(Sport)evenementen worden meestal met een economische impact analyse (EIA) geevalueerd. Op andere beleidsterreinen zijn maatschappelijke kosten-batenanalyses (MKBA s) veel gebruikelijker. Voor de Dam tot Damloop zijn beide analyses gemaakt. Hiervoor zijn drie verschillende enquetes gehouden onder deelnemers, bezoekers en inwoners van Amsterdam. Om de vergelijking tussen de EIA en MKBA mogelijk te maken zijn ook diverse niet-markteffecten gewaardeerd die binnen de sportcontext normaal niet gewaardeerd worden. De vergelijking tussen de EIA en de MKBA laat grote verschillen in uitkomsten zien en toont aan dat een sportevenement beter voor het plezier dan voor extra bestedingen kan worden georganiseerd.
MULTIFILE
Excel tool om kosten en baten van verschillende inrichtingen van woonstraten in te schatten gericht op het klimaatbestendig inrichten van deze straten.
DOCUMENT
Eeder gepubliceerd in Land+Water, nr. 1/2, 2018 Om meer inzicht te krijgen in de rol van ondergrondse oplossingen in besluitvormingsprocessen is het Centrum voor Ondergronds Bouwen (COB) onderzoek gestart naar de waarde van ondergronds bouwen. Met dit onderzoek ontwikkelt het COB handvatten om de potentie van ondergronds bouwen een betere plek te geven in stedelijke besluitvormingsprocessen. De uitkomsten moeten helpen in stelijke besluitvormingsprocessen. De maatschappelijke kosten-batenanalysemethodiek (MKBA) is cruciaal. Investeringen in ondergrondse alternatieven leveren maatschappelijke baten op.
MULTIFILE
De scope van deze top-up is de doorwerking van de RAAK-resultaten in het onderwijs. Het gaat daarbij om de mkba en voorbeelduitwerkingen voor het onderwijs van Built Environment.
De Maatschappelijke Waarde van Fietsen Elektrische fietsen worden steeds populairder, zowel voor personen als voor vracht. Moderne e-bikes worden daarnaast steeds krachtiger waardoor de benodigde spierkracht ten opzichte van de elektromotor afneemt. Hiermee wordt het verschil tussen volledig elektrisch aangedreven voertuigen en e-(bak)fietsen steeds kleiner. Twee fietsfabrikanten, Van Raam en Nijland Cycling, krijgen regelmatig vragen over het ontwikkelen van voertuigen zonder trapaandrijving. Voor deze bedrijven, met een lange traditie in fietsenbouw, is het moeilijk inschatten in hoeverre een transitie naar 100% elektrisch zal doorzetten naast de markt voor fietsen met trapondersteuning. Vandaar dat men op zoek is naar de maatschappelijke meerwaarde, nu en in de toekomst, voor trapondersteuning, zowel voor personen als voor vrachtfietsen. Ontwikkeling en innovatie op een nieuw terrein (volledig elektrische aandrijving) kan interessant zijn, maar mocht blijken dat de huidige trend van het fietsen in de toekomst zal doorzetten, dan zullen deze bedrijven zich blijven richten op de doorontwikkeling van hun bestaande productlijnen. De verwachting is dat energieverbruik en gezondheid de meerwaarde voor fietsen zullen bepalen. Het doel van dit onderzoek is daarom om beter zicht te krijgen op de vraag wat de maatschappelijke waarde van fietsen is t.o.v. volledig elektrische aandrijving en wat dit betekent voor de fietsindustrie. De centrale vraag die zal worden beantwoord is: Hoe kan de maatschappelijke meerwaarde van fietsen (voor nu en de toekomst) worden bepaald en wat is dan de specifieke bijdrage van de spierkracht in ritten op een voertuig met trap-ondersteuning. Het resultaat is een eerste indicatie van de bijdrage van fietsers aan de energieprestatie en zullen aanbevelingen worden gedaan hoe een en ander kan worden vertaald naar gezondheidsclaims en andere maatschappelijke belangen. Deze zijn van belang bij het maken van een ontwerp voor een Maatschappelijke Kosten baten Analyse voor de fiets. (woorden samenvatting: 292; projectvoorstel: 1408 (t/m hoofdstuk 7))
Wonen Eerst, zo heet de nieuwe aanpak van dakloosheid die Nederland in 2022 in een Nationaal Actieplan vastlegde. Deze systeemaanpak, gebaseerd op de beginselen van Housing First, beoogt het duurzaam beëindigen van dakloosheid door onder meer passende huisvesting te voorzien. Dit project onderzoekt op welke manier de transitie van opvang naar Wonen Eerst vorm krijgt in Nederland. We richten ons vooral op initiatieven die passende huisvesting trachten te voorzien voor diverse groepen: welke uitkomsten behalen zij? Welke belemmeringen ervaren zij? En wat kan daaraan gedaan worden?