Op welke manier heeft meertaligheid in de huidige NT2-praktijk een plek? Om daarin inzicht te krijgen heeft Laura Hoveijn voor haar master Toegepaste taalwetenschap aan de Vrije Universiteit Amsterdam een inventarisatiestudie gedaan naar opvattingen en praktijken van NT2-docenten over meertaligheid. Dit artikel vat de belangrijkste bevindingen uit dit onderzoek samen.
LINK
Kennisnemen van onderzoek over taalleren en taalonderwijs kan bijdragen aan het reflecterend vermogen en de professionalisering van (NT2-)docenten (competentie B4); wetenschappelijke inzichten kunnen als basis dienen voor reflectie op en onderbouwing van didactische keuzes. Uit internationaal onderzoek en een verkenning onder Nederlandse tweede- en vreemdetaaldocenten (n=499) blijkt echter dat gepubliceerde onderzoeksresultaten docenten nauwelijks bereiken. Tijdgebrek en ontoegankelijkheid van publicaties blijken hiervan belangrijke oorzaken.
DOCUMENT
Van NT2-docenten wordt verwacht dat zij zich blijvend ontwikkelen en professionaliseren (zie competentie B.4 in het BVNT2-competentieprofiel). Een onderzoekende houding speelt daarbij een belangrijke rol, oftewel het vermogen om kritisch en systematisch naar het eigen handelen te kijken én de vaardigheid om relevante literatuur op te zoeken. Voor onderwijsprofessionals die hun kennis over tweedetaalverwerving en taalonderwijs willen verdiepen, is er veel aanbod aan relevante literatuur. Internationaal onderzoek laat echter zien dat er een kloof bestaat tussen onderwijs en onderzoek. Ook in Nederland bestaat die kloof, zo tonen Andringa en Van Beuningen aan met een peiling onder onderwijsprofessionals. De gratis toegankelijke online database OASIS (Open Accessible Summaries In Language Studies) probeert de kloof te verkleinen.
DOCUMENT
Van NT2-docenten wordt verwacht dat zij zich blijvend ontwikkelen en professionaliseren (zie competentie B.4 in het BVNT2-competentieprofiel). Een onderzoekende houding speelt daarbij een belangrijke rol, oftewel het vermogen om kritisch en systematisch naar het eigen handelen te kijken én de vaardigheid om relevante literatuur op te zoeken. Voor onderwijsprofessionals die hun kennis over tweedetaalverwerving en taalonderwijs willen verdiepen, is er veel aanbod aan relevante literatuur. Internationaal onderzoek laat echter zien dat er een kloof bestaat tussen onderwijs en onderzoek. Ook in Nederland bestaat die kloof, zo tonen Andringa en Van Beuningen aan met een peiling onder onderwijsprofessionals. De gratis toegankelijke online database OASIS (Open Accessible Summaries In Language Studies) probeert de kloof te verkleinen
LINK
LOWAN in gesprek met Kees Hoogland, lector Wiskundig en Analytisch Vermogen van Professionals aan de Hogeschool Utrecht. Zelf zegt hij dat hij al zijn hele leven is gefascineerd door hoe mensen omgaan met de kwantitatieve kant van de wereld. Daarom heeft hij wiskunde gestudeerd en is wiskundeleraar geworden met speciale interesse voor kwetsbare jongeren. Zijn passie is om de wereld van getallen voor iedereen toegankelijk te maken.
LINK
In deze adviestekst heeft het Algemeen Secretariaat van de Taalunie de uitdagingen in kaart gebracht die gepaard gaan met de doorstroom van nieuwkomersleerlingen naar het vervolgonderwijs. Er worden zes aanbevelingen gedaan voor een kwalitatieve doorstroom en verdere begeleiding van nieuwkomersleerlingen. De tekst kwam tot stand in samenwerking met een groep van Vlaamse en Nederlandse experts en werd gevoed door ervaringen uit diverse schoolbezoeken en interviews in Nederland en Vlaanderen.
DOCUMENT
In opdracht van de VO-raad is in samenwerking met scholen voor voortgezet onderwijs, Internationale Schakelklassen (ISK) en samenwerkingsverbanden in kaart gebracht hoe het onderwijs aan nieuwkomersleerlingen van 12 tot 18 jaar het beste kan worden vormgegeven. Daarbij geholpen door experts uit de psychosociale hulpverlening, ouderorganisaties, de Onderwijsinspectie en het ministerie van OCW en aangevuld met wetenschappelijke kennis over onderwijs aan nieuwkomersleerlingen. Deze kennis is gebundeld in de handreiking ‘Nieuwkomers in het voortgezet onderwijs’ De handreiking wordt in delen uitgebracht. In juli werd het eerste deel gepubliceerd, dat zich richt op het thema 'Nieuwkomers welkom heten'. Op 1 oktober is hier het deel over ‘Taal, talen en talenten' aan toegevoegd. Later volgen nog delen over ‘Regionaal samenwerken’ en ‘Maatwerk bieden’.
DOCUMENT
Het aantal meertalige leerlingen in de reguliere klas neemt nog steeds toe. Ook het aantal talen in de klas groeit nog steeds. Dat betekent dat (aankomende) docenten Nederlands steeds vaker les geven aan leerlingen die het Nederlands niet als thuistaal hebben. Zij geven daarbij aan zich niet handelingsbekwaam te voelen om alle leerlingen in hun lessen recht te doen. Docenten zien meertalige klassen bovendien als een last, terwijl recent onderzoek laat zien dat meertaligheid juist een meerwaarde kan hebben. Door de talen van meertalige leerlingen toe te staan in het onderwijs worden de kennis en ervaringen van deze leerlingen niet buitengesloten en dit draagt bij aan het bevorderen van gelijke kansen. Maar hoe moet je dat als docent aanpakken? Welke didactische concepten zijn er binnen de functioneel-communicatieve benadering van taalleren en hoe kun je die inzetten en combineren ten behoeve van de taalontwikkeling van alle leerlingen in je klas? Daar wil deze handleiding een antwoord op geven. Ze is bedoeld als basis voor het ontwerpen van je eigen lessen in meertalige klassen. Daarom zijn er in de bijlagen ook voorbeeldlessen opgenomen. Daarin maken we zichtbaar hoe je – naast de bekende didactische principes van Nederlands – een combinatie van didactieken kunt inzetten die gericht zijn op het taalleren van meertalige leerlingen. In deze bijlagen verwijzen we steeds naar de beschrijvingen in deze handleiding.
DOCUMENT
In dit boekje worden de resultaten van het NRO Comeniusproject "Gelijke kansen door meertalige pabo's" (2018-2021) gepresenteerd. In dit project wordt de toegankelijkheid van de pabo voor nieuwkomers bevorderd door een schakelklas van mbo naar hbo. In de didactiek en het opleidingsonderwijs wordt de rol van de thuistalen bij het leren ontwikkeld, zoals beschreven in het rapport ‘Ruimte voor nieuwe talenten’ (2017). Docenten én studenten gaan samenwerken om de gelijke kansen van studenten die ondervertegenwoordigde talen spreken, te bevorderen.
DOCUMENT
Het boek Mediaplanning verschaft snel inzicht in het gehele mediaplanningsproces: van mediabriefing, het selecteren van de mediumtypen aan de hand van de mediumbeoordelingscriteria, media- en planningsschema, budgetverdeling tot media-inkoop. Kennis van het mediaplanningsproces alleen is echter niet voldoende om daadwerkelijk een mediaplan op te stellen. Inzicht in de mediawereld met daarin de rol van het mediabureau, media-onderzoek en de processen voorafgaand aan de mediaplanning zoals marketing en marketingcommunicatie is essentieel. In Mediaplanning komen deze onderwerpen dan ook duidelijk en overzichtelijk aan de orde. Daarnaast wordt een actueel beeld geschetst van de verschillende mediumtypen (zoals tv, radio, print, out of home, internet, gaming, mobiele marketing en bioscoop) met hun belangrijkste kenmerken en ontwikkelingen. Mediabegrippen als GRP, bereik en frequentie worden uitgelegd aan de hand van voorbeelden. Tussen de hoofdstukken door is dit boek verrijkt met relevante artikelen en citaten om de lezer te inspireren. Daarnaast is ter illustratie een aantal mediacases uit de recente praktijk opgenomen.
LINK