Heeft Web 2.0 de toekomst? Of is het het zoveelste buzzword dat vooral in marketingkringen leeft? Onder Web 2.0 worden dynamische internetsites verstaan. In veel gevallen gebruiken die sites programmeertechnieken waarmee rap op maat gemaakte sites zijn op te bouwen. Die putten daarvoor weer informatie uit andere sites en combineren die tot nieuwe gegevens.
DOCUMENT
1e alinea column: Internet, social media, en al dan niet location based mobiele data hebben impact op de zichtbaarheid van de burger als consument, op business logica modellen en op hoe organisaties eruit gaan zien qua inrichting om in deze veranderende markt te overleven. In deze column de veranderingen in vogelvlucht en in onderling verband.
LINK
Het internet verandert de manier waarop we werk organiseren. Het maakt de 'schedule push' en de hiërarchische organisatie die het impliceert, overbodig en daarmee verdwijnt het type van control dat van oudsher wordt gebruikt om resources en taken, en klantvraag, levering en services op elkaar af te stemmen. Organisatorische hiërarchieën zijn te duur geworden om te blijven bestaan, en in veel gevallen is de manier waarop ze zaken coördineren gewoon niet meer nodig. De ingewikkeldheid van de kosten van het industriële complex begint de opbrengsten te overtreffen en het internet maakt het overbodig.
DOCUMENT
Prof. Henk Volberda van de Erasmus Universiteit te Rotterdam heeft veel onderzoek gedaan naar innovaties bij bedrijven. Verrassend genoeg blijkt dan dat technologische inovaties maar voor 25% bijdragen aan het succes en 75% van het succes verklaard wordt door sociale innovatie. Onder sociale innovatie wordt verstaan slimmer werken, dynamisch managen en creatief samenwerken. Oftewel goed HRM-beleid.
LINK
In het begin van deze rede schetsen we aan de hand van voorbeelden het individuele, het business en het maatschappelijk perspectief van Internet. We laten zien hoe ver Internet al is doorgedrongen in ons privé en in ons openbare leven. In bijna alle maatschappelijke rollen die u speelt komt u inmiddels Internet tegen. Dat is spannend. Dan ontstaat er dus een nieuw evolutionair proces waarin de meest aangepaste aan Internet en E-business maximaal profiteert. Dat geldt voor individuen, organisaties en wellicht ook hele landen. Waar we het met u over willen hebben is waaraan we ons dan moeten aanpassen. Wat doet Internet met ons, met ons bedrijf, met ons gezin, onze baan, met Nederland? Waar heeft Internet een rol en waar per se niet.
DOCUMENT
Het proefschrift gaat in op de werkwijze, het belang en het gedrag van muziekuitgevers, de pioniers van de muziekindustrie. Sinds de uitvinding van de boekdrukkunst geven muziekuitgevers composities uit op bladmuziek of licenseren zij deze. Door het succes van de grammofoonplaat werden de uitgevers een eeuw geleden uit het centrum van de macht van de muziekindustrie verdreven door de platenmaatschappijen die de geluidsopnames van muziek gingen exploiteren. De verborgenheid van de muziekuitgeversbranche komt enerzijds voort uit de onduidelijke positie van de muziekuitgevers in de culturele waardeketen van de muziekindustrie en anderzijds door de historische wirwar aan rechten. Opvallend genoeg is er weinig wetenschappelijke aandacht geweest voor deze industrie zeker in tegenstelling tot de aandacht voor de platenmaatschappijen, dit onderzoek hoopt daar verandering in te brengen. Machtige positie door digitalisering van muziek Het proefschrift van Wierda is een longitudinale studie die een periode van honderd jaar omvat. Muziekuitgevers verwerven een deel van het auteursrecht van een liedje, indien de componist muziek wenst uit te geven. Door deze wijze komt de uitgever voor de componist op zodat ze beide inkomen uit het intellectueel eigendom vergaren als of het liedje op plaat verschijnt of live ten gehore wordt gebracht. Muziekuitgevers wensen mede ten behoeve van de componist, inkomen te vergaren. Waar ook maar muziek geconsumeerd wordt eisen zij het recht van gebruik op. Dit kan zijn bij live entertainment, televisie, internet en games. Het bijzondere volgens het proefschrift is dat door de digitalisering na honderd jaar dynamiek de uitgevers weer in belang toenemen, doordat de handel in de fysieke geluidsdragers van de platenmaatschappijen tanende is. De muziekindustrie neigt naar een ‘rights industry’ waarin qua werkwijze de uitgevers al eeuwen in gespecialiseerd zijn. De huidige uitgevers kenmerken zich dan ook als ondernemers die weer dichter tegen de componist aankruipen en zich op deze wijze dynamisch profileren in de nieuwe tijd.
DOCUMENT
Informatie- en communicatietechnologie (ICT) is doorgedrongen tot alle niveaus van de economie en samenleving. Bestaande grenzen tussen markten, bedrijven en consumenten worden opengebroken en nieuwe producten en diensten zijn steeds sneller, slimmer en goedkoper beschikbaar voor grote groepen consumenten. Door het toepassen van ICT kunnen transacties efficiënter en effectiever tot stand komen, als we tenminste met de nieuwe technologie leren omgaan. In E-business your business beschrijft de auteur het multidisciplinaire karakter van e-business. Het boek gaat over de invloed van ICT op de organisatie, de strategie en de marketing. Belangrijke ontwikkelingen zoals e-marketing, weblogs, RFID, internettelefonie, co-creatie, offshore outsourcing en mass customization worden op een heldere manier beschreven. Daarnaast geeft de auteur vijftig concrete tips om de omzet via internet te verhogen. Met dit boek raken studenten en managers vertrouwd met de wereld van e-commerce, e-business en internet.
MULTIFILE
Het afgelopen decennium hebben we de ontwikkeling en diffusie gezien van pc s en internet. Op dit ogenblik heeft 75% van de Nederlandse huishoudens een pc thuis, en 62 % ook een internetverbinding. Tijd besteed aan televisie en het gedrukte woord wordt vervangen door internet-tijd. Hoewel hiervan steeds meer onder de noemer entertainment valt (uitwisselen van muziek, spelen van computer-games), heeft deze ontwikkeling significante gevolgen voor de manier waarop burgers (wetenschappelijke) informatie zoeken en vinden. Google verdringt de Encyclopfdia Britannica van de troon. De belangrijkste ontwikkeling op het snijvlak van digitalisering en wetenschap is niet zozeer de grotere rekenkracht maar de toegenomen toegankelijkheid van wetenschappelijke informatie, zowel in de communicatie tussen wetenschappers (via virtuele bibliotheken en discussielijsten) als tussen wetenschappers en studenten (via elektronische leeromgevingen). Waar dit eerst nog de vorm aannam van digitaal ontsluiten van traditionele media, dat wil zeggen het digitaliseren van reeds c.q. ook op papier beschikbare artikelen, neemt dit snel de vorm aan van nieuwe kennis-producten, zoals een web-essay. Er ontstaan ook informatie-hangplekken, d.w.z. verdichtingen in de digitale communicatie rondom specifieke thema s. Meestal neemt dit de vorm aan van een website (met daarop artikelen, maar ook beleidsstukken, nieuws, casuostiek) met daarbij een discussieplatform. Wie nu wat zoekt over bijvoorbeeld onderwijsachterstanden, gaat niet naar de bibliotheek, maar komt via google terecht bij www.oatransfer.nl. Wie wat over informeel leren wil weten, komt na wat zoeken terecht op www.infed.org en heeft verder geen behoefte meer aan op traditionele wijze gepubliceerde informatie. Door deze ontwikkeling van digitalisering en in het publieke domein plaatsen van wetenschappelijke informatie ontstaat ook een grotere communicatie tussen wetenschappers en werkveld. Nu eind 2003 het kabinet via het innovatieplatform en anderszins de kennisoverdracht tussen hoger onderwijs en werkveld benadrukt, kan ook de graadmeter van kwaliteit van wetenschappelijk onderzoek wijzigen: het is tijd om de science citation index aan te vullen met de google citation index.
DOCUMENT
1e alinea: "Je neemt grote risico’s bij alles wat je doet, maar nog grotere risico’s als je niets doet"- S. Williams. Enkele maanden terug ging in Nederland een nieuwe internetbank open: Knab. De bank mede opgericht door een beleggingsfonds en verzekeraar. De naam is een spiegelbeeld van het woord bank met een K van de klant voorop. Een mooie gedachte wat tegelijkertijd ook vragen oproept en tot nadenken aanzet: hoe zit het dan met de anderen banken, wat klantvriendelijkheid betreft, is het niet meer vanzelfsprekend, wordt het dan extra in rekening gebracht? Hier enkele gedachten over het onderwerp banken van morgen.
LINK
Er is al veel geschreven over de generatie die is opgegroeid met de vanzelfsprekende aanwezigheid van de moderne informatie- en communicatietechnologie en het internet als virtuele wereld, maar de consequenties voor het onderwijs worden nog onvoldoende onderkend. Het belangrijkste probleem is dat de generatie die onderzoek doet naar veranderend leergedrag behoort tot de digital immigrants, terwijl zij uitspraken doet over de generatie die behoort tot de digital natives (Prensky, 2006). De digital immigrants zien de informatie en communicatietechnologie als een aanvulling op reeds ontwikkelde routines, en dat betekent dat de mogelijkheden van die technologie ook vanuit dat perspectief worden beoordeeld. De routines van de digital natives zijn geworteld in deze technologie en werden erdoor gevormd.
DOCUMENT