Een hoofdstuk uit het boek 'Gouden kansen': Aan de slag met diversiteit in het hbo'. Het hoofdstuk gaat over verbondenheid tussen enerzijds werving en selectie en anderszijds binding en behoud. Het lectoraat 'gedifferentieerd Human Resource Management' deed hiervoor onderzoek naar de ervaringen van docenten met etnische diversiteit in het beroepsonderwijs. Centrale vragen in dit onderzoek waren: Hoe kun je zorgen dat allochtone docenten (en studenten) in een hogeschool op hun plek komen en daar ook willen blijven? Welke voorwaarden zijn er dan voor een hogeschool? Ook ging het beschreven onderzoek dieper in op wat daarna gebeurt op de multiculturele werkvloer. Hoe reageren docenten op veranderingen in het onderwijs die de multiculturele samenleving met zich meebrengt? Hoe gaan ze met elkaar om? Leren ze van die samenwerking, en zo ja, wat leren ze dan?
Zwarte en witte scholen krijgen veel aandacht in de media. Vaak beperkt die aandacht zich tot de etnische samenstelling van scholen en de mogelijke samenhang daarvan met schoolresultaten van de leerlingen. Veel interesse voor wat er binnen scholen gebeurt is er niet, terwijl docenten daar dag in dag uit onderwijs van kwaliteit proberen te leveren. Leren lesgeven in een kleurrijke, multiculturele school kent vele aspecten. Leraren staan er voor de taak een prettige sfeer te scheppen waarinkinderen zich thuis voelen en zich evenwichtig ontwikkelen. Ze proberen positieve onderlinge relaties tussen leerlingen uit verschillende etnische groepen te bevorderen. Ze werken samen met collega’s, onderhouden contact met ouders. En ze zoeken een weg naar een optimale schoolloopbaan van elke leerling door binnen hun vak een afgestemd aanbod en geschikte didactiek te hanteren. Taal speelt hierin een belangrijke rol en op dat aspect zal ik mijn verhaal toespitsen. Eerst moeten allochtone leerlingen ‘de taal leren’ – waarmee het Nederlands wordt bedoeld - en dan kunnen ze vervolgens het onderwijs volgen, zo wordt het vaak in de media voorgesteld. En ook het overheidsbeleid neigt tot een dergelijke versimpeling wanneer alle pijlen worden gezet op het vroeg detecteren en wegwerken van ‘achterstanden’. Die kwestie ligt veel ingewikkelder. Door het hele onderwijs heen vraagt het lesgeven aan kleurrijke klassen van elke docent om alert te zijn op verschillen in voorkennis, vaardigheden en ondersteuningsbehoeften
Steeds vaker komen studenten de lerarenopleidingen binnen met een mbo-vooropleiding. Deze instroom is een doelstelling van onderwijsbeleid, maar levert een aantal nieuwe vragen op voor de kwaliteit van de opleidingen. In de landelijke media en rapporten is de laatste jaren aandacht besteed aan stagnerende doorstroom, die te wijten zou zijn aan tekorten in de taal- en rekenvaardigheid van de mbo-instromers. Om deze problematiek op lokaal niveau te kunnen aanpakken is echter een dialoog gewenst tussen de toeleverende en afnemende opleidingen binnen een regio. Het lectoraat Lesgeven in de Multiculturele School was dan ook blij met de mogelijkheid om samen met het ROC Midden Nederland een verkennend onderzoek te doen naar de doorstroomproblematiek in de regio Utrecht. Vanuit de kenniskring werkten enkele collegas van de Faculteit Educatie en het ROCMN samen om ervaringen in beeld te brengen van studenten en docenten van mbo (in het bijzonder ROCMN Amersfoort en Utrecht) en hbo (de pabos van de Hogeschool Domstad en Hogeschool Utrecht en de tweede-graadslerarenopleiding Geschiedenis). Het voornemen was een longitudinale studie te verrichten en studenten te volgen vóór en na hun overstap van mbo naar hbo. Dat bleek beperkt uitvoerbaar, desondanks geeft het onderzoeksresultaat vele factoren aan die van invloed kunnen zijn op geslaagde doorstroom. Het verzamelde materiaal levert zodoende discussiepunten en concrete ideeën voor opleiders en managers, bijvoorbeeld rond studiehouding, academische taalvaardigheid, afstemming van de programmas rekenvaardigheden en specifieke studiebegeleiding. Ze zullen deze kunnen verdisconteren in leerplannen, didactiek en studieklimaat van opleidingen waar veel deelnemers doorstromen naar het hbo. Naar de invloed en het succes van dergelijke interventies is nadere studie gewenst. Het onderzoek heeft op diverse plekken al dergelijke discussies in gang kunnen zetten, zoals tussen de twee onderzochte pabos en de opleidingen onderwijsassistent. Ik hoop dat dit onderzoeksverslag daarbij van nut zal zijn.
Binnen dit project werken we als onderzoekers samen om een beeld te krijgen hoe Nederlandse burgers met een migratieachtergrond worden gerepresenteerd in sport, kunst en cultuur, maar ook hoe we via educatie het thuisgevoel kunnen bevorderen. Hierbij staat de volgende vraag centraal: hoe kunnen we sociale cohesie bevorderen in een diverse, pluriforme samenleving?