Deze rapportage bevat een analyse van het maatschappelijk debat over de terreinen onderwijs, cultuur, wetenschap en media. De analyses zijn in de periode 2010-2015 gemaakt. De analyses van het maatschappelijk debat zijn bedoeld om het beleid beter te doen aansluiten bij de maatschappelijke vraag. De analyse van het media-debat is van de hand van Andra Leurdijk en Saskia Welchen.
DOCUMENT
Het hoger onderwijs in Nederland is begonnen aan een nieuwe uitdaging. Steeds meer studenten hebben hogere ambities dan het reguliere programma kan waarmaken, en gaan op zoek naar nieuwe uitdagingen. Het motief van de studenten voor dit hoge ambitieniveau varieert van hogere intrinsieke levensdoelen tot een betere kans op de arbeidsmarkt. In het hoger beroepsonderwijs en het universitaire onderwijs ontstaan daarom vele honoursprogramma’s, die studenten de mogelijkheid bieden om deze extra uitdagingen aan te gaan en toe te werken naar professionele excellentie. De eerste ervaringen met het werken in deze honoursprogramma’s zijn nu opgedaan. Het selecteren van studenten die in de basis potentie hebben om deze uitdagingen aan te gaan, en het begeleiden van deze studenten, van docenten een andere rolopvatting en pedagogische benadering vraagt dan lange tijd gebruikelijk is geweest. Dit boek biedt aan de hand van succesvolle praktijkvoorbeelden, uitkomsten van onderzoeken en praktijkervaringen een handelingskader voor docenten die deze ambitieuze en getalenteerde studenten optimaal willen begeleiden bij het realiseren van hun ambities. In dit boek worden drie grote thema’s rondom honoursprogramma’s besproken: de kenmerken van talent en de talentontwikkeling gericht op excellente professionals, de inrichting van de leeromgeving in honoursprogramma’s en honours-teaching in de context van honoursprogramma’s. Daarbij worden de rol van leergemeenschappen, de cultuur en kwaliteitsborging toegelicht. Het boek is primair gericht op docenten uit het hoger onderwijs, maar doordat het een breed spectrum van onderwerpen omvat, kan het ook interessant zijn voor docenten in andere typen onderwijs, leidinggevenden in het onderwijs, beleidsmakers, onderwijskundigen, onderzoekers en anderen die geïnteresseerd zijn in het honoursonderwijs. Docenten kunnen de vele concrete aanwijzingen die de auteurs geven, gemakkelijk inpassen in hun eigen onderwijspraktijk.
DOCUMENT
Wat zijn de mogelijkheden voor inpassing van honoursonderwijs in Energy masterprogramma’s aan de Hanzehogeschool Groningen, vanuit een internationaal perspectief? Dat is de centrale vraag in dit onderzoeksrapport van het Lectoraat Excellentie in Hoger Onderwijs en Samenleving van de Hanzehogeschool Groningen. We beantwoorden de vraag door eerst de context te schetsen, vervolgens informatie uit binnen- en buitenland op een rij te zetten en deze tenslotte te analyseren.
DOCUMENT
Het Lectoraat Excellentie in Hoger Onderwijs en Samenleving beoogt met haar onderzoek een belangrijke bijdrage te leveren aan de verdere ontwikkeling van honoursonderwijs binnen de HG, nationaal en internationaal. Het onderzoeksprogramma voor de komende jaren is ambitieus. Het vormt een samenhangend geheel gericht op student, docent, werkveld en samenleving. Honoursonderwijs is immers de sleutel om studenten uit te dagen die meer uit zichzelf willen halen. Het lectoraat wil een bijdrage leveren aan het opleiden van studenten tot kritische wereldburgers die in staat zijn over hun eigen grenzen heen te kijken en zich realiseren dat een bijdrage leveren aan de samenleving vanzelfsprekend is overeenkomstig het motto van de HG Share your talent. Move the world.
DOCUMENT
Meer halen uit de beste studenten in het hoger onderwijs: dat is het motto van het Sirius Programma. Het doel: inzicht verkrijgen in wat de beste manier is omexcellentie te bevorderen en inzicht in de belemmeringen die hiervoor in de huidige situatie bestaan. Vanuit dit vertrekpunt zijn 20 hogescholen en universiteiten sinds 2008 gestart met excellentiebevordering onder hun beste studenten. Instellingen hebben veel vrijheid om te experimenteren en hun eigen methoden in te zetten om excellentie te bevorderen. Binnen het Sirius Programma leren instellingen veel van elkaars aanpak. Maar het blijft niet bij onderlinge kennisuitwisseling. Er wordt ook over de grens gekeken. De Verenigde Staten zijn bij uitstek een land waar excellentiebevordering altijd veel aandacht heeft genoten. In het najaar van 2011 heeft daarom een Nederlandse delegatie uit het hoger onderwijs deelgenomen aan de National Collegiate Honors Council (NCHC) Conference in Phoenix. Reflecties naar aanleiding van dit congresbezoek zijn de basis voor The Phoenix Experience. Met deze reader wordt de opgedane kennis van deze reis vastgelegd en gedeeld met andere instellingen. Ook in 2012 trekken veel betrokkenen van het Sirius Programma de grens over. Denemarken is reeds bezocht en in november staat een reis richting de Oostkust van de Verenigde Staten gepland.
DOCUMENT
Het aantal excellentieprogramma’s in het hoger onderwijs neemt toe. Zowel op universiteiten als op hogescholen is steeds meer aandacht voor gedifferentieerd onderwijs en onderwijs voor de excellente student. Om inzicht te krijgen in de stand van zaken omtrent het aanbod van excellentieprogramma’s in de bachelorfase van het hoger onderwijs is een inventarisatieonderzoek uitgevoerd.
LINK
Gebonden vrijheid is een van de kernelementen van honoursonderwijs. Het vraagt aan studenten dat ze vorm kunnen geven aan die vrijheid door bewust keuzes te maken. Dit kan leiden tot excellente prestaties binnen de studie, maar is ook van grote meerwaarde na het honoursonderwijs, in hun leven als professional op de arbeidsmarkt. Dit artikel laat zien hoe, in het Honours College Geowetenschappen van de Universiteit Utrecht, middels een interventie bestaande uit reflectietalentenworkshops met de focus op successituaties, geprobeerd is om de reflectievaardigheden van studenten te vergroten. Reflectie wordt daarbij gezien als koerbepaling, als middel om bewust positie in te nemen en van daaruit richting te kiezen. Portfolio-analyse, interviews met honoursdocenten en -coördinatoren, en studentenevaluaties duiden op een positief effect op de reflectiecompetenties
DOCUMENT
De handreiking begint in hoofdstuk 1 met de waarde en betekenis die excellentieheeft voor de betrokkenen binnen de school. Op welke punten wil jeexcellent zijn, hoge eisen stellen, sluit dit aan bij het werkveld, en hoe pak jedat gezamenlijk aan?In hoofdstuk 2 komt aan de orde, of en hoe excellentie en ambities binnende school gewaardeerd worden. Immers, als excellentie en ambities belangrijkworden gevonden, is het ook belangrijk dat deze kenmerken worden herkend,erkend en gewaardeerd. Zijn er rituelen en symbolen die daarvoor wordentoegepast?Hoofdstuk 3 betreft de “manier van doen” binnen de school. Iedereen heeft zijnhelden, d.w.z. rolmodellen die bepaalde werkwijzen of een manier van doensymboliseren. Wat zijn onze helden, rolmodellen, manieren van doen?Hoofdstuk 4 gaat over de stimulans van honoursprogramma’s. Deze programma’szijn in de eerste plaats bedoeld om de uitdaging te vergroten voorstudenten die meer willen en meer kunnen. Ze zijn echter ook een middel omde cultuur van excellentie “in den brede” en een ambitieuze studiecultuur testimuleren. Gebeurt dat voldoende?Hoofdstuk 5 geeft een model met vier dimensies die als kenmerkend kunnenworden beschouwd voor een cultuur van excellentie en een ambitieuze studiecultuur.Herkent iedereen zich in dat beeld? Is dit kenmerkend voor het team?Wat kunnen we nog meer doen om die cultuur te benaderen?In het laatste deel is meer achtergrondinformatie te vinden over cultuur,schoolcultuur en studiecultuur en hoe die zich tot elkaar verhouden.
DOCUMENT
Deze handreiking is bedoeld als een hulpmiddel voor het gesprek binnen deopleiding, of bijvoorbeeld een faculteit, school of academie. Het gesprek kannieuwe ideeën opleveren om de cultuur van excellentie te bevorderen. Het kaner ook toe leiden dat er tegenstrijdigheden worden gesignaleerd in de bestaandesituatie die veranderd zouden moeten worden. Het is geen handleiding omstap voor stap tot een cultuur van excellentie te komen. Het kan wel leidentot nieuwe ideeën en verbetermaatregelen. Daarom sluit elk hoofdstuk af metde vraag: wat gaan we doen? Door aandacht te geven aan deze vraag leidt hetgesprek tot verandering.
DOCUMENT
Het onderzoek “Excellentie, communities en cultuur” is gericht op kenmerken van de cultuur van honoursstudenten en de wijze waarop deze in relatie staat tot de docent en de omgeving buiten honours: medestudenten, docenten, werkveld, vrienden, familie. In de politiek-maatschappelijke discussie over de kenniseconomie en excellentie speelt het begrip cultuur een belangrijke rol. Het tegengaan van de “zesjescultuur”, het streven naar een “ambitieuze studiecultuur “ en een “cultuur van excellentie” wordt vaak genoemd als een belangrijk doel van het landelijk onderwijsbeleid. Zie bijvoorbeeld de Strategische Agenda’s voor het hoger onderwijsbeleid en onderzoek (Ministerie van OCW, 2007 en 2011). Onderwijskundige literatuur is vaak gericht op de rol en invloed van de docent. De rol van de docent komt ook in dit onderzoek aan bod. Het begrip “cultuur” plaatst de interactie tussen student en docent echter in een bredere context. Immers niet alleen de docent speelt een rol, ook bijvoorbeeld ouders, vrienden en studiegenoten spelen een belangrijke rol in de ontwikkeling van de student.
DOCUMENT