Het in deze publicatie gerapporteerde exploratieve onderzoek laat zien wat er allemaal bij komt kijken, wil het trainen van coachingsvaardigheden bijdragen aan opleidings- en organisatieontwikkeling. Het geeft een beeld van te verwachten effecten van dergelijke trainingen en biedt aanknopingspunten voor de verdere ontwikkeling ervan. Ook komen een aantal ins en outs van het evalueren van trainingseffecten aan bod.
LINK
Een onderzoek naar de geografische marktgebieden en ruimtelijke uitbreidingsmogelijkheden voor clus in het Nederlandse Betaald Voetbal.
DOCUMENT
Hoofdstuk 4 in Hoe de bal blijft rollen. Naar meer vitaliteit van voetbalverenigingen Dit hoofdstuk gaat over het verenigingsklimaat en de processen die zich er kunnen afspelen. Zonder goed verenigingsklimaat is het niet alleen onprettig voetballen, maar is het ook lastig leden en vrijwilligers te vinden en te binden aan de club. Zonder positief verenigingsklimaat zullen sponsoren en lokale overheden niet in de club willen investeren. Het verenigingsklimaat is voor clubs dus van vitaal belang. Toch zijn er de afgelopen jaren op de Nederlandse voetbalvelden de nodige incidenten geweest, met als dieptepunt de gewelddadige dood van grensrechter Richard Nieuwenhuizen. In 2010 stelde de KNVB dat de verruwing van het voetbal “de grootste bedreiging” is van de sport (NRC Handelsblad, 4 december 2010). Janssens (2012a; 2012b) geeft aan dat er al ruim een decennium over het thema wordt gepraat zonder noemenswaardige progressie (vgl. Van Kalmthout 2012).
DOCUMENT
Samen voetballen is een van de mogelijkheden om incidenten te voorkomen en de verhoudingen tussen groepen te verbeteren. Voetbal leidt echter niet automatisch tot verbeteringen. Escalaties op het veld, ouders langs de lijn die hun kinderen wat al te luidruchtig aanmoedigen en "autochtone" en "allochtone" teams die slaags raken met elkaar, wijzen er op dat extra condities nodig zijn om in en rondom het veld wederzijds begrip en respect te realiseren (vgl. Veldboer, Boonstra en Krouwel 2007) In het "Verbinden door voetbal"-project zijn het die extra condities waaraan wij hard willen werken. Mede op basis van de nulmeting zijn er sinds 2008 bij en door VV De Meern activiteiten ingezet zoals de Fair Play Cup en positief coachen, maatschappelijke stage en het Young Professional Project en een aantal andere projecten. Vanuit de hogeschool hadden we de verwachting dat een club waar dergelijke activiteiten de clubcultuur mede kunnen vormgeven, een goede voedingsbodem vormt voor prettig contact. De onderzoeksvraag was: Hoe hebben omgangsvormen, interetnische contacten en de participatie door middel van vrijwilligerswerk zich bij VV De Meern ontwikkeld in de afgelopen twee jaar?
DOCUMENT
Sport en bewegen is van belang voor de ontwikkeling van kinderen. Dat geldt ook voor kinderen met Development Coordination Disorder, oftewel kinderen die problemen ervaren bij het uitvoeren van motorische vaardigheden zoals voetballen, fietsen, rennen en klimmen. De komst van digitale middelen in het onderwijs, biedt nieuwe mogelijkheden voor ondersteuning voor deze groep, die een stuk minder beweegt. In dit artikel introduceren we de aanpak ‘Zelfstandig sporten van kinderen met DCD’.
LINK
Ruim tweehonderd basisschoolleerlingen tekenden een kaart van een plek in hun directe omgeving die ze belangrijk vinden (zie Geografie november/december). Met veertien kinderen gingen we daarover in gesprek. Ook liepen alle leerlingen in groepjes door de buurt, maakten foto’s en deden suggesties voor verbeteringen. Stap 2 in een onderzoek om ze met meer kennis, kunde en gevoel van verantwoordelijkheid te betrekken bij de eigen omgeving.
LINK
Na een jaar van literatuurstudie, gesprekken en (participerende) observaties over de waarde van sport- en beweegdeelname voor kwetsbare doelgroepen, blijkt dat het verschil vaak in een klein hoekje zit. Voor mensen in kwetsbare posities (zoals daklozen of ex-gedetineerden) blijkt het stappen in de ‘rol’ van sporter bijvoorbeeld al veel te kunnen doen voor het zelfvertrouwen. De deelname aan sport- en beweegactiviteiten zorgt er echter niet alleen voor dat je even niet aan je problemen denkt. Ook is er sprake van een zogenaamde normaliserende werking: het idee dat je even ‘normaal’ mee kunt doen in de maatschappij. Het idee achter veel sportprojecten is dat dit positievere zelfbeeld tevens kansen biedt om bijvoorbeeld weer met (vrijwilligers)werk te beginnen. Deze en meer relatief kleine effecten kunnen een groot verschil maken, zo blijkt uit de eerste fase van het (Raak) onderzoeksproject 'Sport voor Participatie'.
LINK
Boekbespreking van 'Hoe de bal blijft rollen'. Ruim een miljoen Nederlanders zijn lid van een voetbalvereniging. Het lijkt alsof ze bloeien en floreren, maar veel clubs kampen met een tekort aan vrijwilligers. Een open clubcultuur en betrokkenheid kan een oplossing zijn.
DOCUMENT
Om de sport- en beweegparticipatie in Nederland te vergroten wordt gebruik gemaakt van Living Labs. Hier is geen eenduidige definitie voor, maar in de volgende beschrijving wordt getracht de karakteristieke kenmerken goed op te nemen: ‘’Zowel een fysieke locatie als een gezamenlijke aanpak, waarin verschillende partijen experimenteren, co-creëren en testen in de levensechte omgeving, afgebakend door geografische en institutionele grenzen’’ (Schliwa en McCormick, 2016 p.174). Sinds 2019 werkte de gemeente Den Haag en de Haagse Hogeschool op sport- en beweeggebied samen in 2 Living Labs: 1. Sportvereniging H.K.V./Ons Eibernest en 2. Wijkcentrum Bouwlust-Vrederust. Op beide locaties zijn projecten gedraaid in samenwerking tussen de gemeente Den Haag, de Haagse Hogeschool en lokale partijen. Mid-2023 is besloten geen nieuwe projecten meer op te zetten vanuit de 2 bestaande locaties, maar de pijlen te richten op een nieuwe locatie. We verwachten dat dit de onderlinge samenwerking ten goede komt en dat het effect van sport en bewegen op bewoners in een wijk nauwkeuriger beschreven kan worden. Als nieuwe locatie is gekozen voor Brinckerinckstraat 71, 2531 VE Den Haag. Op deze locatie in Moerwijk-Noord is Sociaal Cultureel & Sport Vereniging De Ster (hierna voetbalvereniging De Ster) gehuisvest. Het doel van het Living Lab is om op deze nieuwe locatie samen met bewoners en andere belanghebbenden een buurtsportvereniging (hierna BSV) te realiseren die aansluit bij de behoeftes van de bewoners van Moerwijk-Noord en waar ruimte blijft voor het bestaan van voetbalvereniging De Ster. Om dit te bereiken wordt ingezet op het creëren van een pedagogisch veilige, open en toegankelijke vereniging met verschillende vormen van sporten en bewegen die zijn afgestemd op de behoeften van de wijk. De BSV zou een sociale wijkfunctie moeten krijgen dat bijdraagt aan sport en bewegen. In het verlengde hiervan is er gewerkt aan de volgende visie voor de BSV, opgesteld door de huidige partners (zie hoofdstuk 7.1): “In 2026 wordt de locatie optimaal gebuikt om te sporten en bewegen in de wijk. De Buurtsportvereniging - De Ster (nu Moerwijk-Noord genoemd) draait organisatorisch en financieel zelfstandig met, door en voor de bewoners uit Moerwijk-Noord. De lessen die hieruit voortkomen worden de komende jaren actief gedeeld in het netwerk van Living Labs, en ter gebruik voor andere locaties, zowel binnen als buiten Den Haag.” Inmiddels zijn we een jaar verder en is er al veel gebeurd. Het document wat u nu leest is een verslaglegging en inventarisatie van de ontwikkelingen tot heden en geeft een goed beeld van de huidige stand van zaken. Het document is als volgt opgedeeld: in hoofdstuk 2 zal een terugblik worden gedaan op de Living Labs die zich binnen de gemeente Den Haag de afgelopen jaren op sporten en bewegen hebben gericht. Daarna zal uiteengezet worden hoe het huidige Living Lab tot stand is gekomen. Om een beter beeld te krijgen van de omgeving van Living Lab BSV Moerwijk-Noord wordt in hoofdstuk 3 ingegaan op de geschiedenis, de bewoners, de gezondheid van de bewoners en het beweeggedrag van de bewoners van Moerwijk-Noord. Aan de hand van het BVO-Model (zie hoofdstuk 2) zal vervolgens in hoofdstuk 4, 5 en 6 uitgelegd worden hoe het staat met de hardware, de software en de orgware in het nieuwe Living Lab. Tot slot staan in hoofdstuk 7 conclusies. Op basis van het BVO-Model (zie hoofdstuk 2) zal jaarlijks een nieuwe inventarisatie gedaan worden.
DOCUMENT
Voor u ligt het derde boekje dat wij uitgeven naar aanleiding van de lezingenreeks ‘Kracht van Sport’. Het betreft de vijfde maal dat wij de reeks organiseren. De reeks startte in 2012 met het onderwerp; ‘Olympische Spelen in Nederland: Droom of Nachtmerrie?’, in 2013 gevolgd door ‘Kracht van Sport’ (boekje), in 2014 ‘Kracht van Sport: over de grens’, in 2015 ‘Kracht van Sport: de verbinding’ (boekje), en afgelopen voorjaar (2016) ‘Kracht van Aangepaste Sport’. Tijdens deze lezingenreeks komen verschillende doelgroepen binnen de aangepaste sport naar voren, deze onderwerpen zijn vastgesteld samen met vertegenwoordigers uit de revalidatie, geneeskunde en sport. De onderwerpen die aan bod komen zijn sporten met: niet-aangeboren hersenletsel, een gedragsstoornis, een lichamelijke beperking, een verstandelijke beperking, een visuele beperking en een auditieve beperking.
DOCUMENT