In deze aflevering van Social Work Future Proof gaat lector Maja Ročak in gesprek met Bart Wernaart, lector Moral Design Strategy, en Lucas van Houtert, verslaggever bij het Eindhovens Dagblad, over de toekomst van de Brainport regio. De plannen voor de aanzienlijke schaalvergroting in deze regio en de implicaties voor de samenleving worden besproken. Gemeenschapsbetrokkenheid bij stedelijke transformatie en bij besluitvormingsprocessen en het belang van (alle) burgers als mede-ontwerpers van onze toekomstige steden zijn belangrijk.
LINK
In het kunsten- en erfgoeddecreet werd een aparte categorie ‘Instellingen van de Vlaamse Gemeenschap’ opgenomen. Zij zouden een symboolfunctie en een sensibiliserende rol voor de artistieke gemeenschap en de gehele Vlaamse bevolking moeten vervullen. Bovendien moeten ze internationale topkwaliteit aanbieden. Door een gebrekkige collectieve opdrachtomschrijving weten deze Gemeenschapsinstellingen echter niet welke service van hen wordt verwacht en dit zowel naar de artistieke gemeenschap als de bredere samenleving toe. De vage taakomschrijving stelt de instellingen met dit uitzonderlijke statuut bovendien voor een distinctieprobleem. Waarin onderscheiden ze zich van andere kunstorganisaties in Vlaanderen die op een reguliere basis tijdelijk worden gesubsidieerd? Ten slotte signaleren de Gemeenschapsinstellingen een internationaal verifieerbare discrepantie tussen een symbolische en een economische, subsidiale erkenning. Door dit alles blijft hun positie vaag tot zelfs ambivalent. Met deze vaststellingen in het achterhoofd werd een essayopdracht geformuleerd. De centrale vragen die daarin gesteld werden luiden: wat is de opdracht, taak en positie van nationale kunstinstellingen? Hoe kunnen ze ideaaltypisch functioneren en hoe doen ze dat in het buitenland? Via een interpretatieve cultuursociologische weg, geschraagd met de inzichten van de kritische theorie werd een antwoord op het voorgelegde vraagstuk gezocht. Het opstel betreft dus geen benchmarking of kunstkritisch betoog. Wel werd via diepte-interviews met beleidsverantwoordelijken en vooral stafmedewerkers van voorbeeldorganisaties in Duitsland, Engeland, Finland, Nederland en Portugal naar mogelijke pistes gekeken.
DOCUMENT
Wie kent het trieste aangezicht van een slechtlopende winkelstraat niet? Waar gezelligheid en vitaal ondernemerschap plaats hebben gemaakt voor leegstand, verschraling van het aanbod en verloedering. Het lijkt een proces waar zowel de markt als de staat als oplossende logica’s te kort schieten. In de Jan Evertsenstraat in Amsterdam is ingezet op collectiviteit en samenwerking om deze vicieuze cirkel te doorbreken.
DOCUMENT