Zorgvuldig omgaan met de beschikbare capaciteit wordt voor Nederlandse ziekenhuizen steeds belangrijker, waarbij personele capaciteit op dit moment de belangrijkste is. Het is dan ook niet verwonderlijk dat er, mede onder invloed van de COVID-pandemie, de afgelopen jaren steeds meer aandacht is gekomen voor Integraal Capaciteitsmanagement (ICM). In dit artikel wordt, vanuit een ziekenhuis-perspectief, een eerste aanzet gedaan om te komen tot breed gedragen definitie van en volwassenheidmodel voor ICM. Daarnaast biedt het artikel, op basis van het ontwikkelde model, inzicht de huidige stand van zaken en ontwikkelpotentieel op het gebied van ICM binnen twaalf Nederlandse ziekenhuizen. Het doel van dit artikel is om een professionele dialoog te stimuleren over hoe we ICM gezamenlijk kunnen (door)ontwikkelen, waarbij 'leren van elkaar' centraal staat.
MULTIFILE
30-12-2024DACAR is een methodologie voor procesmapping die wordt gebruikt om bottlenecks en aandachtspunten voor te robotiseren handmatige processtappen in kaart te brengen. Het paper introduceert de oorsprong en gebruik van DACAR voor studenten en bedrijven.
MULTIFILE
31-12-2022Een initiatief van de Hanzehogeschool, tot stand gekomen in samenwerking met het Noorderpoortcollege, Healthy Aeging Network Noord Nederland en het Zorg Innovatie Forum.De prognose is dat de bevolking en het aantal huishoudens in de noordelijke regio van Nederland af zal/zullen nemen. Door het wegtrekken van jongeren blijft er een sterk vergrijzende bevolking achter. De arbeidsmarkt in de zorg zal hierdoor krimpen. Door de techniek in te zetten hopen we dat we meer ruimte kunnen creëren voor de medewerkers in de zorg en dezelfde zorg kunnen bieden met minder inzet. Een impressie van de bijeenkomsten Zorg en Technologie Hanzehogeschool en Noorderpoort gehouden in december 2010.
De Nederlandse maatschappij staat voor een belangrijke uitdaging, in 2030 moet de CO2-uitstoot met minimaal 49% zijn teruggedrongen en de Nederlandse industrie dient veel meer circulair te werken dan nu het geval is. Voor de topsector Logistiek betekend dit dat er kennis en nieuwe concepten ontwikkelt moeten worden om duurzame logistieke oplossingen te realiseren. Dergelijke oplossingen zijn onontbeerlijk om de visie van de industriële sector voor de toekomst te verwerkelijken. De Nederlandse (maak)industrie wil namelijk een belangrijk motorblok zijn voor de omvorming naar een duurzame en circulaire economie. Hierbij wordt vooral ingezet op het slim optimaliseren van het gebruik van grondstof- en materialenstromen in industriële kerngebieden. De opgave voor de logistieke discipline in de komende decennia is om bij te dragen aan procesoptimalisatie waardoor in lijn met de circulaire gedachte met minder grondstoffen meer waarde wordt gecreëerd. Dit voorstel is de start van langdurig onderzoek naar de adaptatie van logistieke oplossingen die de transitie naar een circulaire economie en verschillende bedrijfsmodellen daarbinnen bevorderen. Als eerste stap in de longitudinale ambitie beogen we middels de KIEM-CE aanvraag te werken aan ontwikkeling van een netwerk en meetinstrument. Bij afronding van het KIEM-CE project is de basis gelegd voor het langdurig en grootschalig meten van circulaire bedrijfsmodellen in de logistiek. Voor de volgende fase van het onderzoek beogen we een Raak MKB aanvraag in te dienen. Om een gedegen gevalideerd benchmark instrument te ontwikkelen dat gebruikt kan worden om jaarlijks de voortgang van de transitie naar een circulaire economie in kaart te brengen is het van belang dat eerst de volgende vraag wordt beantwoord: Welke kenmerken karakteriseren een circulaire bedrijfsmodel in de logistiek en hoe kan de volwassenheid hiervan worden gemeten? Het beantwoorden van bovenstaande vraag en de ontwikkeling van het benchmark instrument zijn de beoogde uitkomsten van dit KIEM-CE voorstel.
Het Order-to-Cash (O2C) proces is cruciaal voor elke onderneming. Dit is het proces vanaf de ontvangst van een order tot aan uiteindelijke betaling. Mkb’ers kennen vele inefficiënties in hun O2C-processen. Als gevolg zijn verwerkingskosten van orders en facturen hoog en bovendien wordt geld laat ontvangen wat een negatieve impact op de liquiditeitspositie heeft. De praktijkvraag is: Hoe kunnen mkb’ers hun O2C-processen verbeteren om de liquiditeitspositie te versterken? Vanuit onderzoeksliteratuur zijn er onvoldoende handvatten voor mkb’ers om dit te veranderen. Het doel van het project is daarom om O2C-processen in kaart te brengen, te meten en monitoren, en te verbeteren, om de liquiditeitspositie te versterken voor het mkb. De centrale onderzoeksvraag is: Hoe kunnen O2C-processen in kaart gebracht, gemeten, verbeterd en gemonitord worden? Het Lectoraat Supply Chain Finance bouwt hiermee voort op kennis opgedaan uit RAAK-publieksprijswinnend project ‘Ketenfinanciering voor mkb’. Er wordt met 9 mkb’ers gestart in het onderzoeksnetwerk, dit aantal wordt uitgebreid tijdens het project. Kennispartners zijn Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN) en Politecnico di Milano. Daarnaast is de Supply Chain Finance Community aangesloten om te zorgen voor grootschalige nationale en internationale valorisatie. De belangrijkste onderzoeksmethoden in het project zijn case studies en een survey. De belangrijkste resultaten waar wij op mikken zijn: • Bedrijfsspecifieke tools om O2C-processen in detail in kaart te brengen en te verbeteren; • Inzicht in de mogelijkheden van vernieuwende informatietechnologieën voor O2C-procesoptimalisatie; • Oplevering van een survey die tevens dient als generieke tool voor mkb’ers, om na invulling direct een algemeen overzicht te krijgen van het eigen proces; • Twee wetenschappelijke artikelen, minimaal tien vakpublicaties, en teaching cases om resultaten breed te delen, zowel voor onderwijs, wetenschappelijk publiek en bedrijven.
Trainer-coaches van sporttalenten hebben een complexe taak om jonge sporters die veel en intensief trainen te begeleiden. Hierbij hanteren trainer-coaches verschillende monitormethoden om belasting en belastbaarheid van hun sporters in kaart te brengen om prestaties te verbeteren en/of welzijn waarborgen. Voor het monitorings- en feedback proces is binnen Coach in Control (voorgaand RAAK-Publiek project) een datadashboard ontwikkeld en een scholing voor trainer-coaches. Tijdens het Coach in Control-project en de toepassing hierna, gaven trainer-coaches aan dat de tools werken, maar dat ze niet weten hoe ze: 1) Hun sporters kunnen motiveren om betrouwbare data aan te leveren; 2) De kwaliteit van feedback kunnen verbeteren op fysiek, mentaal én sociaal vlak; 3) Gedifferentieerde feedback per individu kunnen vormgeven om effectief te monitoren Dit pleit voor het verbeteren van het proces tussen trainer-coaches én sporters om zo tot een monitorsysteem op maat van de trainer-coach en hun sporters te komen. Terwijl Coach in Control zicht voornamelijk richtte op ontwikkeling van de benodigde tools en basiskennis voor trainer-coaches, zal “Sportmonitor op Maat” een belangrijke stap verder gaan en zich richten op sociale, mentale en fysieke procesoptimalisatie rondom monitoring. Dit doen we door in co-creatie met trainer-coaches én sporters nieuwe kennis, vaardigheden en handvatten ontwerpen rondom het monitoringsproces van sporttalenten. Het doel hiervan is het optimaliseren van de individuele prestatieontwikkeling en het welzijn van de sporters. De hoofdvraag in Sportmonitor op Maat is: Hoe kunnen we trainer-coaches én sporters ondersteunen bij implementatie, duurzaamheid en effectiviteit van een monitorsysteem op maat? Per deelnemende sportcontext (trainer-coach/sporterscombinatie) zal onderzocht worden waar de specifieke knelpunten rond het monitoringsproces zich bevinden en wat passende oplossingen op maat zijn. De sportcontexten kunnen doorstromen naar één of meerdere werkpakketten die gericht zijn op ontwerp en implementatie van oplossingen op maat in inhoudelijke thema’s (“sociaal/mentaal” en “mentaal/fysiek”), toepasbare middelen (dashboard) en/of onderwijs.