HEROIC Task (Human Body Evidence Recovery, Outreach, Identification and Care task)

In Nederland raken jaarlijks ongeveer 40.000 mensen vermist, waarvan een deel langdurig vermist blijft. Van de 1500 langdurige vermisten is naar schatting 10% omgekomen door een ongeval, misdrijf of ramp. Het opsporen, bergen en identificeren van overledenen (OBI-proces) is cruciaal voor nabestaanden en voor het oplossen van misdrijven. Dit proces wordt bemoeilijkt door decompositie van het lichaam, gebrek aan kennis over sporenbehoud, en de noodzakelijke samenwerking tussen verschillende disciplines en landen in dit proces. In dit project richten we ons op de belangrijkste vraag waar betrokken praktijkpartners mee worstelen, namelijk “Hoe kan het forensisch bewijsmateriaal dat nodig is voor de identificatie van een lichaam, de reconstructie van wat er is gebeurd, en de identificatie van mogelijke verdachten of betrokkenen zo goed mogelijk behouden blijven, worden veiliggesteld en bemonsterd, en worden geanalyseerd tijdens het bergen en identificeren van lichamen?”. Het doel van dit project is kennis te ontwikkelen waarmee we evidence-based richtlijnen kunnen opstellen voor het bergen en identificeren van overleden personen. Daarbij ligt de focus op het behouden, veiligstellen, bemonsteren en analyseren van identificerend materiaal, zodat zowel identificerende slachtofferkenmerken, als forensische sporen van verdachten, gebruikt kunnen worden voor identificatie en reconstructie. Om hierin te voorzien zijn er twee onderzoekslijnen opgesteld. De eerste lijn richt zich op het opbouwen van een brede kennisbasis en het ontwikkelen van ondersteuningstools voor behoud, bemonstering en analyse van identificerende slachtofferkenmerken en van sporen tijdens het OBI-proces, de tweede lijn richt zich op het ontwikkelen van een systematische robuuste en herleidbare werkwijze, inclusief ondersteuningstools en een trainingsprogramma, waarmee het opsporen en behouden van relevante informatie tijdens het OBI-proces wordt bevorderd en waarmee de communicatie en samenwerking binnen dit proces wordt versterkt. De integratie van beide onderzoekslijnen zorgt voor een robuuste, herleidbare, geharmoniseerde werkwijze en een trainingsprogramma voor het OBI-proces dat internationaal aangeboden kan worden.