Op basis van de resultaten van een kwalitatief en intergenerationeel onderzoek onder 57 Nederlandse gezinnen, wordt inzicht gegeven in de seksuele opvoeding in gezinnen, zowel vanuit het perspectief van jongeren als van hun ouders. Hoe wordt over seksualiteit gecommuniceerd en hoe waarderen jongeren en ouders de seksuele opvoeding binnen hun eigen gezin? Hoewel de meeste ouders de intentie hebben om hun kinderen op een actieve en communicatieve manier te begeleiden,worden ze hiervan weerhouden door hun eigen restrictieve seksuele opvoeding evenals door respect voor het prive leven van hun kinderen. Jongeren geven te kennen dat zij altijd op hun ouders kunnen rekenen, maar zien seksualiteit als een domein waar hun ouders niets mee te maken hebben.
DOCUMENT
Met 24 praatplaten over herkenbare opvoedsituaties helpt deze tool professionals die met ouders en/of kinderen werken om op een laagdrempelige manier met elkaar in gesprek te gaan over opvoeden in de buurt.
DOCUMENT
De afgelopen vijftien jaar zijn in Nederland diverse studies verricht naar de uitvoering en effectiviteit van programma’s op het gebied van de voor- en vroegschoolse educatie (VVE). De daarmee tot nu toe behaalde resultaten zijn teleurstellend. Ter verklaring voor het uitblijven van effecten is in de onderzoeksliteratuur onder meer herhaaldelijk gewezen op het belang van een goede implementatie en monitoring van het programma, op het relatief open karakter van sommige programma’s waardoor enorm veel variatie in de uitvoering ontstaat, en op het probleem om in alle opzichten goede vergelijkingsgroepen te vormen. Naast deze verklaringen wordt in dit artikel gewezen op een aantal in Nederland nog te weinig onderkende en onderzochte verklarende factoren. Het gaat daarbij om belangrijke variabelen in relatie tot schoolrijpheid (readiness for school), te weten de kwaliteit van leidster/leerkracht-kindinteracties, gedragsmatige aspecten als aanpassings- en gedragsproblemen, en het belang van gezinsstructuur en gezinsopvoeding.
DOCUMENT
Grenzen zijn binnen onderwijs en opvoeding een klassiek thema. Maar waar enerzijds een roep is om meer en hardere (opvoedings)grenzen, voelen we anderzijds ook een verlegenheid bij het stellen van die grenzen. Waar komt dat ongemak vandaan en hoe gaan we ermee om? Hoogleraar Maatschappelijke Opvoedingsvraagstukken Micha de Winter beantwoordt zeven vragen over het vraagstuk
LINK
De opleiding Pedagogiek heeft zich in de afgelopen jaren vooral gericht op didactische inzet van video in het kader van het vormgeven aan activerende didactiek. Aanleiding voor de tweede iteratie van het herontwerp zijn de aanbevelingen die voortvloeien uit de resultaten van de eerste iteratie. Ook ziet de betrokken pionier als docent de kans om tijdens lessen interactiever met de studenten aan het werk te gaan door het beredeneerd inzetten van weblectures. En docenten willen hiermee studenten faciliteren en activeren om in eigen tijd en op een zelfgekozen plaats de benodigde kennis te verwerven. De centrale vraag was hoe het didactisch ontwerp van onderwijseenheid ‘Literatuurstudie’ als onderdeel van de conceptuele leerlijn in jaar 1, blok 3 in de opleiding Pedagogiek eruit ziet. Een ontwerp waarin beoogd wordt met de inzet van weblectures en een andere invulling van contacttijd bij te dragen aan activering van de student en versterking van de interactie tussen docent en student. Hierbij voelt de docent zich eigenaar van het ontwerp en acht zich ook in staat het ontwerp in de praktijk te realiseren.
DOCUMENT
Dit rapport gaat over betrokkenheid van migrantenouders bij de school van hun kinderen en hoe zij aankijken tegen de verhouding tussen school en thuis inzake allerlei opvoedkwesties. Door middel van literatuurstudie, gesprekken met leiding, docenten en ouders van een havo/vwo-school in Amsterdam Nieuw West is beschreven hoe ouderbetrokkenheid vorm krijgt. Aan de orde komen positieve ervaringen, belemmeringen en verbeterwensen inzake partnerschap tussen ouders en school in de opvoeding van en het onderwijs voor jongeren. En welke rol preventieve opvoedsteun daarin kan vervullen.
LINK
Titel: The Exodus from the Netherlands or Brain Circulation: Push and Pull Factors of Remigration among Highly Educated Turkish Dutch Auteurs: Gürkan Çelik and Ton Notten In: European Review, 22 (3), 2014, pp. 403-413 The exodus from the Netherlands or brain circulation: Push and pull factors of remigration among highly educated Turkish-Dutch An increasing number of Turks, the Netherlands’ largest ethnic minority, are beginning to return to their country of origin, taking with them the education and skills they have acquired abroad, as the Netherlands faces challenges from economic difficulties, social tension and increasingly powerful right wing parties. At the same time Turkey’s political, social and economic conditions have been improving, making returning home even more appealing for Turkish migrants at large. This article gives explanations about the push and pull factors of return migration. The factors influencing return to one’s country of origin are “pulls”. It is assumed that remigration is more affected by positive developments in the country of origin than by negative developments in the country of residence. Civil society, business world and the Dutch government can develop policies to bind these capable people to the Netherlands, at least in the form of “brain circulation” so that they can serve as “bridge builders” between the two countries. Keywords Return migration, integration, Turkish-Dutch, Turkish migrants, brain circulation =============================================================================== SAMENVATTING De uittocht uit Nederland of breincirculatie: Push- en pull-factoren van remigratie onder hoogopgeleide Turkse Nederlanders. In Nederland zien we een lichte toename van het aantal Turken, de grootste etnische minderheidsgroep in Nederland, die terugkeren naar hun land van herkomst. Ze exporteren daarmee goede opleidingen en vaardigheden die ze in Nederland verwierven. De oorzaken: de economische neergang, sociale spanningen en de groeiende invloed van extreemrechtse partijen. Tegelijkertijd verbeteren in Turkije de politieke, sociale en economische omstandigheden die steeds meer aantrekkingskracht uitoefenen op immigranten in dat land. Dit artikel gaat in op de push- and pull-factoren voor remigranten. Pull-factoren beinvloeden iemands terugkeer naar zijn land van herkomst. Aangenomen wordt dat zo’n remigratie sterker wordt bevorderd door positieve ontwikkelingen in het land van herkomst dan door negatieve (push-factoren) in het land waar men op dat moment woont. De civil society, het bedrijfsleven en de Nederlandse overhead kunnen een beleid ontwikkelen dat verdienstelijke inwoners weet te behouden, hen op z’n minst kan inschakelen als bruggenbouwers en aldus kenniscirculatie mogelijk maakt tussen beide landen. Trefwoorden Retourmigratie, integratie, Turkse Nederlanders, Turkse migranten, kenniscirculatie, breincirculatie
DOCUMENT
Geen samenvatting
DOCUMENT