We begonnen deze rapportage met de opmerking dat Zwaluwen Utrecht 1911 als doel heeft om een positiever verenigingsklimaat te creëren, mede om agressie en geweldsincidenten te voorkómen. Om deze reden werd de samenwerking met het lectoraat Participatie en Maatschappelijke Ontwikkeling van Hogeschool Utrecht aangegaan. Deze rapportage wijst uit dat Zwaluwen de afgelopen twee jaar een mooie stap in de gewenste richting heeft gezet. Het verenigingsklimaat is verbeterd op het vlak van de sfeer en sportiviteit. Zowel sporters als ouders als vrijwilligers geven in 2010 deze twee aspecten een hoger rapportcijfer dan in 2008. Daarnaast worden de interetnische contacten op de club als meer ontspannen ervaren en is de bereidheid tot het doen van vrijwilligerswerk toegenomen. Daartegenover staat dat veertig procent van de respondenten het eens is met de stelling dat agressie in de sport voor sommige spelers van Zwaluwen een reden is om te stoppen met voetbal. Dit is weliswaar bijna 10 procent minder dan in 2008, maar maakt tegelijkertijd duidelijk dat er nog veel mogelijkheden zijn om verdere verbeteringen te realiseren. Niet alleen op het vlak van omgangsvormen/agressie, maar ook wat betreft vrijwillige inzet zijn verbeteringen mogelijk. De bereidheid tot het doen van vrijwilligerswerk voor Zwaluwen is weliswaar toegenomen, maar deze gouden kans lijkt vooralsnog onvoldoende te zijn aangegrepen om het aantal vrijwilligers op de club ook daadwerkelijk te vergroten. Vrijwilligers vormen het cement van de vereniging en zijn onmisbaar bij het tot leven komen van nieuwe initiatieven om de sfeer op de club verder te versterken. Het verdient daarom aanbeveling om bij Zwaluwen de komende tijd meer aandacht te besteden aan de uitbreiding van het vrijwilligersbestand, bijvoorbeeld door ouders en sporters vaker te vragen zich in te zetten voor de vereniging. Of door het aantal maatschappelijke stagiaires op de club nog verder uit te breiden.
Onderzoek naar belangrijkste business trends, die door onze stakeholders worden gezien. Duurzaamheid in al zijn facetten en digitalisering zijn de significante ontwikkelingen in het economisch domein, met grote gevolgen voor organisatie en werk, zo blijkt uit ons onderzoek.
Amsterdam is een superdiverse stad met belangrijke uitdagingen op het gebied van gezondheid. Overgewicht, eenzaamheid en de gezondheidskloof tussen de gevestigde bovenlaag en groepen die het minder goed getroffen hebben zijn daar enkele van. De wijk als omgeving waar mensen wonen,werken, spelen en leren biedt kansen maar ook belemmeringen voor de gezondheid. Een integrale, ‘Whole-ofsociety’- benadering – dat is een aanpak met alle partijen inclusief bewoners –biedt aanknopingspunten om de gezondheid in grootstedelijke wijken te bevorderen. Lector Gezondheiden Omgeving Lea den Broeder gaat in haar rede in op de achtergronden en oplossingsrichtingen van de uitdagende gezondheidsvraagstukken in de stad. Het bijzonder lectoraat Gezondheid en Omgeving is ingesteld in samenwerking met het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu.