SP Eerste Kamerlid Anja Meulenbelt kwam in november 2010 naar Eindhoven om haar boek :"Oorlog als er vrede dreigt" te introduceren. Daarna zijn haar ervaringen beschreven m.b.t. de Israëlisch-Palestijnse kwestie.
DOCUMENT
Studenten zijn boos op universiteiten en hogescholen die zich niet onomwonden uitspreken tegen het Israëlisch geweld in Gaza en de Westoever. Lector Inclusive Education bij de Haagse Hogeschool Naomi van Stapele pleit voor een academische verkenning van standpunten, inclusief emoties.
MULTIFILE
In dit boek van twee ervaren, originele en internationale economen vinden we beschrijvingen van vele totaal verschillende uitgevoerde veldexperimenten. Dit alles met het doel te bepalen wat de meest effectieve en efficiënte manier van onderwijs geven, ontwikkelingshulp en goede doelenacties is. Goed geschreven en zeer relevant. Het gaat om praktisch bruikbaar economisch onderzoek.
LINK
De titel van het gelijknamige boek was ook het onderwerp van de Toplezing gehouden door Edwin Vlems, gehouden op 15 december 2014 bij Fontys BEnT. Met behulp van vele verschillende onderzoeken is aangetoond dat de kennis of intelligentie van de groep (heterogeen samengesteld) groter is dan de individuele kennis of die van enkele experts. Dit biedt nieuwe vergezichten voor vormen van meer directe democratie en meer economische veldexperimenten.
LINK
Verslag samengesteld op verzoek van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport door drs. Ans Buys (voorzitter ADEF en directeur Fontys Lerarenopleiding Tilburg.
DOCUMENT
De ontwikkelingen in de Arabische regio gaan momenteel erg snel, waardoor sommige informatie in dit rapport bij het lezen mogelijk al is achterhaald door de actualiteit. De AIV meent dat de politieke omwentelingen in de Arabische regio belangrijke kansen bieden voor een betere, meer op rechtsstaat en democratie gerichte omgang van westerse landen met autocratische regimes die verantwoordelijk zijn voor ernstige schendingen van mensenrechten. Weliswaar nopen zwaarwegende geopolitieke belangen tot het onderhouden van diplomatieke betrekkingen met autocratische regimes, maar dialoog en (beperkte) samenwerking op regeringsniveau mogen niet ten koste gaan van de ondersteuning van hervormingsgezinden en het maatschappelijk middenveld in die landen. Teveel hebben westerse regeringen zich in het verleden geïdentificeerd met autoritaire regimes, op basis van de onjuist gebleken veronderstelling dat dergelijke regimes voor politieke stabiliteit zouden kunnen zorgen. Ook nu is er het gevaar dat het beleid van westerse landen wordt beheerst door een taxatie van de overlevingskansen van een autocratisch regime, los van de vraag wat in het belang is van respectering van de rechten van de mens en de democratische en sociaaleconomische aspiraties van de bevolking. De AIV is van oordeel dat de Nederlandse regering zich niet moet laten gijzelen door de angst dat radicale islamitische groeperingen een greep naar de macht doen. De kans daarop neemt eerder toe dan af door een politiek van – al dan niet heimelijke – steun aan regimes die blijvend vervreemd zijn geraakt van de legitieme eisen van de burgers in de Arabische samenlevingen. De AIV concludeert dat de recente ontwikkelingen in Tunesië, Egypte en andere Arabische landen het belang onderstrepen van een gerichte versterking van het maatschappelijk middenveld (politieke partijen, maatschappelijke organisaties en vakbonden). De opbouw van een krachtig maatschappelijk middenveld vergt een lange adem, maar sorteert uiteindelijk het meeste effect bij het bevorderen van vrijheid, gerechtigheid en democratie. De AIV merkt op dat zowel Nederland als de EU reeds beschikken over passende beleidsinstrumenten ter versterking van de civil society. Echter, vooral de EU heeft in het recente verleden verzuimd de instrumenten uit het Europees Nabuurschapsbeleid (ENB) op de juiste wijze toe te passen. Zo heeft de Unie in de politieke dialoog met zuidelijke buurstaten onvoldoende nadruk gelegd op de onvolkomenheden (of zelfs afwezigheid) van de rechtsstaat en de ontwikkeling van een onafhankelijke particuliere sector die gevrijwaard is van politieke beïnvloeding. De opkomst van hervormingsbewegingen in verschillende Arabische landen verschaft de EU nieuwe kansen. Nederland beschikt met het Mensenrechtenfonds en het Fonds Ontwikkeling Pluriformiteit en Participatie in islamitische landen over passende bilaterale hulpinstrumenten waarmee een stem gegeven kan worden aan maatschappelijke organisaties die het huidige transitieproces in de Arabische regio kunnen dragen. De AIV meent echter dat investeringen in additionele expertise en analysecapaciteit noodzakelijk zijn om de regering goed te kunnen adviseren over mogelijke Nederlandse bijdragen aan versterking van de civil society in de Arabische regio. Voldoende analysecapaciteit op ambassades in de regio en nauwere samenwerking van de regering met (Nederlandse) NGO’s, instellingen voor capaciteitsopbouw van politieke partijen en de vakbeweging zijn het meest doelmatig om in deze behoefte aan expertise en analysecapaciteit te voorzien [tot besluit - conclusie van een rapport uitgebracht door commissie onder voorzitterschap van F. Korthals Altes]
DOCUMENT