Dit rapport beschrijft de achtergrond en bevindingen van een studie naar de bijdrage van job crafting aan duurzame inzetbaarheid. Job crafting gaat uit van het principe dat werknemers zelf bewust (en soms minder bewust) aanpassingen doen aan de taakinhoud en –uitvoering, zodat het werk beter aansluit bij veranderende behoeftes, sterktes en (cognitieve of fysieke) vermogens. In het kader van een TNO-onderzoeksprogramma1 gericht op de bevordering van duurzame inzetbaarheid onder oudere werknemers in de context van lagergeschoold werk zijn de mogelijkheden van job crafting binnen 3 pilotorganisaties verkend.
DOCUMENT
Tegenwoordig ontstaat er steeds meer belangstelling voor de duurzame inzetbaarheid van werknemers doordat de Nederlandse bevolking aan het vergrijzen is. Deze vergrijzing heeft tot gevolg dat steeds meer werknemers op leeftijd zijn en dat de werkende bevolking de zorglast van de groeiende groep ouderen moet dragen. Door middel van literatuuronderzoek is gezocht naar het vergroten van de duurzame inzetbaarheid in relatie tot de inzet van sensortechnologie. Gebleken is dat in dit verband weinig onderzoek is verricht. De huidige manier om duurzame inzetbaarheid te vergroten bestaat uit het opnemen van afspraken in het CAO. Over captology (het beïnvloeden van gedrag met behulp van technologie) wordt weinig geschreven in de context van duurzame inzetbaarheid. Om meer zicht te krijgen in de mogelijke rol van captology in de duurzame inzetbaarheid, moet meer onderzoek gedaan worden.
DOCUMENT
Van februari t/m juni 2021 hebben 12 HRM-afstudeerders bij acht verschillende organisaties (profit en non-profit) onderzoek gedaan naar de impact van het thuiswerken als gevolg van COVID-19 op de duurzame inzetbaarheid van werkend Nederland.
DOCUMENT
full text via link. Er zijn signalen dat de Nederlandse economie na een jarenlange recessie eindelijk weer enigszins aan het aantrekken is. Dat blijkt bijvoorbeeld uit de groei van de economie in het tweede kwartaal van 2014 en de toename van het producentenvertrouwen. Hetzelfde gold tot deze zomer voor het vertrouwen van de consument. Echter, in augustus verslechterde de stemming onder consumenten. De arbeidsmarkt laat recentelijk ook enig herstel zien, met een beperkte groei van het aantal vacatures en een toename van langlopende flexibele contracten, detachering en payrolling. Toch is het herstel nog pril en kwetsbaar. Door de onzekere internationale politieke situatie en bijvoorbeeld de risico’s van de verspreiding van het Ebola-virus, kan de economische situatie snel veranderen
DOCUMENT
In deze rapportage doen we verslag van praktijkgericht onderzoek uitgevoerd door het lectoraat Duurzaam HRM van de Hanzehogeschool. We hebben gebruik gemaakt van de interventie-cyclus waarbij we problemen trachten op te lossen en bij te dragen aan het oplossingsvermogen van de zorgprofessionals door interventies te monitoren. We hebben dit zoveel mogelijk mèt de zorgprofessionals zelf gedaan van de diagnose- tot en met de evaluatiefase. Dat is niet in alle gevallen gelukt. Zoals de hele wereld kregen ook wij te maken met het coronavirus wat aanpassingen van de zorgorganisaties en van de onderzoekers heeft gevraagd, Desondanks hebben we de vaart erin weten te houden, en zijn er over het jaar 2020 – met uitloop tot april 2021 vanwege de coronaperikelen - interessante resultaten en daarop gebaseerde conclusies te melden. Hieronder volgt daarvan het verslag. We starten met een beknopte beschrijving van de ontstaansgeschiedenis, van de vraag naar actie-onderzoek bij drie Friese zorgorganisaties en de accenten van dit onderzoek. Vervolgens beschrijven we de methode die we hebben gehanteerd inclusief de theorieën waarop we die hebben gebaseerd. Vervolgens worden de resultaten per organisatie en daarbinnen per team/interventie weergegeven. We eindigen de rapportage met de conclusies per organisatie en een overkoepelende conclusie.
DOCUMENT
Deze publicatie, waarvan een deel is uitgesproken als intreerede, staat in het teken van het thema van de inzetbaarheid. Inzetbaarheid (of employability) is een gevleugeld woord geworden in het HRM-beleid van organisaties, in cao's en in beschouwingen over de arbeidsmarkt van de toekomst. Niettemin, de praktijk blijft achter, en dat is, tegen de achtergrond van de aangekondigde langdurige schaarste op de arbeidsmarkt, reden tot zorg. Ik zoek de oplossing van de schaarste niet zozeer in een vergroten van het arbeidsaanbod, zoals dat de laatste twee decennia goed gebruik is geworden. Ik zoek het in de inzetbaarheid, en wel in het bijzonder in het vergroten van de loopbaankansen van werknemers, binnen de eigen organisatie, maar ook en uitdrukkelijk over de grenzen van de eigen organisatie heen. Ik beschouw inzetbaarheid, in het kader van dit lectoraat HRM, als een opdracht om in elke baan het perspectief van een loopbaan in te bouwen en daardoor de mobiliteit van arbeid te versterken. De inzet is de juiste persoon op de juiste plek, en het vereist niet slechts een afscheid van de 'baan voor het leven', maar ook een actief beleid om de 'loopbaan in de baan' vorm te geven en te stimuleren. Een schaarse factor moet je niet willen hamsteren, hoe verklaarbaar een dergelijke impuls ook is. Over hamsteren en de nadelen ervan gaat een deel van de rede, en we betreden daarvoor zowel het voetbalveld als het oppasgebeuren, wanneer de ouders een avondje uit willen. Dat is de aanloop naar de vraag hoe het nu staat met de loopbaankansen van werknemers: wat ze aan hun huidige banen hebben om zich een beroepsleven lang te kunnen weren op de arbeidsmarkt. Dat doe ik langs twee lijnen. In de eerste plaats door de relatie tussen functieontwerp en loopbaankansen na te gaan. Daarmee hoop ik tevens een hoofdlijn van het lectoraat te illustreren, gericht als dat is op het exploreren en verbeteren van precies die relatie. En in de tweede plaats door me niet alleen af te vragen wat die relatie inhoudt en belooft, maar ook door me af te vragen hoe een en ander vorm kan krijgen in ons stelsel van arbeidsverhoudingen. In het laatste gedeelte van de rede houd ik een pleidooi om in dat kader het veelgebruikte instrument van het convenant, gesneden op maat van de regio, aan een heroverweging te onderwerpen en, inderdaad, inzetbaar te houden. Ook de uitwerking van deze lijn wordt door het lectoraat als een opdracht gezien.
DOCUMENT
In opdracht van Stigas heeft het lectoraat Flexicurity van het Kenniscentrum Arbeid van de Hanzehogeschool Groningen onderzoek gedaan naar het bewustzijn vanondernemers in de groene en agrarische sector van vergrijzing en de relatie metinzetbaarheid van medewerkers. Uitgangspunt daarbij waren de volgendeonderzoeksvragen:1. Is de ondernemer in de agrarische en groene sector zich bewust dat deinzetbaarheid van oudere werknemers afneemt en de kans op uitval toeneemt?2. Welke maatregelen treft de ondernemer of is hij van plan te gaan treffen om deafname van de inzetbaarheid of uitval te voorkomen of te beperken?
DOCUMENT
De Nederlandse overheid vindt duurzame inzetbaarheid een belangrijk thema. Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) heeft in dit kader de website www.duurzameinzetbaarheid.nl opgezet. Helaas hebben werkgevers te weinig structurele aandacht voor dit thema. In dit artikel ga ik in op incidentele maatregelen zoals subsidies, maar ook hoe je structureel effect kunt bereiken.
DOCUMENT