Deze studie richt zich op bloggen op dagbladsites en de betekenis hiervan voor dagbladen. De centrale vraag van het onderzoek is hoe de praktijk van het bloggen op dagbladsites de journalistiek bij die dagbladen beïnvloedt. Hebben bloggers invloed op journalistieke producties, het werk van journalisten en de nieuwsselectie en -presentatie? Om vast te stellen welke invloed bloggers hebben die actief zijn op dagbladsites, zijn inhoudsanalyses uitgevoerd en vervolgens interviews gehouden met drie soorten bloggers: journalisten, expertbloggers en burgerbloggers bij vier landelijke dagbladen (Volkskrant, Trouw, NRC Handelsblad en De Telegraaf), één gratis dagblad (DAG) en twee regionale dagbladen (TCTubantia en AD/Utrechts Nieuwsblad). Daarnaast zijn er gesprekken gevoerd met redacteuren die verantwoordelijk zijn voor het blog-deel op de website.
In deze studie onderzoeken we de ontwikkelingstrajecten van hackers, op basis van zelfgerapporteerde web defacements. Tijdens een web defacement wordt ongewenst de inhoud van een website aangepast. In totaal hebben we 50.330 defacements van websites met een Nederlandse extensie (.nl websites) geanalyseerd, die door 3640 verschillende defacers zijn uitgevoerd tussen januari 2010 en maart 2017. Met behulp van trajectory-modellen kunnen er zes groepen defacers worden onderscheiden in de analyses: twee groepen chronische daders en vier groepen daders die slechts gedurende een korte periode defacements uitvoerden. Deze groepen verschillen ook van elkaar in hun motivaties en modus operandi. De groep hoogfrequente chronische daders bestaat uit minder dan 2% van de daders, maar is verantwoordelijk voor meer dan de helft van alle defacements. Het zou dan ook het meest efficiënt zijn wanneer toekomstige interventies zich met name richten op deze kleine groep chronische daders. Voor vervolgonderzoek zou het interessant zijn om de inhoudelijke boodschap van de web defacements te onderzoeken.
Journalisten willen dat hun producties een zo groot en productief mogelijk bereik hebben. Traditionele journalistieke waarden uiten zich veelal in het goed informeren van het publiek en het prikkelend voeden van maatschappelijk debat. De laatste jaren willen journalisten daarbij ook maatschappelijke impact genereren (Schohaus, 2019). Daarin spelen in toenemende mate ook commerciële belangen een grotere rol. Meer unieke lezers leiden voor veel nieuwswebsites immers tot meer advertentie-inkomsten (Christin, 2018). Nieuwsredacties maken gebruik van sociale media platformen zoals Facebook en Twitter om meer publiek te bereiken (Hågvar, 2019; Hille & Bakker, 2013). Deze sociale media platformen gebruiken een complex netwerk van algoritmes, real time data feeds en historische data om, onder andere, te bepalen welke posts door welke gebruikers worden gezien (Batrinca & Treleaven, 2014). Journalistieke redacties proberen steeds meer te anticiperen op die mechanismen (Bucher, 2018), door bij het plaatsen van hun geschreven content op sociale media (zogeheten native tekst) ‘pakkende teksten’ met veelgebruikte zoektermen te gebruiken, evenals emojis (Hågvar, 2019). Het is echter de vraag of ze daarmee voldoende rekening houden met hun eigen journalistieke waarden of dat ze de ‘criteria’ die sociale media platformen aan deze content toekennen laten prevaleren. “Uiteraard vinden we het belangrijk dat het journalistieke kompas altijd voorop staat. Maar ik durf niet te zeggen dat de manier waarop de content online ontsloten wordt daar altijd mee in de pas loopt”, aldus John van den Oetelaar, hoofdredacteur Eindhovens Dagblad. Er bestaat een aantoonbaar verband tussen nieuwsvergaring via social media platforms en een toenemende waarden-polarisatie in de samenleving (Goyanes, 2021). In dit onderzoek verkennen we daarom welke waarden worden aangesproken bij succesvolle social media nieuwsberichten, in hoeverre traditionele journalistieke waarden door algoritmisering in het gedrang komen.