Waarom onderzoek naar toekomstperspectieven? Toekomstperspectieven van jongeren worden ruimer als hun onderwijs meer aansluit bij toekomstige ontwikkelingen op de arbeidsmarkt, in vervolgonderwijs en in de maatschappij. Het inspelen van scholen op zogenoemde 21e-eeuwse vaardigheden kan daarin ondersteunen. Dat gaat niet zomaar; er is gericht maatwerk nodig om te kunnen anticiperen op toekomstperspectieven van jongeren en om gerelateerde vaardigheden in specifieke opleidingen - samen met bedrijven en ander belanghebbenden - concreet te benoemen.
DOCUMENT
Aeres mbo Almere, Melanchthon Business School(MBS), Terra Assen en Zone.College Hardenberg: Vier AOC’s die elk op hun eigen manier werken aan innovatief onderwijs om hun studenten zo goed mogelijk voor te bereiden op hun toekomst. Vier initiatieven met als doel om goed aan te sluiten op de veranderende toekomstperspectieven van de studenten. Vervolgens is de vraag: wat is precies het toekomstperspectief van onze huidige groene(beroeps)student? En leiden de vier innovatieve initiatieven ook daadwerkelijk tot een goede aansluiting op de toekomst?
DOCUMENT
De gemeente De Marne heeft het Atelier Mens & Omgeving van de Hanzehogeschool Groningen gevraagd onderzoek te doen naar kwaliteiten van de leefomgeving in het dorp Ulrum. De gemeente wil beter zicht krijgen op de gevolgen van de bevolkingsdaling en zoekt mogelijkheden om de kwaliteit van de leefomgeving in haar kernen op peil te houden. In de periode februari – juni 2010 hebben vijf studenten vanuit verschillende disciplines onderzoek gedaan in Ulrum. In dit rapport zijn de belangrijkste resultaten en conclusies van deze onderzoeken weergegeven.
DOCUMENT
De huidige studieloopbaanbegeleiding is vaak onpersoonlijk en onvoldoende gericht op de dromen en ambities van studenten, zei eerstejaars bedrijfseconomie Fady Mikhail in mei 2017 in een artikel op de nieuwsportal van De Haagse Hogeschool. Bovendien weten coaches vaak niet goed hoe ze de begeleiding moeten aanpakken. Het rigide stappenplan bepaalt volgens hem de inhoud. “Studenten worden daardoor niet uitgedaagd na te denken over hun toekomst en zijn daardoor niet goed voorbereid.” LinkedIn: https://www.linkedin.com/in/jaswina-bihari-elahi-72b98828/
DOCUMENT
Hoofdstuk 17 van: 'Plekken van Hoop en verandering'. Samenvatting van het boek: Steden en wijken staan ook de komende jaren voor belangrijke opgaven op onder andere het gebied van armoede, duurzaamheid, veiligheid, welzijn en zorg. Deze complexe en taaie vraagstukken kunnen veelal niet door één of twee partijen van bovenaf worden opgelost. Ze vragen om een nieuwe aanpak met een grotere rol van de direct betrokkenen. Op steeds meer plekken in Nederland zien we dan ook dat groepen van diverse personen en organisaties met elkaar werken aan creatieve oplossingen voor vraagstukken op individueel, buurt- of wijkniveau. Zij bundelen hun krachten in nieuwe samenwerkingsverbanden om zo lokaal het verschil te maken. In dit boek gaan we aan de hand van tien casestudies op zoek naar de antwoorden op deze vragen. Naast de grote verscheidenheid laten de voorbeelden ook zien dat de partijen op deze plekken in volle overtuiging gezamenlijk aan iets ‘nieuws’ bouwen ondanks hun verschillende achtergronden, belangen, denk- en werkwijzen. Daarmee zijn het voor ons plekken van hoop en verandering. In het tweede deel van dit boek zijn voorbeelden geanalyseerd van plekken van hoop en verandering in onze samenleving. In het derde deel reflecteren we op de opbrengsten ervan. We kijken in dit slothoofdstuk naar de richting waarin samenwerkingsverbanden rond maatschappelijke kwesties en publieke waarden zich kunnen ontwikkelen
DOCUMENT
Het onderzoek ‘nevenactiviteiten op het platteland’ is opgezet om betrouwbare informatie te verzamelen over de activiteiten van burgers in plattelandsgebieden. Het onderzoek omvat plattelandsgebieden door heel Nederland. De onderzoeksresultaten uit dit rapport zijn verkregen door het enquêteren van burgers met nevenactiviteiten op het platteland. De betreffendeplattelandsgemeenten zijn Opsterland, Aa en Hunze, Veendam en Stadskanaal. Tevens hebben er interviews plaats gevonden met de gemeenten.Doelstelling en probleemstellingHet doel van het onderzoek is inzicht verkrijgen in de nevenactiviteiten op het platteland door niet agrariërs. Het belang is het in kaart krijgen van de motieven van plattelandsbewoners om een nevenactiviteit te hebben. Daarnaast speelt het toekomstperspectief van de nevenactiviteiten een rol. Met behulp van de onderzoeksresultaten kan de probleemstelling in het onderzoek wordenbeantwoord. De probleemstelling voor het onderzoek luidt;Wat zijn de motivaties en toekomstperspectieven van niet agrariërs om nevenactiviteiten op het platteland uit te voeren en welke rol speelt het beleid en de regelgeving daarin?Studentenonderzoek in het kader van het thema Leefomgeving
DOCUMENT
Aanleiding : Het vakgebied Customer Experience is de laatste jaren enorm in ontwikkeling. Organisaties zien de toegevoegde waarde van een positieve klantbeleving. Voor commerciële organisaties kan een positieve klantbeleving leiden tot meer tevreden klanten die loyaler zijn naar de organisatie, meer bereid zijn de organisatie aan te bevelen (NPS) en minder gevoelig zijn voor prijs. Voor organisaties in de publieke sector kan een goede klantbeleving daarnaast leiden tot een beter imago en meer vertrouwen in de organisatie. Omdat klantbeleving een steeds belangrijker plek inneemt op de agenda van organisaties heeft het lectoraat Marketing en Customer Experience in 2021 besloten om een onderzoek te doen naar de toekomst van het vakgebied customer experience. Het belangrijkste doel van dit onderzoek was om duidelijk te krijgen hoe deze toekomst er mogelijk uit komt te zien en wat hiervan uiteindelijk de consequenties zijn voor nader onderzoek, onderwijs en de beroepspraktijk.
LINK
Powerpoint presentation used by Robert Baars at his inauguration on September 24, 2021 as lecturer 'Climate Smart Dairy Value Chains' at Van Hall Larenstein University of Applied Sciences.
DOCUMENT
Dit onderzoeksrapport maakt onderdeel uit van een onderzoek naar nevenactiviteiten van niet-agrariërs op het platteland van Nederland. De reden van het onderzoek is het achterhalen van de motivatie van niet-agrariërs voor het starten van een nevenactiviteit op het platteland. Tevens wordtonderzocht wat de gevolgen zijn op het platteland op gebied van het plattelandsbeleid. Onder platteland worden de gebieden buiten de blauwe gemeenteborden in de gemeente bedoeld. De populatie binnen dit onderzoek zijn alle niet-agrariërs met nevenactiviteiten op het platteland inde gemeenten: Borger-Odoorn, Emmen, Pekela en Vlagtwedde. Binnen dit onderzoek is gebruik gemaakt van een clustersteekproef. Alle niet-agrariërs met nevenactiviteiten die buiten de bebouwde kom wonen in de betreffende gemeenten zijn voor zover mogelijk in het onderzoek betrokken.De resultaten van dit onderzoek zijn verkregen door kwantitatief onderzoek door middel van face to face enquêtes met niet-agrariërs en kwalitatief onderzoek door interviews met medewerkers van de afdeling Ruimtelijke Ordening bij iedere gemeente. Studentenonderzoek in het kader van het thema Leefomgeving
DOCUMENT
Deze publicatie bevat een onderzoeksopzet voor promotieonderzoek naar de locatie van distributiecentra (DC’s).
DOCUMENT