Als moderne moslima's ook in geloofszaken voor zichzelf willen denken, hoe staan zij dan tegenover de minder prettige passages in de koran, zoals die over de pijnlijke bestraffing van ongelovigen (zoals ikzelf) of het slaan van vrouwen? Wie heeft eigenlijk het laatste woord: de tekst, als het onbetwijfelbare woord van God, of de lezer?
DOCUMENT
Marokkaanse gastarbeiders brachten de islam mee naar Nederland en droegen die zo over, zo wordt veelal aangenomen. Deze ‘volkse' islam zou botsen met de meer ‘zuivere’ islam van hun kinderen. Met een generatiekloof als gevolg. Ibtissam Abaaziz ontdekte tijdens haar promotieonderzoek dat de werkelijkheid genuanceerder is. De gastarbeiders hebben de islam meegenomen uit hun herkomstland’ is een statement dat we dikwijls voorbij zien komen, niet alleen in maatschappelijke discussies over moslims, maar ook in wetenschappelijk onderzoek. Maar wat hebben gastarbeiders dan aan islam meegenomen naar Nederland? Wat is er vervolgens met hun religieuze bagage gebeurd? In haar promotieonderzoek "Ze waren onwetend" heeft zij door middel van levensverhalen onderzoek verricht naar de religieuze beleving van zowel de eerste als tweede generatie Marokkaanse Nederlanders.
MULTIFILE
In dit onderzoek in het kader van de kenniskring ‘Surfen naar Zin’ van het lectoraat Praktische Theologie van de Fontys Hogeschool Theologie Levensbeschouwing in samenwerking met de Fontys Pabo’s is een verkenning verricht naar doeloriëntaties van Pabo-studenten. De ‘jeugd van tegenwoordig’ waar Pabo-studenten nog recentelijk deel van uitmaakten heeft een andere oriëntatie op religie en levensbeschouwelijkheid dan zo’n dertig jaar geleden. Op basis van de theoretische concepten over religieus leren van Grimmitt is onderzocht welke doelen studenten voor zichzelf en het levensbeschouwelijke onderwijs hanteren. Immers oriëntaties van studenten zijn beïnvloedend voor de wijze waarop ze levensbeschouwing aan basisschoolkinderen onderwijzen. Inzicht in de voorkeursdoeloriëntatie zou kunnen leiden tot verhoging van de expertise en innovatie van het huidige Pabo curriculum op dit gebied. De volgende indeling van doeloriëntaties is gehanteerd: het monoreligieuze model - learning in religion - , het multireligieuze model - learning about religion - en het interreligieuze model - learning from religion -. Met behulp van een schriftelijke vragenlijst zijn 120 studenten bevraagd op hun oriëntaties. Het blijkt dat de onderzoeksgroep een voorkeur heeft voor het model van ‘learning about religion’ In hoeverre dit beïnvloed wordt door persoonskenmerken, culturele diversiteit, relaties tussen religies, vindplaatsen, perspectieven en alternatieven in religieus beleven is niet significant gebleken. Naar aanleiding van dit onderzoek wordt gepleit voor een aanpassing van het curriculum van de Pabo in de richting van het ‘learning about religion’ model en voor verder onderzoek naar de doeloriëntatie van leerkrachten, ouders en kinderen in de basisschool.
DOCUMENT