Mensen wie het vanwege langdurige stress niet lukt om aan een oplossing te werken, kunnen baat hebben bij extra ondersteuning die gericht is op het versterken of tijdelijk vervangen van deze cognitieve capaciteiten. Psycho-educatie is zo ’n vorm van ondersteuning. Het doel van psycho-educatie is om mensen bewust te maken van de invloed die stress op hun leven heeft, zodat ze samen met hun coach op zoek kunnen gaan naar manieren om ondanks de stress te werken aan een oplossing. Deze oplossingen kunnen hele simpele strategieën zijn, zoals herinneringen in je telefoon, zodat je je afspraken niet meer vergeet. Het doel van psycho-educatie is niet in eerste instantie het wegnemen van stress bronnen, maar het beter kunnen omgaan met de stress, zodat men in het hier en nu kan werken aan een lange termijn oplossing. In voorliggende implementatiegids is uitgewerkt hoe psycho-educatie bij financiële problemen kan worden ingezet. Er wordt beschreven uit welke stappen psycho-educatie bestaat, wat de eerste ervaringen zijn van cliënten en professionals en welke tips helpen bij implementatie. Hierbij wordt gebruik gemaakt van een uitgebreidere uitwerking van de principes van psycho-educatie die te vinden is in het boek Stress-sensitief werken (Jungmann, Wesdorp & Madern, 2020).
MULTIFILE
Als opbrengst van het project verbreding techniek basisonderwijs [VTB] hebben rond 2010 ruim 2500 basisscholen wetenschap en techniek opgenomen in hun curriculum. Daarnaast zien we dat ook steeds meer scholen die niet aan het VTB-project deelnemen door het "virus" aangestoken worden en hun onderwijs programma aanpassen. Het is wenselijk om heldere maatstaven en criteria (benchmarks) te ontwikkelen die scholen ondersteunen bij het vaststellen van de kwaliteit van hun wetenschap-en techniekonderwijs. Dit betekent dit dat voor het vaststllen van de kwaliteit van invoering van wetenschap en techniek aandacht moet gegeven worden aan de kwaliteit van de onderwijsdoelen, gebruikte materialen, werkvormen en toetsing. Daarbij is het fundamenteel om vast te stellen hoe het onderwijsconcept en de kwaliteiten (kennis, vaardigheden en attitude) van de individuele leraar daarbinnen een plek hebben.
De meerderheid van de gepromoveerden en postdocs komt terecht in een baan buiten de wetenschap. Toch weten we maar weinig over hoe ze dit ervaren. Nieuw onderzoek onder zowel gepromoveerden als hun niet-wetenschappelijke werkgevers laat zien dat de veronderstelde kloof tussen wetenschap en bedrijfsleven minder groot is dan dikwijls gedacht. Hoe kunnen we die verder dichten?