We examined intercultural conversations in English between South African and Dutch pre-service teachers during a Collaborative Online International Learning (COIL) project. Unlike traditional COIL research, which emphasizes good practices and professional development, our approach explored the significance of everyday conversations in finding common ground. Through video analysis, we explored instances when common ground fostered a third space—a hybrid, in-between space—with the potential to promote equity and inclusivity. Results highlight how intercultural, professional, and personal conversations created temporary moments of third space. The role of “connection” in a COIL project shows how specific snapshots of intercultural communication and personal and normative conversations give alternative insights into pre-service teacher professional development. These dynamics suggest the importance of a more humanistic approach through descriptions of small, everyday conversational snapshots. Results in this study confirm that a North-South COIL project using English as a lingua franca is an effective way to promote inclusion and mutual understanding.
LINK
Aanleiding voor deze position paper was het grote aantal vragen over de relatie tussen wereldburgerschap en internationalisering die we kregen van mbo- en hbo-docenten. Om te verduidelijken hoe wereldburgerschap en internationalisering leven onder mbo- en hbodocenten, hebben we een survey afgenomen in samenwerking met Nuffic en UNESCO Nederland. De resultaten bevestigen onze vermoedens: wereldburgerschap wordt vooral begrepen in termen van diversiteit of interculturele vaardigheden en internationalisering in termen van mobiliteit en, eveneens, interculturele vaardigheden. Respondenten zien een sterke relatie tussen wereldburgerschap en internationalisering, maar hebben uiteenlopende opvattingen over deze relatie. Terwijl sommigen wereldburgerschap als een onderdeel van internationalisering zien, denken anderen het tegendeel. Veel respondenten verbinden zowel internationalisering als wereldburgerschap met diversiteit, inclusie en interculturele vaardigheden. Voor wereldburgerschap is deze vernauwing problematisch omdat het daardoor apolitiek en ajuridisch wordt. Hiermee bedoelen we dat de politieke en rechtelijke dimensie van wereldburgerschap verdwijnt, terwijl die zo cruciaal is om als wereldburger te kunnen participeren. Voor internationalisering is het problematisch dat de aandacht zich nog steeds primair richt op mobiliteit voor een kleine minderheid van studenten in plaats van allereerst op internationalisering van het curriculum voor alle studenten. De kern van wereldburgerschap hebben we gedefinieerd als kritische participatie in een globaliserende wereld. Het laten oefenen van zulk wereldburgerschap betekent studenten toerusten met verschillende soorten kennis (real world knowledge) en het vermogen om kritisch na te denken, morele afwegingen te maken en te participeren in publieke discussies over globale en lokale maatschappelijke vraagstukken. Wereldburgerschap in het beroepsonderwijs betekent participatie oefenen, niet alleen als wereldburger, maar ook als beroepsbeoefenaar. Internationalisering Is gericht op pluriforme perspectieven uit andere landen, culturen en contexten. Een geïnternationaliseerd -en ‘geïnterculturaliseerd’ curriculum is relevant voor alle studenten omdat ze met deze dimensies te maken krijgen in hun beroepspraktijk en in de samenleving waarvan ze deel uitmaken. We hebben vervolgens omschreven en met voorbeelden geïllustreerd hoe, volgens ons, wereldburgerschap en internationalisering op een betekenisvolle manier zijn verweven. Zo doen we recht aan beide concepten en brengen tegelijkertijd de kwaliteit van het onderwijs een stap verder. In onze visie is de kern van deze verwevenheid dat we studenten uit verschillende disciplines/beroepen, culturen en landen groepsgewijs aan wicked (deel)problemen laten werken. Op deze wijze werken aan wereldburgerschap en internationalisering vraagt erom zorgvuldig de leeractiviteiten voor te bereiden: van de opdracht tot aan de doorvoering. Het vraagt er ook om dat docenten en studenten buiten de grens van de eigen discipline samenwerken (samenwerkend leren), ervaren wat het betekent om een kritische en democratische discussie te voeren en besluiten te nemen over mogelijke (deel)oplossingen, rekening houdend met diversiteit en inclusie en het lokale met het mondiale verbindend. Om de perspectiefwisseling nog te versterken raden we aan om COIL te gebruiken. Met deze position paper hopen we inzichten te hebben verschaft aan docenten die aan de slag willen met wereldburgerschap en internationalisering.
MULTIFILE
In November 2019, scholars and practitioners from ten higher education institutions celebrated the launch of the iKudu project. This project, co-funded by Erasmus [1], focuses on capacity development for curriculum transformation through internationalisation and development of Collaborative Online International Learning (COIL) virtual exchange. Detailed plans for 2020 were discussed including a series of site visits and face-to-face training. However, the realities of the COVID-19 pandemic disrupted the plans in ways that could not have been foreseen and new ways of thinking and doing came to the fore. Writing from an insider perspective as project partners, in this paper we draw from appreciative inquiry, using a metaphor of a mosaic as our identity, to first provide the background on the iKudu project before sharing the impact of the pandemic on the project’s adapted approach. We then discuss how alongside the focus of iKudu in the delivery of an internationalised and transformed curriculum using COIL, we have, by our very approach as project partners, adopted the principles of COIL exchange. A positive impact of the pandemic was that COIL offered a consciousness raising activity, which we suggest could be used more broadly in order to help academics think about international research practice partnerships, and, as in our situation, how internationalised and decolonised curriculum practices might be approached. 1. KA2 Erasmus+ Cooperation for innovation and the exchange of good practices (capacity building in the field of Higher Education)