In het Utrechts Archief is er een zaal waarin een film wordt vertoond van het straatleven aan het begin van de vorige eeuw. Als bezoeker word je bij binnenkomst gescand en vervolgens geprojecteerd in de filmbeelden. In het fotomuseum kunnen bezoekers middels fysieke hendels de selectie manipuleren van de 80.000 digitale fotos uit de collectie. Het Rijksmuseum biedt via een zogenaamde widget de mogelijkheid iedere dag een ander kunstwerk op je desktop te hebben. In TwentseWelle is een digitaal panorama gebouwd waar je als bezoeker middenin staat, kijkend naar een landschap vanuit het perspectief van opgejaagd wild. Stuk voor stuk zijn dit voorbeelden waarin nieuwe technologie en nieuwe media worden ingezet om het publiek te bedienen in hun interesse voor cultuur en kennis. In die zin zijn ze exemplarisch voor de ontwikkeling waarin technologie en nieuwe media door cultureel erfgoed instellingen worden ingezet om een belangrijke taakstelling in te vullen, namelijk die van cultuur- en kennisoverdracht naar het publiek.
Schulden en incasso zijn bij uitstek hbo-onderwerpen. Aan de Faculteit Maatschappij en Recht leiden we studenten onder meer op tot schuldhulpverlener, deurwaarder, incassomedewerker of sociaal raadslid. Ook bewindvoerders Wsnp (Wet schuldsanering natuurlijke personen) of beschermingsbewindvoerders hebben vaak een hbo-opleiding gevolgd. Deze professionals komen terecht in een beroepspraktijk die volop in beweging is en die voor een aantal grote uitdagingen staat. In deze context voorziet het lectoraat Rechten, de beroepspraktijk in een onderzoekslijn schulden en incasso. De onderzoekslijn heeft als doel om bij te dragen aan een effectieve, efficiënte en professionele uitvoeringspraktijk in de velden van de schuldhulpverlening en de incasso. Vanuit het besef dat het lectoraat zijn bestaansrecht in belangrijke mate ontleent aan het onderwijs voeren wij projecten uit die een directe bijdrage leveren aan de ontwikkeling van het curriculum. De beroepspraktijk vormt de tweede belangrijke verankering van het lectoraat. Door in opdracht van partijen uit de betrokken velden te werken aan de vragen waarmee zij in de dagelijkse praktijk worstelen, brengen we de beroepspraktijk de hogeschool binnen en helpen we de praktijk verder. Waar mogelijk bieden we de beroepspraktijk daarbij ook reflectie op de keuzen die gemaakt worden en/of op belangrijke actuele ontwikkelingen. Het (inhoudelijk) verbinden van de velden van schuldhulpverlening en incasso is daarbij een derde doel dat wij nastreven. In de voorliggende rede schets ik de achtergronden van de onderzoekslijn, de opgave waar de velden van schuldhulpverlening en incasso voor staan en de wijze waarop we vanuit deze onderzoekslijn invulling willen geven aan het hierboven geformuleerde doel.
This chapter takes a closer look at the case of Amsterdam as a particular manifestation of a film festival city. Drawing from a new dataset on festivals in the Netherlands, the data supports the view of film festivals as a highly dynamic cultural sector: Internationally acclaimed film festivals exist beside smaller festivals that are more community bound; new festivals emerge annually, and young festivals struggle to survive the three-to-five-year mark.Amsterdam holds a unique position in the Dutch film festival landscape as a third of all film festivals in the Netherlands take place in the capital city. Our data collection helps to bring parts of the city’s film infrastructure to the forefront. On the one hand, Amsterdam’s top five locations for film festival events show clear creative cities logic: The data shows just how powerful the pull of such locations is. On the other hand, we find evidence of placemaking and livable city strategies: Amsterdam’s film festivals extend into the capillaries of the city.Dedicated festival datasets may cast new perspectives on local or national festival landscapes, by revealing patterns that remain hidden in qualitative and case-study based projects. But there are also challenges to address in data-driven research on festival cultures, we name a few such as categorization of data. We conclude that such challenges can be more easily faced if more datasets, of for instance, other cities, are pursued and become available.
MULTIFILE
In dit onderzoek wordt gekeken hoe documentairemakers innovatieve technologieën inzetten om recht te doen aan de complexiteit van sociaalmaatschappelijke vraagstukken en welke ethische vraagstukken daarbij komen kijken.Doel Hoe zien documentairemakers hun maatschappelijke rol en hoe gebruiken zij nieuwe opname- en presentatietechnologieën als Virtual Reality, 360°-camera’s, en drones? We onderzoeken de veranderende werkwijzen en rol van documentairemakers in het representeren van complexe maatschappelijke issues. Resultaten Dit onderzoek loopt momenteel nog. Resultaten worden tijdens filmfestivals en interdisciplinaire bijeenkomsten waar documentairemakers bijeenkomen getoond. Ook zal het project een rol spelen tijdens IDFA film festival. Looptijd 01 januari 2020 - 31 januari 2022 Aanpak Eerst worden er interviews gehouden met documentairemakers. Daarna gaat het interdisciplinaire onderzoeksteam aan de slag met een coproduceren van een documentaire. Dit maakproces wordt via actie-onderzoek geanalyseerd.
Traditioneel vindt communicatie tussen zorgvragers en zorgprofessionals één op één plaats: fysiek, telefonisch of digitaal in de vorm van beeldbellen. De laatste jaren, en zeker sinds de coronacrisis, zijn meer diverse vormen van communicatie en samenwerking ondersteund door digitale platforms onder de aandacht gekomen. Digitale communicatiesystemen, ontworpen door gespecialiseerde MKB's, bieden in theorie mogelijkheden om langer thuis wonen te faciliteren, door zorggebruikers de regie te geven om hun eigen netwerk en hun zorg- en hulpverleners te organiseren en met elkaar te laten communiceren. Zorggebruikers zien echter nog maar beperkt de meerwaarde van de systemen. Zorgprofessionals op hun beurt maken zich zorgen dat de platforms de werkdruk verhogen vanwege de extra administratieve handelingen die ze meebrengen. Ook vragen zij zich af of de platforms het primaire zorgproces wel ondersteunen. Participatief ontwerp van platforms kan in theorie bijdragen aan goede aansluiting bij behoeften van diverse gebruikers, echter, in de praktijk gebeurt echte, volledige participatieve vormgeving nog te weinig. Onze centrale vraag: Hoe kunnen digitale platforms van mkb’s ontwikkeld in volledige samenwerking met gebruikers bijdragen aan een groter en beter gebruik van de platforms en aan het goed organiseren van zorg en ondersteuning bij mensen thuis, en daarmee langer thuis blijven wonen faciliteren? We doen een ontwerpgericht actieonderzoek met meerdere cases, waarin de context van gebruikers en hun ervaringen in relatie tot de platforms worden onderzocht en ontwerpprincipes voor een optimale gezamenlijke ontwikkeling en gebruik van digitale communicatieplatforms worden gegenereerd. Het consortium van het onderzoeksproject bestaat uit: - 3 mkb’s en een stichting die digitale platforms ontwikkelen (Eljakim, OZOverbindzorg, Wijzelf en GezondheidFabriek) - 5 lectoren van de hogescholen Windesheim, -Arnhem en Nijmegen en -Rotterdam die deel uitmaken van het Lectorenplatform Zelfmanagement - 2 zorgorganisaties, te weten Zorggroep Almere en huisartsenpraktijk Medi-Mere - 3 vertegenwoordigers van cliëntenbelangenorganisaties - meerdere onderzoekers in zorg en hulpverlening.