Project

Jeugdliteratuur op de pabo versterken met digitale middelen

Overzicht

Projectstatus
Afgerond
Start datum
Eind datum
Regio

Doel

Het onderzoek naar hardopdenken bij jeugdliteratuur lezen is uitgevoerd onder derdejaars pabostudenten. Zij hebben drie verhalen uit erkende jeugdliteratuur voorgelezen gekregen via video-opnames. Een experimentele groep ontving de thinking-aloud-didactiek; een controlegroep kreeg de teksten alleen voorgelezen.
De data laten zien dat studenten uit de experimentele groep beter inzicht kregen in het belang van de manier waarop een verhaal is geschreven dan de controlegroep.
Uit de kwalitatieve data blijkt dat zij het hardopdenkend lezen grosso modo als leerzaam en verrijkend hebben ervaren. Zij onderscheiden daarbij twee belangrijke aspecten.
1. Hun leeshouding moet toegespitst zijn op de literaire teksten: die moet getuigen van aandacht, concentratie, persoonlijke betrokkenheid en emotie, nadenken en het inzetten van kennis. Een adequate leeshouding was voor bijna geen enkele student vanzelfsprekend. De studenten lezen vluchtig; ze zijn vooral vertrouwd met verhalen met een redelijk expliciete moraal of boodschap.
2. Zij moeten literatuur onderkennen door alert te zijn op en kennis te hebben van literaire middelen (als ruimte, tijd, perspectief, etc.), van gelaagdheid en verbanden binnen de tekst, en dat al deze aspecten samen bijdragen aan de betekenis van het geheel.
Beide aspecten samen leiden tot inzicht in en waardering van jeugdliteratuur: ze geven inzicht in teksten en leiden tot betekenisgeving en verschillende interpretatiemogelijkheden.
Alle lezers hebben baat bij de didactiek; zwakke lezers echter meer dan sterke. Voor excellente lezers kan de didactiek averechts werken.
De studenten prefereren deze didactiek vooral bij de collegevoorbereiding, om er daarna over van gedachten te wisselen. Ook kan de docent bij moeilijker teksten een aanzet geven door hardop te denken en te wijzen op diverse relevante verhaalaspecten en de studenten daarna zelfstandig verder te laten lezen.
De inzet van de didactiek voor een deficiëntieprogramma lijkt ook geschikt, maar die moet wel op de een of andere manier goed begeleid worden.


Beschrijving

Met het lezen van (jeugd)literatuur in Nederland staat het er slecht voor (Gubbels et al., 2019). Pabodocenten noemen slechts een derde van hun afstuderende studenten ‘voldoende literair competent’ (Oberon, 2020, p. 16). Pabostudenten van Driestar hogeschool lezen voor hun opleiding relatief veel, namelijk ongeveer 30 jeugdboeken. Qua thematiek maken ze echter veilige, conservatieve, keuzes (Vos et al., 2020; Aantjes et al,. 2020). Indien zij breder en diepgaander zouden leren lezen, kunnen ze zich meer bewust worden van het belang van lezen. Allereerst van lezen als een manier van denken (Koek et al., 2019). Ten tweede als een middel om morele en persoonlijke vorming gestalte te geven (Schrijvers et al., 2016). Ten derde om daarmee bijvoorbeeld burgerschapsonderwijs te realiseren, waarvoor de eigen horizonverbreding helpend is. Een goede mogelijkheid om zowel meer breedte qua thematiek als meer diepgang in het lezen te bereiken lijkt te liggen in het toepassen van de acht complementaire deelaspecten van de didactiek Thinking aloud (Janssen et al., 2012). Omdat extra contacttijd in het curriculum niet te realiseren is, moet de opleidingspraktijk op digitale wijze verstevigd worden. Dat met digitale middelen veel bereikt kan worden is door de coronapandemie gebleken.
De onderzoeksvraag luidt daarom als volgt:
Kan de didactiek hardop denken bij het lezen van (jeugd)literatuur door pabostudenten via digitale middelen bijdragen aan hun waardering van jeugdliteratuur en het vergroten van hun inzicht in de werking ervan?
De onderzoeksvraag zal worden beantwoord met een quasi-experimenteel ‘mixed methods’ design. Voorafgaande aan de interventie worden teksten geselecteerd. De onderzoeker vervaardigt een aantal ‘educational videos’, waarbij een aantal deelaspecten van thinking aloud al lezend aan de orde komen. In een voormeting en nameting worden enkele gevalideerde leesattitudeschalen afgenomen. Daarnaast vindt kwalitatieve elicitatie plaats van percepties van studenten met verschillende datacollectie-instrumenten gedurende diverse momenten tijdens en na de interventie.



© 2024 SURF