gedrag van verpleegkundigen beïnvloeden. Het doel van deze studie is het identificeren van interventies om het gedrag van ziekenhuisverpleegkundigen te veranderen ten aanzien van het inzetten van valpreventieve maatregelen. CONCLUSIE: De resultaten van deze studie laten zien dat er een discrepantie is tussen de meningen van de verpleegkundigen, experts in de Geriatrie, managers en onderwijskundigen. Verdere inzichten in de rol en samenwerking van managers, onderwijskundigen en verpleegkundigen is belangrijk voor de ontwikkeling van onderwijskundige programma’s die veranderingen op de werkvloer versterken en daarmee goede verpleegkundige zorg bewerkstelligen.
MULTIFILE
De lectoraten Maatschappelijke Veiligheid en Weerbare Democratie van hogeschool Saxion zijn medio 2022 een onderzoekslijn naar moreel gedrag op het internet gestart (met als huidige werktitel Digitaal Samenleven: Naar een samenhangende omgang met maatschappelijke spanningen). De Koninklijke Bibliotheek (KB) ziet meerwaarde in deze onderzoekslijn vanwege de rol die bibliotheken kunnen spelen bij het vaardiger en weerbaarder maken van burgers (jong en oud), zodat zij beter kunnen meedoen in en bijdragen aan de digitaliserende samenleving. Het onderzoek is daarmee onderdeel van het programma digitaal burgerschap dat de KB samen met bibliotheken en provinciale ondersteuningsinstellingen uitvoert in opdracht van Stichting Pica. Op basis van een gedeelde financiering door hogeschool Saxion en het programma digitaal burgerschap is er een verkennend onderzoek uitgevoerd om de richting van de onderzoekslijn nader te preciseren, en de bibliotheeksector en het onderwijs in algemene zin te ondersteunen bij hun positionering en inbreng rondom het thema. Centraal in de verkenning staat het online gedrag van jongeren dat publieke waarden onder druk zet. Het is verbonden met het vraagstuk hoe we online op een ethische en democratische manier met elkaar samenleven. In de verkenning wordt een globaal beeld geschetst van de thematiek, zijn aanknopingspunten voor vervolgonderzoek in kaart gebracht en adviezen voor het onderwijs en de bibliotheeksector opgesteld. Diverse publieke instellingen kunnen een betekenisvolle rol spelen bij het creëren van een online omgeving waar jongeren zich niet inlaten met fenomenen zoals desinformatie, discriminatie en intimidatie. Het is belangrijk om te komen tot een gedeelde visie op het vraagstuk en duidelijkheid te creëren over de rollen van publieke instellingen. De verkenning vormt een inhoudelijke basis die in toekomstige projecten kan worden uitgediept.
MULTIFILE
“De hulpverlening was grenzeloos: er was geen kader, geen bescherming en geen respect.” Prangende vragen blijven over. Er is vakinhoudelijk en analytisch gereedschap nodig om de op het proces en de communicatie gerichte stijl van hulp te verbeteren. De huidige focus van professionals pakt slecht uit voor een deel van de ingewikkelde scheidingen. Er is te weinig erkenning voor de verschillende posities. Passende hulp vraagt om verdieping, begrenzing, bemiddeling en herstel. Allereerst kan passende hulp differentiëren en maatwerk leveren. Er is geen standaardbenadering. Het probleem is niet op te lossen aan de oppervlakte. De grondige analyse gaat in op wat er in dat geval nodig is. Ten tweede wordt actief gewerkt aan herstel van veiligheid voor kinderen en ex-partners. Dat betekent: benoemen en erkennen van het vroegere geweld en attent zijn op huidig geweld. Heftige emoties herkennen en er op ingaan. Schadelijk gedrag begrenzen, alert zijn op macht, intimidatie en controle, normen stellen en letten op de naleving ervan. Veiligheid vergroten, want veiligheid maakt sterk. Door empowerment neemt de polarisatie af en slijten de scherpe randjes van het slachtoffer- en daderschap. Normaliseren waar het kan, afhechten wanneer het moet. Soms is eenhoofdig gezag de beste optie (Dijkstra, 2014). Ten derde kunnen bemiddeling en herstel een rol spelen. Verbetering van de communicatie en respectvol omgaan met elkaar. Beweging brengen in stagnerende conflicten door bijvoorbeeld de positieve escalatiemethode waarin op basis van veiligheid ruimte is om te groeien naar een nieuw wij door onder andere normen en verbindende waarden te onderzoeken (Melcherts & Stamm, 2016).
DOCUMENT
Hoofdstuk 17 uit Sociale innovatie in beeld. In de media verschijnen met enige regelmaat berichten over de vermeende toename van het aantal verwarde personen. Een korte bloemlezing van berichten die verschenen in de eerste weken van 2016. Op 1 januari bericht de Volkskrant: ‘A28 dicht vanwege verwarde man in ondergoed’. Automobilisten zagen op de snelweg een verwarde persoon en belden de politie. Een week later, op 9 januari, verscheen in de krant ‘Gooi en Vechtstreek’ het bericht ‘Verward persoon dreigt van woning af te springen’. Op 13 januari meldt een andere lokale krant dat een man een explosie dreigde te veroorzaken in een huis in Den Haag. Een arrestatieteam kwam in actie om de man te overmeesteren en de omliggende huizen werden ontruimd. Het bleek – opnieuw - te gaan om een verwarde man. Achter deze berichten gaan grote menselijke drama’s schuil.
DOCUMENT