Banken vervullen een aantal vitale en essentiële functies in onze economie. Ze zijn onmisbare schakels in het betalingsverkeer. Daarnaast verstrekken ze krediet en zijn in die hoedanigheid ook geldscheppende instellingen. De processen van kredietverlening en geldschepping worden echter vaak niet goed begrepen. En dat leidt weer tot misverstanden en complotverhalen. Door de financiële crisis is de rol van de banken weer volop in de belangstelling gekomen en via het burgerinitiatief van de acteursgroep De Verleiders en Stichting Ons Geld is het onderwerp zelfs in de Tweede Kamer besproken. Als gevolg van de discussie aldaar is besloten dat de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid ons geldstelsel gaat onderzoeken. Discussie over ons geldstelsel is prima. Maar graag op basis van een juiste weergave van hoe het huidige stelsel echt werkt en niet op basis van onjuistheden. Geld, Schuld & Banken is geschreven om een aantal mythes en misverstanden die rondom geldschepping en kredietverlening breed leven weg te nemen.
MULTIFILE
LINK
Docenten van Fontys Hogeschool Bedrijfsmanagement, Educatie en Techniek (BEnT) hebben geëxperimenteerd (Gorissen, 2014) met Flipping the Classroom in relatie tot de taxonomie van Bloom. Bij dit concept worden lage kennisniveaus uit deze taxonomie voor de les aangesproken en in de les worden hogere kennisniveaus aangesproken. Bij het herontwerp van hun lessen zijn docenten ondersteund door workshops, gegeven door Fontys Educatief Centrum (FEC). Het onderzoek geeft inzicht in de ervaringen van docenten als ze Flipping the Classroom toepassen en dient als input voor FEC zodat toekomstige workshops nog beter aansluiten bij behoeften van docenten. De hoofdvraag is: Wat zijn ervaringen van docenten en studenten van een HBO-instelling met het toepassen van de taxonomie van Bloom in relatie tot Flipping the Classroom? Hiervoor zijn drie deelonderzoeken uitgevoerd, te weten een kwalitatieve analyse van de lesvoorbereidingen en individuele interviews met docenten en een kwantitatief onderzoek onder studenten over de door hun gevolgde lessen via dit concept. Resultaten laten zien dat docenten het concept correct toepassen en ze hiervoor activerende werkvormen en ICT tools inzetten. Docenten zijn enthousiast over de toepassing ondanks dat herontwerp tijdrovend is. Studenten kenden het concept vooraf niet maar hérkenden het wel, zowel voorafgaand als in de les. Vanwege de lage respons onder studenten kan alleen een voorzichtige conclusie getrokken worden dat het concept bijdraagt aan betere verwerking van de leerstof en dat het vaker toegepast mag worden. De belangrijkste aanbevelingen zijn gericht op kennisdeling tussen docenten die dit concept (willen gaan) toepassen in het onderwijs en nader onderzoek naar de invloed op de leerprestaties van de studenten.