In de tweede helft van de jaren negentig van de vorige eeuw waren de Fontys Lerarenopleidingen druk doende de stagecomponent in de opleidingen zowel kwantitatief als kwalitatief te verbeteren. In dit rapport worden de achtergronden van deze innovatie toegelicht. Daarnaast gaat het rapport in op het belang van goed toegeruste begeleiders en opleiders die stages van leraren in opleiding begeleiden. Een aantal (stage)begeleidingsvormen en methodieken worden geïnventariseerd, uitmondend in een beschrijving van een mogelijk scholingstraject, bestaande uit twee tranches, voor Fontys opleiders en begeleiders van leraren in opleiding.
Studenten in het hbo ervaren nogal wat onzekerheid tijdens het doen van onderzoek. Dat is lastig, want teveel onzekerheid verlamt de student in het onderzoeksproces. Toch is enige mate van onzekerheid nuttig voor het ontwikkelen van een reflectieve en onderzoekende houding. Dan moet er wel sprake zijn van voldoende veiligheid voor de student om deze onzekerheid in het onderzoeksproces te kunnen hanteren. Door middel van empirisch-fenomenologisch praktijkonderzoek is vanuit de grounded theory benadering een aantal belevingsfactoren in het onderzoeksproces van studenten zichtbaar gemaakt. In relatie tot de Zelfdeterminatietheorie (Ryan & Deci, 2000) zijn deze onder te verdelen in interne factoren die zich vooral ‘binnen’ de student afspelen (bijvoorbeeld behoeften en houding). En in externe factoren die ‘buiten’ de student worden beleefd, zoals de opdracht, de begeleiding en beoordeling. Wanneer deze belevingsfactoren worden verbonden met (on)veiligheid en (on)zekerheid wordt duidelijk dat studenten zich tijdens het onderzoeksproces bewegen op het vlak van ‘veilige onzekerheid’. Ook laat dit onderzoek zien dat het kunnen omgaan met onzekerheid een vast onderdeel vormt van de onderzoekende houding van hbo-studenten en geeft een eerste blik op wat dat voor de student en de opleider zou kunnen betekenen.
Een onderzoekende houding helpt studenten een betere start te maken in het hbo. Een (aankomend) professional met een onderzoekende houding neemt niet klakkeloos aan wat collega’s, media, of anderen zeggen; is nieuwsgierig naar achtergronden; pluist de situatie uit, en werkt volgens een plan. Kortom, iemand met een onderzoekende houding is KNAP: Kritisch, Nieuwsgierig, Analytisch en Planmatig. Mbo-docenten spelen een belangrijke rol in het aanleren van en oefenen met een onderzoekende houding van hun studenten. De Hogeschool van Amsterdam (HvA) heeft hiervoor een KNAP-training ontwikkeld
We staan in Nederland voor een belangrijk maatschappelijk vraagstuk. Sinds 2020 laat de COVID-19 pandemie het groeiende tekort aan verpleegkundigen zien en is een vergrootglas gelegd op de problemen in de gezondheidszorg. Verpleegkundigen worden niet duurzaam ingezet, crisisbeleid wordt over in plaats van mét verpleegkundigen gemaakt, en het taakgerichte werken leidt tot demotivatie en beperking van de autonomie. Verpleegkundigen willen datgene doen, waarvoor ze het vak hebben gekozen: waarde toevoegen aan de kwaliteit van patiëntenzorg. Dit vereist dat verpleegkundigen zich hun leven lang blijven ontwikkelen, zodat zij vanuit een actuele en stevige kennisbasis, een constante praktijktheorie en eigen expertisegebied kunnen handelen. Dit is noodzakelijk voor de omgeving om autoriteit toe te kennen aan de verpleegkundige beroepsgroep. De kritische beroepshouding die hierdoor ontstaat draagt bij aan professionele zeggenschap en autonomie. Dit gebeurt echter onvoldoende met als gevolg hoge uitstroom van verpleegkundigen. Een groot deel van de startende verpleegkundigen verlaat het vak vroegtijdig, terwijl de groep van oudere verpleegkundigen moeite heeft zich te blijven ontwikkelen én actief lid te zijn van de beroepsgroep. Met het lectoraat ‘Continue professionele ontwikkeling van verpleegkundigen’ slaan Fontys, Avans Hogeschool en het Elisabeth-TweeSteden Ziekenhuis de handen ineen. Zij gaan actief aan de slag om te onderzoeken hoe het werken in Zorg Innovatie Centra bijdraagt aan de continue professionele ontwikkeling van verpleegkundigen en wat dit oplevert in termen van bevlogenheid, werkplezier en behoud. Annemarie de Vos werkt als Projectleider Verpleegkundig Leiderschap en Wetenschap in het Elisabeth-TweeSteden Ziekenhuis in Tilburg. Als L.INT-lector gaat zij samenwerken met verpleegkundigen en (docent-)onderzoekers van Fontys en Avans Hogeschool. Studenten van beide hogescholen zullen actief participeren in projecten of stages binnen het lectoraat. Daarnaast wordt samengewerkt met de partners Transvorm en BKV. Door de krachten te bundelen wordt het onderzoek gezamenlijk uitgevoerd, en wordt de verworven kennis verspreid binnen regionale en landelijke netwerken.
Dit projectvoorstel omvat een aanvraag voor een RAAK Publiek-subsidie voor een onderzoek naar de praktijk van het afhandelen van bezwaarschriften van burgers tegen besluiten van de gemeente. Doel van het onderzoek is om juridische professionals werkzaam bij een gemeente in staat te stellen bezwaarschriften meer burgervriendelijk en oplossingsgericht af te handelen. Dat wil zeggen dat die professional contact zoekt met de burger, nagaat wat het onderliggende probleem is en bespreekt in hoeverre het mogelijk is het bezwaar naar tevredenheid op te lossen. Lukt dit niet dan volgt een hoorzitting, waarbij de burger respectvol en fair wordt bejegend. Uit eerder onderzoek blijkt dat deze werkwijze bijdraagt aan de tevredenheid van de bezwaarmaker en de acceptatie van het eventuele besluit. De ervaring leert echter dat het nog niet zo gemakkelijk is om dit in de praktijk te brengen. Met name juristen voelen zich geremd om de gebruikelijke, formele procedure los te laten. Daarbij speelt hun traditionele professionele opstelling parten, maar ook de mate waarin zij binnen hun organisatie in de gelegenheid worden gesteld een passende oplossing te vinden. Het onderzoek draait dan ook om de vraag welke factoren en condities behulpzaam zijn om daadwerkelijk een oplossingsgerichte werkwijze toe te passen bij bezwaarschriften. Het onderzoek wordt uitgevoerd door de bezwaarpraktijk te analyseren binnen een vijftal gemeenten: gemeenten Alkmaar, Amstelveen/Aalsmeer, Amsterdam, Purmerend en Zaanstad. Dit aan de hand van onder meer de beschikbare dossiers, het observeren van het telefoongesprek met de bezwaarmaker, de hoorzittingen naar aanleiding van het bezwaarschrift en vraaggesprekken met de bezwaarmaker, de betrokken juridische professionals en hun leidinggevenden. Dit moet concrete aanknopingspunten opleveren om de bezwaarpraktijk te verbeteren. Het onderzoek wordt uitgevoerd door docent/onderzoekers van de HvA (opleiding HBO Rechten en lectoraat Legal Management) in nauwe samenwerking met de deelnemende gemeenten. Ook de Rijksuniversiteit Groningen (faculteit Rechtsgeleerdheid) is betrokken als expert.
Neurocriminologie betreft de invloed van neurobiologische (bv. hersenontwikkeling, hartslag) en neuropsychologische (bv. impulsiviteit) factoren op het ontstaan van crimineel gedrag. In de forensische zorgpraktijk wordt dit de komende jaren op grote schaal toegepast. Voordat (aankomende) professionals dit kunnen uitvoeren moeten zij voldoende neurocriminologische kennis, vaardigheden en een professionele beroepshouding ontwikkelen om deze kennis toe te passen.