Er is steeds meer erkenning dat de klimaatcrisis de grootste bedreiging voor de volksgezondheid is en dat zorgprofessionals daarom een professionele verantwoordelijkheid hebben de klimaatgerelateerde gezondheidscrisis te beperken. Zo werkt de gezondheidssector aan verduurzaming van de zorg (Rijksoverheid, 2022), het vergroten van maatschappelijk bewustzijn over de relatie van klimaat en gezondheid (Luyx e.a., 2024) en wordt ook klimaatactivisme steeds meer als een legitieme professionele activiteit gezien (Vossen, 2024; Veen, 2023).
LINK
Het grootste deel van de kunstmatig veroorzaakte, gemiddelde stralingsbelasting in Nederland is afkomstig van medische blootstellingen. In opdracht van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) en de Inspectie voor de Volksgezondheid (IGZ) verricht het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) onderzoek naar Medische Stralingstoepassingen in Nederland. In publicaties worden gegevens over aard en omvang van medische stralingsblootstelling bijeengebracht. Deze gegevens worden onder andere gepubliceerd op de website van het RIVM onder Medische Stralingstoepassingen (www.rivm.nl/ims).
DOCUMENT
Het Trendscenario van de VTV-2024 laat ontwikkelingen zien op het gebied van volksgezondheid en zorg tussen 2022 en 2050. Het Trendscenario is geen voorspelling maar een verkenning van mogelijke ontwikkelingen. Het gaat uit van het voortzetten van ontwikkelingen en trends zonder dat er nieuw beleid wordt ingezet. In de projecties is rekening gehouden met toekomstige groei van de bevolking, de verder doorzettende vergrijzing en de historische trend. Het Trendscenario kijkt 25 jaar vooruit. Toekomstige ontwikkelingen zijn echter onzeker. In het achtergronddocument over de methoden vindt u meer informatie over de onzekerheden rondom de projecties. Voor enkele indicatoren waren de historische data ontoereikend om ontwikkelingen door te trekken naar de toekomst. Voor deze indicatoren presenteren we alleen de beschikbare cijfers tot 2022.
LINK
Depressieklachten bij adolescente meisjes vormen een belangrijk probleem voor de volksgezondheid. Depressiepreventie staat bijgevolg hoog op de agenda van de Rijksoverheid alsook bij Rotterdamse middelbare scholen. Co-ruminatie, d.w.z. het excessief bespreken van problemen en negatieve gevoelens in hechte vriendschappen, is bij meisjes een kernfactor in het ontstaan, continueren en escaleren van depressieklachten. Rotterdamse middelbare scholen krijgen moeilijk in beeld welke vriendinnen (leerlingen) gevaarlijk co-ruminatiegedrag laten zien en ervaren dientengevolge ernstige handelingsverlegenheid in het effectief beïnvloeden van dit co-ruminatiegedrag en de daarmee samenhangende depressieklachten. Het is belangrijk dat scholen de beschikking krijgen over een effectief depressiepreventieprogramma, met de dyadische relatie tussen co-ruminerende meisjes als focus van interveniëren. Een dergelijk programma bestaat echter nog niet. Met voorliggende projectaanvraag beoogt ons multidisciplinaire Happy Friends, Positive Minds-consortium (HFPM) een eerste impuls te geven aan de ontwikkeling van een stepped-care, school-based depressiepreventieprogramma voor meisjes. Onderdeel van dit stepped-care programma is de interactieve App je Happy-app met dashboardfunctie, waarmee schoolprofessionals de ontwikkeling van meisjes kunnen monitoren en kunnen ondersteunen. We vragen financiering aan voor de eerste fase van de ontwikkeling van de App je Happy-app, een applicatie die vriendinnen gaat ondersteunen hun co-ruminatiegedrag te doorbreken en om te buigen naar gezamenlijke, uitdagende, en ontspannende fysieke activiteiten en positieve communicatie en sociale interacties in hun dagelijkse leven. Hierdoor zal het risico op chronische, klinische depressie verminderen. Concreet beogen we met voorliggend projectvoorstel middels conceptuele sprints en co-creatie tijdens een driedaagse Hackaton en daaropvolgende doelgroepen-tests de innovatievraag te beantwoorden hoe we de werkzame mechanismen van de App je Happy-app moeten vormgeven zodat de app effectieve impact kan sorteren op het terugdringen van co-ruminatiepatronen en daarmee samenhangende depressieklachten bij adolescente meisjes.
Participatie van kwetsbare burgers en de vermaatschappelijking van de zorg vormen belangrijke beleidsthema’s van landelijke en lokale overheden en van organisaties op het gebied van zorg en welzijn. Ervaringsdeskundigheid, die gebaseerd is op persoonlijke ervaringen met ontwrichting en het herstel daarvan, is in dit kader sterk in opmars. Ervaringsdeskundigen hebben vaak creatieve oplossingen, kunnen vanuit eigen ervaring bemoedigen en verminderen het stigma dat participatie kan blokkeren. GGZ Nederland, het ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport (VWS) en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) zijn van mening dat ervaringsdeskundigheid het herstel en de participatie van ‘verwarde’ en kwetsbare burgers kan bespoedigen. De behoefte aan ervaringsdeskundigen binnen de zorgverlening is groot. HBO-opgeleide zorgverleners met eigen cliënt- of probleemervaringen op het gebied van verslaving of psychiatrie geven aan het moeilijk te vinden om hun ervaringsdeskundigheid een duidelijke en volwaardige plek te geven in hun werk. Veel zorgorganisaties moeten wennen aan het idee dat ook zorgprofessionals ervaringsdeskundig kunnen zijn. Deze zorgprofessionals hebben behoefte aan kennis en praktische handvatten zodat zij hun ervaringsdeskundigheid goed kunnen benutten. In dit praktijkgerichte onderzoeksproject wordt samengewerkt tussen Windesheim en hogeschool Utrecht en vier grote zorginstellingen (GG-Net, RIBW-GO, MEE-IJsseloevers en Trajectum), met cliëntenpopulaties met complexe problematiek. De centrale onderzoeksvraag luidt: Op welke manier kan de ervaringsdeskundigheid van zorgprofessionals een bijdrage leveren aan het persoonlijk en maatschappelijk herstel van mensen met psychiatrische problemen en verslaving? Doelstelling van dit project is het opdoen van nieuwe kennis waarmee zorgprofessionals hun ervaringsdeskundigheid op een professionele en effectieve manier kunnen inzetten. Het onderzoek beoogt hiermee bij te dragen aan het bestrijden van de participatieachterstand van mensen met verslavings- en psychiatrische problemen. Dit project levert naast praktijkverbetering producten voor zorg en onderwijs: handleidingen voor zorgprofessionals-ervaringsdeskundigen (in opleiding); kennis over duurzame positionering en kwalitatieve borging van ervaringsdeskundigheid en tot slot een verzameling inspirerende, gevalideerde exemplarische voorbeelden van de bijdrage van ervaringsdeskundigheid van zorgprofessionals.
Klimaatverandering heeft aanzienlijke gevolgen voor de leefomgeving, volksgezondheid en economie. Om de impact hiervan te beperken/verminderen is reductie van emissies essentieel. In de bouwsector, waar veel beton en staal worden gebruikt is nog veel winst te behalen. Deze materialen hebben een hoge CO2-uitstoot bij de productie, terwijl hout als biobased bouwmateriaal een duurzamer alternatief biedt. Hout heeft echter beperkingen door de gevoeligheid voor vocht, degradatie door micro-organismen, UV-straling, insecten en brand. Behandelingen met houtbescherming methodes en coatings worden toegepast, maar veel hiervan zijn toxisch en milieubelastend. Een veelbelovende alternatieve behandelingsmethode zou kunnen worden gerealiseerd door het gebruik van ijzeroxiden in combinatie met een bindmiddel voor de hechting van ijzeroxiden aan hout. Sol-silicaat lijkt hiervoor een veelbelovend middel dat ook andere gunstige eigenschappen bevat. Het wordt al voornamelijk toegepast op mineraalrijke ondergronden zoals beton en baksteen. Sol-silicaat is damp-open maar waterafstotend, UV-bestendig, schimmelwerend, is niet brandbaar en kan de levensduur van houten elementen verlengen. Hoewel hout in vergelijking met beton en kalksteen een mineraalarm is, kan door gebruik te maken van de eerste stap in het silicificatieproces (verstening), waarbij silica zich bindt aan cellulose, in potentie een geschikte basis worden gecreëerd voor de hechting van sol-silicaat aan hout. Dit kan resulteren in een verkiezelend effect, waardoor de levensduur en brandveiligheid van hout worden verbeterd. IJzeroxiden dat wordt beschouwd als een mineraal zou een geschikt additief zijn dat samen met het sol-silicaat kan verkiezelen aan het hout. Via deze route kan de hechting van ijzeroxiden aan hout worden gerealiseerd. De combinatie van ijzeroxiden en sol-silicaat kan de brandwerendheid verder verhogen en esthetische voordelen bieden. Sol-silicaat biedt daarom niet alleen een milieuvriendelijke maar ook een niet-toxische oplossing om de prestaties van het gebruik van hout te vergoten. Het gecreëerde eindproduct sluit hierbij aan bij de behoefte aan duurzame en circulaire producten.
Lectorate, part of HAS green academy