Digital educational escape rooms (DEERs) can provide an engaging gamified learning experience for students that is easy to use and sustainable for teachers. Though well-established in the STEM fields, where escape rooms often call for students to apply procedural skills, escape rooms are also used across a range of subjects to impact durable skills and attitudes such as communication, collaboration, and critical thinking. This paper seeks to extend the application of DEERs into social entrepreneurship (SE) education by exploring the DEER design elements relevant to the SE field. This paper will focus on developing durable skills and attitudes associated with social entrepreneurship, an area of entrepreneurship that seeks to create businesses with positive social impact. To identify the relevant design elements in DEERs, we conducted a systematic literature review. The research question was "Which design elements of digital educational escape rooms are necessary to teach social entrepreneurship skills and competencies?” This current paper builds on this type of framework by highlighting the relationship between the components of a DEER and learning objectives, specifically those relevant to a social entrepreneur’s educational context. For example, almost all papers reported successful collaboration in online groups. The authors also found that specific puzzle types were less important than the gamified context on impact on learning and skill development. Thus, the authors contribute to our understanding of how DEERs can relate to SE specific learning objectives, skills, and attitudes.
Many honors educators have a need for evidence-based input and tools on how to plan their teaching and their interactions with honors students. At the same time, an increasing amount of research is available on the specific characteristics and needs of honors students and teaching. Connecting this need for professional input with the increasing quantity of research findings, however, remains a challenge. In this note, we provide a roadmap for translating educational research into an accessible product for educators from the start of a research project. We present our project as a case to illustrate the roadmap. In the project, our research results have been translated into an e-module to allow for professionalization among honors educators in higher education.
In our research we focus on shared processes of interpretation, knowledge development and innovation in education, developing non-hierarchical research relationships between researchers. Our work is informed by a critical stance towards the current practice in Dutch education where teachers are struggling with student diversity and students with disabilities are excluded from mainstream schools. For the project we present in this book we combined critical discourse analysis, participatory action research and an emergent research design. We worked with teachers and students, supporting and stimulating them to develop a more just and inclusive practice in their schools, where all students get a fair deal. Starting point were the narratives of the teachers involved. Their stories, their struggle and their views were important. Interpretation became a process of shared meaning making at all stages of the research process, systematically integrating insiders’ and outsiders’ perspectives. Thus, the teachers and their students developed contextually-relevant and innovative solutions to the challenges they encountered in their practice, for example regarding power relations in the classroom and managing diversity, making use of the strengths of individual students and those of the group. The researchers involved brought in their knowledge and experience regarding practice-oriented research and introduced a theoretical framework for analysing and understanding current practices. In: Smeyers P., Bridges D., Burbules N., Griffiths M. (eds) International Handbook of Interpretation in Educational Research. Springer International Handbooks of Education. Springer, Dordrecht
Students in Higher Music Education (HME) are not facilitated to develop both their artistic and academic musical competences. Conservatoires (professional education, or ‘HBO’) traditionally foster the development of musical craftsmanship, while university musicology departments (academic education, or ‘WO’) promote broader perspectives on music’s place in society. All the while, music professionals are increasingly required to combine musical and scholarly knowledge. Indeed, musicianship is more than performance, and musicology more than reflection—a robust musical practice requires people who are versed in both domains. It’s time our education mirrors this blended profession. This proposal entails collaborative projects between a conservatory and a university in two cities where musical performance and musicology equally thrive: Amsterdam (Conservatory and University of Amsterdam) and Utrecht (HKU Utrechts Conservatorium and Utrecht University). Each project will pilot a joint program of study, combining existing modules with newly developed ones. The feasibility of joint degrees will be explored: a combined bachelor’s degree in Amsterdam; and a combined master’s degree in Utrecht. The full innovation process will be translated to a transferable infrastructural model. For 125 students it will fuse praxis-based musical knowledge and skills, practice-led research and academic training. Beyond this, the partners will also use the Comenius funds as a springboard for collaboration between the two cities to enrich their respective BA and MA programs. In the end, the programme will diversify the educational possibilities for students of music in the Netherlands, and thereby increase their professional opportunities in today’s job market.
A-das-PK; een APK-straat voor rijhulpsystemen Uit recent onderzoek en vragen vanuit de autobranche blijkt een duidelijke behoefte naar goed onderhoud, reparatie en borging van de werking van Advanced Driver Assistance Systems (ADAS), vergelijkbaar met de reguliere APK. Een APK voor ADAS bestaat nog niet, maar de branche wil hier wel op te anticiperen en haar clientèle veilig laten rijden met de rijhulpsystemen. In 2022 worden 30 ADAS’s verplicht en zal de werking van deze systemen ook gedurende de levensduur van de auto gegarandeerd moeten worden. Disfunctioneren van ADAS, zowel in false positives als false negatives kan leiden tot gevaarlijke situaties door onverwacht rijgedrag van het voertuig. Zo kan onverwacht remmen door detectie van een niet bestaand object of op basis van verkeersborden op parallelwegen een kettingbotsing veroorzaken. Om te kijken welke gevolgen een APK heeft voor de autobranche wil A-das-PK voor autobedrijven kijken naar de benodigde apparatuur, opleiding en hard- en software voor een goed werkende APK-straat voor ADAS’s, zodat de kansrijke elementen in een vervolgonderzoek uitgewerkt kunnen worden.
Om tegemoet te komen aan de eisen die gesteld worden aan werknemers in de huidig snel veranderende samenleving heeft de NHL Stenden Hogeschool gekozen voor een nieuw onderwijsconcept, namelijk Design Based Education (DBE). DBE is gebaseerd op het gedachtegoed van Design Thinking en stimuleert iteratieve en creatieve denkprocessen. DBE is een student-georiënteerde leeromgeving, gebaseerd op praktijk-, dialoog-, en vraaggestuurde onderwijsprincipes en op zelfsturend, constructief, contextueel en samenwerkend leren. Studenten construeren gezamenlijk kennis en ontwikkelen een prototype voor een praktijkvraagstuk. Student-georiënteerde leeromgevingen vragen andere begeleidingsstrategieën van docenten dan zij gewend zijn. Van docenten wordt verwacht dat zij studenten activeren gezamenlijk kennis te construeren en dat zij nauw samenwerken met werkveldprofessionals. Eerder onderzoek toont aan dat docenten, zelfs in een student-georiënteerde leeromgeving, geneigd zijn terug te vallen op conventionele strategieën. De overstap naar een ander onderwijsconcept gaat dus blijkbaar niet vanzelf. Collectief leren stimuleert docenten de dialoog aan te gaan met andere docenten en werkveldprofessionals met als doel gezamenlijk te experimenteren en collectief te handelen. De centrale vraag van het postdoc-onderzoek is het ontwerpen en ontwikkelen van (karakteristieken van) interventies die collectief leren van docenten en werkveldprofessionals stimuleren. Het doel van het postdoconderzoek is om de overstap naar DBE zo probleemloos mogelijk te laten verlopen door docenten te ondersteunen DBE leeromgevingen te ontwikkelen in samenwerking met werkveldprofessionals en DBE te integreren in hun docentactiviteiten. De onderzoeksmethode is Educational Design Research en bestaat uit vier fasen: preliminair onderzoek, ontwikkelen van prototypes, evaluatie en bijdrage aan de praktijk. Het onderzoek is verbonden aan het lectoraat Sustainable Educational Concepts in Higher Education en wordt hiërarchisch en inhoudelijk aangestuurd door de lector. Docenten, experts, werkveldprofessionals en studenten worden betrokken bij het onderzoek. Dit onderzoek kan zowel binnen als buiten de hogeschool een bijdrage leveren omdat steeds meer hogescholen kiezen voor een ander onderwijsconcept.
