Onderzoek uitgevoerd in opdracht van de Directie Coordinatie Emancipatiebeleid van het Ministerie van Sociale zaken en Werkgelegenheid.Het onderzoek sluit aan bij een longitudinaal onderzoek (JOA of Jongeren en Arbeid) waarbij jongeren vanaf 1988 gevolgd werden bij hun keuzeprocessen op het gebied van opleiding, arbeid, relatievorming en zorgtaken. In dit onderzoek zijn de (toen inmiddels) 27-31- jarigen uitvoerig geinterviewd over hun arbeid-zorg trajecten, over de arbeid-zorgverdeling tussen partners en onderhandelingen hierover, over de invloed van verdiensituaties (inkomen, arbeidstijden enz.) op het al dan niet gebruik maken van kinderopvang en ouderschapsverlof. In het rapport wordt onderscheid gemaakt in de taakverdelingen van standaardbiografisch en keuzebiografisch georienteerde ouders. De keuze voor een ongelijke arbeid- zorgverdeling blijkt vaak al gemaakt te zijn voordat vrouwen zwanger zijn van hun eerste kind. (Verwachtingen over) de kwaliteit van de levensstandaard en levenswijze, kosten voor levensonderhoud, ongelijke verdiensituaties van mannen en vrouwen dragen eraan bij dat vaders - ondanks eerdere opvattingen over gelijke verdeling van arbeid en zorg -fulltime werken. Ervaringen met lange wachtlijsten, geringe flexibiliteit en te hoge kosten voor kinderopvang, en het ontbreken van verlofregelingen c.q. slechte voorlichting hierover ontmoedigen moeders om zorg te combineren met ambitieus werk. Het rapport bevat casestudies over keuzes die de verschillende groepen ouders tussen hun 16e en 31e levensjaar maken en bijstellen.
DOCUMENT
In het artikel worden data gepresenteerd uit een longitudinaal onderzoek onder jongeren die in 1988 voor het eerst geinterviewd werden. Zij zaten toen in de laatste klas van het VO (VMBO/Mavo, Havo, VWO)en in de daaropvolgende 10 jaar nog 3 maal. De data laten een verscheidenheid aan opleidings- en arbeidstrajecten zien. Naast standaardbiografische trajecten realiseren jongeren verschillende combinatie- en wisseltrajecten. De verschillende gekozen trajecten zijn gerelateerd aan hun ideeen over de ideale combinatie van arbeid- en gezinstaken. In het artikel worden de kansen en risico's besproken die besloten liggen in de verschillende keuzes die jongeren maken.
DOCUMENT
Op basis van een longitudinaal onderzoek onder jongeren en jong volwassenen afkomstig van verschillende opleidingen worden de volgende vragen beantwoord: -Welke verschillende opleidings- en werktrajecten zien we bij huidige meisjes en jongens?; - Hoe willen jongeren in de toekomst arbeid en zorgtaken combineren?; Wat betekenen deze opleidings- en werktrajecten voor hun kansen en risico's op de arbeidsmarkt, en hoe schatten zij deze zelf in? Op basis van de gegevens is een typologie gemaakt van vier verschillende opleidings- en arbeidstrajecten: institutionele logica traject, ouderschapstraject, stapeling van opleidingen traject, wisseltrajecten.
DOCUMENT
In de turbulentie waarin onze samenleving zich bevindt, staan zekerheden op vele terreinen ter discussie: het gaat om arbeid, zorg, wonen, mobiliteit, et cetera. Die terreinen zijn zodanig met elkaar verweven, dat het inmiddels niet meer volstaat om oplossingen op de oude, vertrouwde wijze te bedenken en uit te voeren. Ondertussen ontstaan er kansen voor vernieuwende projecten en zien we die vernieuwing ontstaan, zoals de inkoopcoöperaties voor energie maar ook buurtzorg laten zien.
DOCUMENT
Binnen Trajectzorg is als uitgangspunt gesteld dat een traject bestaat uit diagnostiek en uit een planmatige aanpak inclusief onderwijs en/of arbeid. Rondom het thema onderwijs is op 23 april 2015 een symposium georganiseerd door de samenwerkende organisaties van Trajectzorg. De keuze voor dat thema vloeide voort uit de bevinding dat de samenhang tussen onderwijs en zorg versterking behoeft en continuïteit van onderwijs meer aandacht. Op basis van het symposium, maar ook van dossieranalyse, interviews en observaties zijn we tot het formuleren van het volgende aandachtspunt gekomen. In het artikel wordt dit nader uitgewerkt.
DOCUMENT
In April 2016 ECLF undertook a survey of existing cycle logistics operators. The Amsterdam University of Applied Sciences (HvA) assisted by analyzing the response (nearly 90 companies). This report summarizes the results and provides a view of the current status of CycleLogistics across Europe. Projectleader: Susanne BalmData analist: Martijn Kooi, Annemijn van Herwijnen and Nathalie Gozems
MULTIFILE
De digitale leefwereld van jongeren brengt nieuwe uitdagingen met zich mee voor wijkprofessionals in het sociaal en veiligheidsdomein. Hoe krijg je als gebiedsgebonden professional bijvoorbeeld zicht op risicovolle activiteiten die zich in de grenzeloze online wereld afspelen? Het antwoord: met vakmensen die wijk en web weten te verbinden. Een belangrijk deel van het leven van jongeren speelt zich online af. Dat hoeft zeker niet problematisch te zijn. In coronatijd was online contact voor jongeren vaak de enige toegestane vorm van contact met klasgenoten en vrienden. Wijkprofessionals vanuit politie en jongerenwerk krijgen echter ook de keerzijden te zien, bleek uit twintig gesprekken die wij voerden. We spraken met operationeel specialisten bij de politie, (digitale) wijkagenten en jongerenwerkers. En met professionals van de politie en de gemeente die betrokken zijn bij Persoonsgerichte aanpak (PGA)-trajecten en het Zorg- en Veiligheidshuis in Den Haag en omgeving.
MULTIFILE
Dit is een handreiking voor sociale innovatie in de ouderenzorg. De aanpak gaat uit van een innovatieproces dat vanaf de werkvloer wordt ontwikkeld. De medewerkers zijn in hun relatie met de cliënten en hun familie de drijvende kracht achter de verbetering van de kwaliteit van het leven van de cliënt. In de handreiking wordt voor het proces van organisatieontwerp en -verandering gebruikt gemaakt van de metafoor ‘samen op reis, met de cliënt als kompas’. De hand- reiking is de reisgids die inspireert bij het zoeken naar bestemmingen en de verschillende reismogelijkheden, maar die ook ervaringen deelt over wat je allemaal op reis kunt verwachten. Zorgorganisaties kunnen hieruit selecteren wat zij nodig hebben voor de aanpak van sociale innovatie binnen hun eigen organisatie. Het proces van sociale innovatie wordt van voorbereiding tot uitvoering en evaluatie beschreven. De metafoor van het reizen dient om de verschillende fasen van sociale innovatie toe te lichten. Wij noemen die fasen ‘trajecten’, zoals elke reis uit verschillende trajecten bestaat. Het ontwerp- en veranderproces voltrekt zich op verschillende niveaus van de organisatie, waarbij – naast de medewerkers op de werkvloer – verschillende personen of afdelingen betrokken zijn. Zij hebben in meer of mindere mate een actieve rol.
DOCUMENT
Forensisch sociale professionals hebben een cruciale rol in de trajecten van cliënten met verslavingsproblematiek. Veel onderzoek naar de effectiviteit van het forensische werk gaat over methodieken (‘what works’), er is relatief weinig bekend over de persoon van forensisch sociale professional en diens persoonlijke stijl en opvattingen (‘who works’). Wat zijn bijvoorbeeld opvattingen ten aanzien van (de behandelbaarheid van) middelenmisbruik van forensische cliënten en wanneer en hoe grijp je in als een cliënt terugvalt in middelengebruik? Hier is nog nauwelijks wetenschappelijk onderzoek naar verricht. Wel zijn er meerdere onderzoeken uitgevoerd onder (voornamelijk) medische professionals waaruit blijkt dat zij doorgaans vrij negatieve attitudes ten aanzien van (de behandelbaarheid van) verslaafden hebben. Deze attitudes hebben een negatieve invloed op de kwaliteit van de hulp die deze patiënten krijgen (o.a. minder tijd) en leiden bij hen tot meer onzekerheid en verminderde motivatie voor behandeling. Gedragsdeskundigen en professionals uit de verslavingszorg lijken positiever, hoewel gedegen onderzoek hiernaar beperkt is. Verder is er weinig bekend of er verschillen bestaan in attitudes tussen subgroepen, bijvoorbeeld mannen versus vrouwen, of minder versus meer ervaren professionals. Een relevante vraag is of professionals die specifiek met forensische cliënten met verslavingsproblematiek werken andere attitudes hebben dan professionals die meer in het algemeen met forensische cliënten werken. Ook naar de invloed van eigen middelengebruik of persoonlijke ervaringen met verslaving op attitudes ten aanzien van middelengebruik is weinig wetenschappelijk onderzoek verricht. Tot slot is er voor zover ons bekend geen onderzoek naar de invloed van attitudes op het handelen van professionals en trajecten van forensische cliënten.
MULTIFILE
De publicatie ‘De kracht van verbinding: Loopbaanthematieken in het licht van veranderende beroepsbeelden” is modulair opgebouwd. Iedere module behandelt een stukje van de thematiek, waarbij steeds vanuit een ander perspectief wordt gekeken: vanuit kiezende jongeren, vanuit de veranderingen die plaatsvinden in de maatschappij en die ons werk beïnvloeden, vanuit de Nederlandse arbeidsmarkt, vanuit onderwijsorganisaties en vanuit arbeidsorganisaties.
DOCUMENT