Neem ‘ethisch redeneren’ op als een filosofische vaardigheid in domein A, stelt Floor Rombout. Dat is niet alleen goed voor de leerlingen, maar ook voor het aanzien van ons vak.
DOCUMENT
Full text via link. Met de participatiesamenleving laat Rutte zien toch een ideologie te hebben. En wat voor een. De keuzes die het kabinet maakt zijn niet gering: autonomie gaat ten koste van zorg, en informele hulp komt in plaats van steun. En: mannen werken en vrouwen gaan weer zorgen. De kabinetskeuzes zijn ethisch discutabel
LINK
In dit rapport wordt verslag gedaan van een onderzoek met behulp van de Most Significant Change benadering, naar de impact van een Professionaliseringstraject Ethisch Actorschap (PEA). Ethische reflectie is de laatste jaren ‘booming business’. Steeds meer organisaties besteden aandacht aan ethiek op de werkvloer en stimuleren ethische reflectie van medewerkers. Als ethici en onderzoekers verwelkomen wij deze ontwikkeling uiteraard, maar wij stelden onszelf ook de vraag: wat levert al die reflectie de medewerkers en cliënten eigenlijk op? Deze vraag was aanleiding om een onderzoek hiernaar in te richten, met als hoofdvraag: Tot welke ethische impact leidt een ethisch professionaliseringstraject en op welke manier kunnen we deze in beeld brengen?
DOCUMENT
Sportevenementen kunnen soms schadelijk zijn voor gezondheid, veiligheid en welzijn van deelnemers en andere belanghebbenden. Organisatoren van sportevenementen hebben een bijzondere verantwoordelijkheid. Ze dienen zorg te dragen voor een gezond en veilig evenement. Dit artikel beidt een overzicht van don’ts en do’s als het gaat om het bouwen van een verantwoordelijke organisatie. Het perspectief is MVO: maatschappelijk verantwoord ondernemen. Het gaat dus niet om de juridische of economische verantwoordelijkheid, maar om de ethische verantwoordelijkheid: ethiek in de praktijk van sportevenementen.
LINK
Dit hoofdstuk gaat over de ergotherapeut. Het basisdeel beschrijft de zes uitgangspunten van ergotherapie: gebaseerd op dagelijks handelen, persoonsgericht, vindt plaats in de context, gebaseerd op bewijs, gebruikt technologie en is gemeenschapsgericht. Daarna wordt ingegaan op het ‘waarom’, het ‘hoe’ en het ‘wat’ van ergotherapie in de praktijk. De vier verschillende praktijkcontexten van de ergotherapeut worden beschreven, waarbij ook de meest recente cijfers over ergotherapeuten zijn meegenomen. Het basisdeel eindigt met een beschrijving van de stand van zaken van ergotherapie in België en Nederland. Het verdiepend deel gaat in op de volgende onderwerpen: creativiteit, leiderschap in ergotherapie, onderzoekend vermogen en ethisch redeneren. Er wordt ingegaan op het belang van internationalisering, de belangrijke internationale netwerken worden beschreven en het eindigt met het belang van duurzaamheid voor je ergotherapiepraktijk.
DOCUMENT
Zeven stellingen worden uitgewerkt: 1. Goed toetsen is slechts mogelijk in de mate waarin duidelijk is welke leerdoelen studenten moeten bereiken. 2. Toetsing stuurt het leren van de studenten. 3. Denken vanuit eigen vakgebied is een bedreiging voor de toetsing van competenties. 4. Het doel van toetsen bepaalt hoe het middel toetsing wordt gebruikt. 5. Toetsen vereist een methodenmix, want één voldoende toetsmethode bestaat niet. 6. Zelfbeoordeling en elkaar beoordelen moeten onderdeel zijn van de toetsing van ethische competenties. 7. Het toetsen van beroepscompetenties die studenten in de beroepspraktijk (stages) onvoldoende beoefend zien is dweilen met de kraan open.
DOCUMENT
Dit onderzoek heeft de beleving van ziekenhuisverpleegkundigen over betekenis en toepassing van leiderschapscompetenties in verpleegkundig handelen in kaart gebracht. Daarnaast was het onderzoek gericht op bewustwording van de ontwikkeling van verpleegkundig leiderschap. METHODE: Het betreft een mixed-methods onderzoeksdesign met kwalitatieve data van 75 diepte-interviews en 24 focusgroepen over een periode van 2 jaar en kwantitatieve data van 430 verpleegkundigen. RESULTATEN: Verpleegkundig leiderschap blijkt vooral gerelateerd aan opkomen voor patiënten vanuit expertise waarvan concrete voorbeelden werden gevonden. Tegelijk blijkt dat verpleegkundigen zich niet volledig bekwaam achten op bachelor niveau; op competenties zoals evidence based practice (EBP), zelfmanagement bevorderen en gezamenlijke besluitvorming is sprake van kennistekorten. Factoren die de ontwikkeling van leiderschap bevorderen zijn werkcultuur-gebonden. DISCUSSIE EN CONCLUSIE: Inzetten op vergroten van bewustwording van zowel onbewuste bekwaamheid als onbekwaamheid naast een veilige teamsfeer zijn belangrijke stappen in de ontwikkeling van klinisch leiderschap. Hierin zijn reflectie en uitwisseling van goede voorbeeldsituaties ondersteunend. Het onderzoek levert een model voor verpleegkundig leiderschap op dat laat zien hoe persoonlijke leiderschapscompetenties door alle verpleegkundigen, ongeacht het functieniveau, worden ingezet in combinatie met expertise die aan het functie en opleidingsniveau is gekoppeld en waarbij gedeeld leiderschap als een gezamenlijke opdracht in teamverband wordt beoefend.
MULTIFILE
In dit magazine wordt verslag gedaan van onderzoeksprojecten binnen de thema's vakdidactiek, opleidingsdidactiek en Beroepsgerichte Didactiek / Leven Lang Ontwikkelen. Het themagebied Vakdidactiek richt zich op de didactiek van schoolvakken in het voortgezet onderwijs. Het themagebied Opleidingsdidactiek richt zich op de didactiek van het opleiden van studenten in de lerarenopleiding. Het themagebied Beroepsgerichte Didactiek en Leven Lang Ontwikkelen richt zich op de didactiek van het opleiden voor een beroep en op de didactiek voor het ondersteunen van leren in werk en loopbaan.
MULTIFILE
De bacheloropleidingen Verpleegkunde in Nederland staan voor de uitdaging het nieuwe beroepsprofiel Bachelor Nursing 2020 te vertalen naar het onderwijs. Een deel van het nieuwe curriculum gaat over de inzet van eHealth. In dit document worden 14 verpleegkundige beroepstaken omschreven waarbij eHealth wordt ingezet. Beschreven wordt welke kennis, vaardigheden en houding van een verpleegkundige worden gevraagd om elke eHealth-taak zelfstandig uit te voeren. Elke taak wordt gekoppeld aan kernbegrippen van Bachelor Nursing 2020 en aan relevante CanMEDS-rollen.
DOCUMENT
In deze rede wordt besproken hoe het lectoraat de beroepsbeoefenaars in het verpleegkundig domein wil ondersteunen en wil bijdragen aan het vormgeven van verpleegkundig leiderschap en ieders professionele eigenheid. De titel van de rede ‘Notes on Nursing 2.0’ wil vooral de noodzaak tot deze veranderingen in het verpleegkundig domein benadrukken. Niet door te veronderstellen dat er niets is veranderd in zorg en verpleegkunde sinds de tijd van Nightingale. Dat is er wel. Opgeleid worden tot een professie in het beroepsdomein is niet alleen een vanzelfsprekendheid maar een eis. Het kennisdomein van de zorg en verpleegkunde heeft zich in verpleegkundige diagnostiek en standaarden verregaand ontwikkeld. Verplegingswetenschappelijk onderzoek, waar Nightingale ooit als eerste vrouwelijke statisticus in het Brits Koninkrijk mee startte, heeft zich een vaste plek in onderwijs en praktijk verworven. Van betekenis willen zijn voor anderen vanuit compassie is nog steeds de beroepsmotivatie, maar van een onderdanige dienstbaarheid is geen sprake meer (Cingel van der, 2012). Tegelijkertijd is in de dagelijkse praktijk volmondig leiderschap nog geen vanzelfsprekend en hapert een optimale beroepsuitoefening door een te lang vastgehouden gelijkheidsprincipe van verschillend opgeleide verzorgenden en verpleegkundigen. Dat is de noodzaak tot verandering waaraan deze 2.0 versie ‘Aantekeningen over het Verplegen’ en het lectoraat de komende jaren wil bijdragen. In hoofdstuk 1 wordt via de metaforen in het verhaal 'De kat die naar de koning keek' de visie op emancipatoir actieonderzoek en de veranderkundige principes beschreven die het lectoraat zal inzetten. Hoofdstuk 2 bevat de aanleiding, missie en onderzoekslijnen die met elkaar samenhangen binnen het lectoraat. In hoofdstuk 3 en 4 wordt ingegaan op de thema's identiteit en leiderschap, waarbij de onderlinge samenhang met de professionele beroepsuitoefening en het ontwikkelen van een onderzoekscultuur wordt besproken. Daarnaast worden specifieke aspecten behandeld die de praktijk en werkcultuur van vandaag beïnvloeden, en wordt beschreven hoe het lectoraat concreet bijdraagt aan de ontwikkeling van verpleegkundig leiderschap en de vorming van de beroepsidentiteit in het betreffende domein. Hoofdstuk 5 bevat een samenvatting van de principes waarop het onderzoeksprogramma is gebaseerd, evenals informatie over lopende en toekomstige projecten. In hoofdstuk 6 vindt u achtergrondinformatie over de lector en de leden van de kenniskring.
MULTIFILE