Den Haag en Genève zijn beide gastheer van vele Internationale Organisaties (IO’s) en non-gouvernementele organisaties (ngo’s). West-Europese, middelgrote steden kampen met toegenomen concurrentie op het gebied van het gastheerschap van organisaties als gevolg van de globalisering. Het doel van dit artikel is om Den Haag en Genève te vergelijken op het gebied van hun beleid ten aanzien van IO’s en ngo’s. Dit artikel behandelt de volgende onderzoeksvraag: Hoe is het beleid van Den Haag en Genève op het gebied van aantrekken en behouden van IO’s en ngo’s veranderd en op welke wijze kan de concurrentiepositie van beide steden worden verbeterd? De uitkomsten: Genève richt zich meer op het behouden terwijl Den Haag daarnaast ook focust op het aantrekken van organisaties. Genève is een omnivoor terwijl Den Haag zich vooral richt op thema’s als Vrede en Recht. Verbeterpunten zijn: internationale bereikbaarheid en medische voorzieningen (Den Haag), de woningmarkt en het parkeerprobleem (Genève), kinderopvang en het scheppen van discussiecentra (beide).
Doel van dit onderzoek is inzicht te verwerven in de mogelijke meerwaarde van studie of stage in het buitenland voor de ontwikkeling van de internationale competenties van studenten en de voorwaarden en factoren die van invloed zijn op de ontwikkeling van deze competenties. De hypothese daarbij is dat een verblijf in het buitenland om redenen van studie of stage inderdaad een bijdrage kan leveren aan deze ontwikkeling
Politici en burgers zijn massaal social media gaan gebruiken. Dit onderzoeksrapport is het vierde rapport in een reeks van onderzoeken naar de impact van social media op de Nederlandse verkiezingen, uitgevoerd door een onderzoeksteam van de kenniskring Nieuwe Media & Participatie van Saxion. Deze rapportage heeft betrekking op de Tweede Kamerverkiezingen van 12 september 2012 met de volgende vraagstelling: “In welke mate is er invloed waarneembaar van het gebruik van social media door verkiezingskandidaten op de hoeveelheid stemmen die zij krijgen bij de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer van de Staten Generaal?” De onderzoeksgroep heeft gebruik gemaakt van de Social Media Indicator (SMI). Dit standaard meetinstrument is ontwikkeld ter voorbereiding op de verkiezingen van 2010 en inmiddels verder verfijnd en gevalideerd. Door dit meet-instrument opnieuw te gebruiken konden vergelijkbare resultaten verkregen worden. Er is een behoorlijke toename te zien in het social media gebruik onder vrijwel alle partijen sinds de vorige verkiezingen. Binnen vier partijen hebben actievere social media gebruikers ook relatief meer stemmen behaald. Bij één partij lijkt social media ten koste te gaan van stemmen. Bij de overige partijen was er geen effect zichtbaar. Opmerkelijk genoeg zijn de grote winnaars van de verkiezingen, VVD en PvdA, ook de grote winnaars ten aanzien van effectieve toepassing van social media. Dit Saxion-onderzoek heeft aangetoond dat er nog steeds grote verschillen bestaan tussen de Nederlandse politieke partijen als het gaat om de effectiviteit van het social media beleid en de uitwerking op voorkeurstemmen van kandidaten.
MULTIFILE
Duurzame ontwikkeling staat hoog op lokale, nationale en internationale politieke agenda’s. Denk alleen al aan klimaatverandering, biodiversiteit, de stikstofcrisis, de gezondheidscrisis, de teloorgang van stilte en stiltegebieden en de ontwikkeling van de circulaire economie.Duurzame ontwikkeling bestaat nadrukkelijk uit aspecten op het gebied van milieu, mens en economie. Daarbij is het perspectief van de stakeholders in de sector, de bedrijven, overheden, omwonenden, klanten en belanghebbenden van groot belang.De gastvrijheidssector speelt hierin een dubbele rol: enerzijds creëren deze sector veel waarde uit natuurlijke hulpbronnen zoals juist de kwaliteit van natuur, biodiversiteit, landschap, stilte, schone lucht. Anderzijds speelt de sector een rol bij het ontstaan van klimaatverandering, stikstofoxiden, verlies van biodiversiteit en stilte.Het project beoogt voor bovenstaande problematiek een onderzoekagenda op te stellen. De onderzoekagenda geeft een systematisch overzicht van de problematiek, een vertaling naar de potentiële onderzoeksvragen en mogelijke resultaten.Partners: Hogeschool Zeeland (HZ), NHL/Stenden.
Op weg naar de Biobased Economy zijn er nationaal en internationaal belangrijke vraagstukken die om oplossing vragen. Het HBO levert met praktijkgericht onderzoek een relevante bijdrage aan de realisatie van innovaties op weg naar een biobased economy. Hogescholen staan met hun onderzoek relatief dicht bij de afzetmarkten, die voor de Biobased Economy nog sterk in ontwikkeling zijn. Wil het biobased HBO onderzoek, met zijn eigen thematiek en aanpak een goede positie in de kennisinfrastructuur krijgen en houden, dan is het noodzakelijk de krachten te bundelen. De oprichtende lectoren van het Platform Biobased Economy willen via het kennisplatform biobased economy hier graag actief aan bijdragen. Het hoofddoel van het Lectorenplatform Biobased Economy is gericht op agenderen. Vanuit het Platform willen de lectoren de komende twee jaar mede vormgeven aan de onderzoeksagenda’s van SIA, de Nationale Wetenschapsagenda, de kennisagenda van het Ministerie van Economische Zaken om het thema Biobased Economy sterker te verankeren en de transitie naar een Biobased Economy te versnellen. Onder andere door het leveren van informatie en inzichten, door signalen op te halen uit het kennis- en het beroepenveld (met name MKB). Afgeleide doelen: 1. Het Platform zal een aanspreekpunt zijn voor HBO-onderzoek voor de topsectoren (TKI BBE, TS Chemie, Energie en Agro&Food) en haar intermediairs (Chemielink, Innovatielink) en op die manier de onderzoekspijler binnen het Landelijk Kennisnetwerk vormgeven. 2. Het nationale platform zal een rol spelen in de afstemming tussen diverse thematische en regionale agenda’s binnen de Biobased Economy, en de onderlinge samenhang verwoorden, bewaken en uitdragen. 3. Het Platform zal een rol spelen in het verwoorden van de HBO aanpak en het HBO belang in diverse beleids-, onderzoeks- en innovatiegremia. 4. Het Platform zal een rol spelen in het belang van de Biobased Economy binnen de circulaire economie
In juni 2016 is een rapport van Partners for Innovation verschenen dat in opdracht van SIA is gemaakt rondom een verkenning en ontwikkeling van een platform Circulaire Economie voor lectoren van hogescholen . Uit dit onderzoek is een duidelijke behoefte naar voren gekomen om een dergelijk platform in te richten. Tevens zijn aanbevelingen gedaan hoe dat concreet op te pakken. Mede op basis van genoemd rapport is het initiatief genomen om met een aantal lectoren in Nederland die op de thematiek circulariteit zitten en het Groene Brein hierop verder te verdiepen. De noodzaak van een platform rondom het thema circulaire economie doet zich steeds meer voelen vanwege 3 redenen: • Uitputting van natuurlijke hulpbronnen • Versnippering van initiatieven en activiteiten • Noodzaak tot een multidisciplinaire aanpak Van een netwerk waarin actoren elkaar positief beïnvloeden en verbindingen leggen is nog geen sprake. Een netwerk kan bijdragen aan: • Cross sectorale samenwerking tussen de verschillende sectoren; • Samenwerking tussen de verschillende vakgebieden. Het platform heft daarom de ambitie om de oplossingsrichting die de circulaire economie biedt voor onze planet problemen te versnellen door het verbinden van lectoren met een onderzoekagenda rond de circulaire economie. Het platform wil dit doen door meer ‘internationale calls’ en onderzoeksprojecten in samenwerking met het werkveld te doen en door als gesprekspartner gezamenlijk op te trekken naar de overheid, politiek en pers. Het platform ambieert om de samenhang tussen de verschillende lectoren te vergroten en om tegelijkertijd de samenwerking met ondernemers, overheden, het onderwijs en het onderzoek van universiteiten te versterken. Beoogde doelen zijn: • Creëren van netwerken • Verbeteren van focus • Externe verbinding realiseren tussen kennisinstellingen • Kwaliteitsimpuls voor HBO-onderzoek • Disseminatie van ontwikkelde kennis