In het boek is een overzicht te vinden van de verschillende kenniscentra en lectoren van de HU. Per kenniscentrum worden de verschillende onderzoeksterreinen beschreven en de lectoren voorgesteld.
Het doel van dit project was het vergroten en bundelen van kennis over effectieve werkwijzen om met verschillende professionals de meervoudige problematiek van cliënten te adresseren en adequate dienstverlening te bieden. Dit is bereikt door het uitvoeren van een ontwerpgericht onderzoek om effectieve werkwijzen te ontwikkelen en te testen waarmee integrale ondersteuning kan worden geboden om mensen met meervoudige ondersteunings-behoeften effectief en doelmatig toe te leiden naar de arbeidsmarkt. De centrale vraag in het onderzoek was: Hoe kunnen professionals op lokaal niveau op effectieve wijze integrale samenwerking vorm en inhoud geven, met als doel arbeidsparticipatie van mensen met meervoudige ondersteuningsbehoeften te realiseren?
Background: Adverse Childhood Experiences (ACEs) are an overlooked risk factor for behavioural, mental and physical health disparities in children with intellectual disabilities (ID) and borderline intellectual functioning (BIF). Aims: To gain insight into the presence of the 10 original Wave II ACEs and family context risk variables in a convenience sample of children with ID and BIF in Dutch residential care. Methods and procedures: 134 case-files of children with ID (n = 82) and BIF (n = 52) were analysed quantitatively. Outcomes and results: 81.7 % of the children with ID experienced at least 1 ACE, as did 92.3 % of the children with BIF. The average number of ACEs in children with ID was 2.02 (range 0???? 8) and in children with BIF 2.88 (range 0???? 7). About 20 % of the children with moderate and mild ID experienced 4 ACEs or more. Many of their families faced multiple and complex problems (ID: 69.5 %; BIF 86.5 %). Multiple regression analysis indicated an association between family context risk variables and the number of ACEs in children. Conclusions and implications: The prevalence of ACEs in children with ID and BIF appears to be considerably high. ACEs awareness in clinical practice is vital to help mitigate negative outcomes.
De Nederlandse agrosector heeft te maken met sterke schaalvergroting, klimaatverandering, achteruitgang van bouwland door bodemverdichting van zware machines, teruglopende beschikbaarheid van arbeid en een strengere milieuwetgeving. Oplossingen worden gezocht in het gebruik van kleine, autonome machines (agrobots) die specifieke taken van boeren kunnen overnemen. Nederlandse machinebouwers als Lely spelen hierop in met melk-, voer- en mestruimrobots. De agrarische sector wil steeds efficiënter werken, haar productiviteit verbeteren en vraagt zodoende voortdurend om slimmere applicaties. Een toekomstbeeld waarbij samenwerkende agrobots situaties kunnen beoordelen en gezamenlijk complexe taken kunnen uitvoeren wordt gezien als ‘The next step’ en onvermijdelijk, maar tevens als ingewikkeld, risicovol en voorlopig onrealiseerbaar. Machinebouwers hechten grote waarde aan betrouwbaarheid en missen de technologie om onderlinge coöperativiteit tussen machines met de nodige robuustheid te kunnen ontwikkelen en te integreren in hun product. De HAN heeft inmiddels veel ervaring opgebouwd op het gebied van programmeertools voor robotica en wil samen met kennisinstellingen als WUR, TUDelft en UT, machinebouwers als Lely en MultiToolTrac en eindgebruikers uit de agrarische sector, kennis en ervaring ontwikkelen op het gebied van het programmeren van robuuste, coöperatieve systemen. Het consortium wil dit doen met behulp van een modelgebaseerde workflow op basis van een integrale, open source toolchain waarin bestaande tools c.q. ecosystemen zijn geïntegreerd. Dit moet uiteindelijk resulteren in een praktijkdemonstratie – op de Floriade 2022 - van de technologie middels twee prototypes: mestrobots in de veehouderij en oogstafvoersystemen in de akkerbouw. Ten behoeve van een goede projectfocus beschouwt DurableCASE autonomie als reeds bestaand en voegt hier coöperativiteit aan toe. Concreet levert DurableCASE het volgende op: - gedemonstreerde en gepubliceerde, toepasbare kennis over robuuste coöperativiteit in agrobotica, gebaseerd op multi-agent technologie; - een open toolchain die efficiënte, modelgebaseerde ontwikkeling van robuuste coöperativiteit mogelijk maakt; - inzicht in de business case; - lesmateriaal op basis van bovengenoemde kennis en toolchain.
Gedragsverandering speelt een belangrijke rol in het oplossen van urgente complexe maatschappelijke vraagstukken zoals COVID-19, klimaatverandering en leefstijl gerelateerde gezondheidsproblemen. Ontwerpers kunnen met hun manier van werken een unieke bijdrage leveren aan het ontwerpen van innovatieve oplossingen hiervoor. Het blijkt in de ontwerppraktijk echter problematisch om de gedragswetenschappelijke inzichten toe te passen in een creatief proces.Doel Het doel van dit promotieonderzoek is het in kaart brengen van de manieren waarop gedragsinzichten: 1) kunnen worden geïntegreerd in het ontwerpproces, 2) kunnen aansluiten op het sociaal-systemische karakter van complexe vraagstukken, en 3) kunnen bijdragen aan het ontwikkelen van ontwerpend vermogen van ontwerpers. Resultaten Literatuurstudie om te komen tot een conceptueel framework Meervoudige casestudie naar ontwerppraktijken Research through Design om ontwerpaanpakken te ontwikkelen Evaluatie van de ontwikkelde ontwerpaanpakken met CMD studenten en praktijk professionals Looptijd 01 januari 2022 - 06 januari 2026 Aanpak Er wordt kwalitatief onderzoek gedaan naar welke oplossingen ontwerpers zelf hebben ontwikkeld voor het vraagstuk en uitdagingen die zij daarbij ondervinden. Daarnaast ontwerpend onderzoek naar het zelf werken aan een oplossing middels een cyclus van ontwerpen, prototypen en evalueren.
Dit project richt zich op het bevorderen van het samen beslissen tussen klanten en professionals in complexe zorgsituaties om te komen tot betere en beter passende zorg. Hoewel professionals aangeven het belangrijk te vinden samen met klanten te beslissen, doen zij dit vaak niet in complexe zorgsituaties (o.a. zorg in een gedwongen kader, situaties waarbij sprake is van een onder toezicht stelling, de zorg voor multiprobleemgezinnen en de crisishulpverlening). Daarnaast is er nog veel onduidelijkheid over hoe het samen beslissen in deze situaties goed vormgegeven kan worden. Dit project vormt de basis voor een nieuwe onderzoekslijn binnen het lectoraat Klantenperspectief in Ondersteuning en Zorg. De postdoc zal factoren die van invloed zijn op het samen beslissen en tools die daarbij eventueel ondersteunend kunnen zijn volgens klanten, professionals en de literatuur onderzoeken. Een belangrijke vraag daarbij is wat toekomstige (studenten Social Work) en huidige professionals nodig hebben om deze nieuwe inzichten in de praktijk te brengen. Daarom zal de postdoc als onderdeel van dit project samen met docenten en studenten onderzoeken op welke wijze de opbrengsten van dit onderzoek verwerkt kunnen worden in het curriculum van Social Work. Het doen van kwalitatief onderzoek samen met de praktijk (klanten, professionals en docenten) staat hierbij centraal. De dataverzameling zal bestaan uit diepte interviews, observaties, action learning trajecten en literatuurstudies. Het project en de postdoc zijn ingebed in het lectoraat Klantenperspectief in Ondersteuning en Zorg van Windesheim Flevoland. Studenten zullen tijdens dit project werken aan het doen van praktijkgericht onderzoek en het realiseren van innovaties voor de praktijk. De opbrengsten van dit onderzoek zullen verwerkt worden in het curriculum van Social work. Dit onderzoeksproject draagt daarmee bij aan de verbetering van de huidige beroepspraktijk en aan het opleiden van toekomstige professionals (studenten) om in deze praktijk te kunnen werken.