In plaats van theorie met casussen als illustratie, begeeft de auteur zich meteen midden in de problemen die zij die in de zorgsector werkzaam zijn, dagelijks tegenkomen. Bij het zorgvuldig omgaan met die problemen blijkt een wijsgerige analyse veel steun te geven.
Het boek stelt op een levendige en bijzonder leerzame wijze drie belangrijke problemen van de zorg aan de orde: a. Wie zijn dat, die mensen met wie ik te maken heb? En wie ben ik zelf eigenlijk? b. Wat is de betekenis, de zin van levens die zo aangetast zijn, gehandicapt of in waan, verdriet of hulpeloosheid gevangen? c. En hoe kunnen wij hun dan helpen?
Ook kan dit boek beschouwd worden als een korte inleiding in de ethiek, de sociale filosofie of in de zingevingsproblematiek en het denken over zorg en hulpverlening. Het is vooral een boek dat aan het denken zet.