Objective. The objective of this article is to analyze the scientific production on creative tourism indexed in the Scopus database and to identify gaps, trends and future lines of research. Method. The bibliometric method was used to map the state of the art and identify trends, gaps and future lines of research. A search was made in the Scopus database for scientific articles that included the terms creative tourism in the title, abstract or keywords. Bibexcel software was used to calculate productivity indicators and h-index. The VOSviewer software allowed the analysis of bibilometric networks of citation, co-citation and co-occurrence of keywords. Results. A total of 120 articles corresponding to the period 2002-2020 were found. The scientific production on creative tourism is growing and presents a high rate of topicality. Greg Richards was the most prolix author with the highest h-index, which confirms him as a reference in the subject. The most productive journals are Current Issues in Tourism and Annals of Tourism Research. Creative tourism has been studied from three fundamental thematic lines: tourism and creativity, creative experience and creative space. Conclusions. The implications of the results of the study for academics, researchers and tourism managers were presented. Studies on the profile of the creative tourist, the role of new technologies, co-creation of experiences, as well as the inclusion of variables such as repetition intention, image, motivation and the role of the community in creative tourism were proposed as research opportunities.
DOCUMENT
Inleiding: Bij mensen met verstandelijke beperkingen (VB) is obstipatie een van de meest voorkomende gezondheidsproblemen en de gevolgen kunnen groot zijn. Dit onderzoek beoogt een overzicht te geven van de prevalentie van, risicofactoren voor en (niet-)medicamenteuze behandeling van obstipatie bij mensen met VB. Daarnaast wordt de relatie tussen obstipatie, dysfagie en medicatie geanalyseerd.Methode: Het onderzoek bestond uit literatuur- en dossieronderzoek. Voor het systematische literatuuronderzoek werden de databases PubMed en Scopus doorzocht. Het dwarsdoorsnede (cross-sectionele) dossieronderzoek werd uitgevoerd bij zorginstelling Alliade. Data over aanwezigheid van obstipatie, laxantiagebruik, inzet van niet-medicamenteuze behandelingen en risicofactoren, waaronder dysfagie en medicatiegebruik, werden verzameld.Resultaten: De literatuur toonde sterk variërende obstipatie-prevalenties van 6 tot 94%. Het dossieronderzoek liet zien dat 24,3% van de cliënten een obstipatiediagnose heeft en 55% chronisch laxantia gebruikt. Risicofactoren voor obstipatie werden in de literatuur weinig gevonden. Risicofactoren gevonden in de dossiers waren mate VB, dysfagie en medicatie. Niet-medicamenteuze behandelingen voor obstipatie werden zelden gerapporteerd en betroffen fysiotherapeutische behandelingen, buikmassage en voedingssupplementen. Conclusie: De prevalentie van obstipatie en chronisch laxantiagebruik bleek hoog. Er is nog veel onduidelijk over risicofactoren en over de inzet van alternatieve behandelmethoden naast laxantia. Gezien de grote impact die obstipatie kan hebben op mensen met VB is verder onderzoek naar deze aandoening en de behandelmethoden wenselijk.
LINK
English is increasingly the dominant language of academic scholarship. This means that much research produced in other languages is overlooked, a tendency strengthened by the growing power of global publishers and university ranking systems. This initial scoping study provides an exploratory review of non-English scholarship in the field of event management, drawing on an extensive literature search in Arabic, Croatian, Czech, Dutch, Italian, Portuguese, Slovenian and Spanish. We find a considerable number of event management publications in these languages, which effectively represent a ‘missing body of knowledge’ for scholars working in English. Only about 10% of these non-English sources are covered by Scopus, for example. Our scoping study indicates that this excludes many scholars and potentially interesting areas of work from the global event management corpus. We suggest several strategies which could be employed to address these issues.
DOCUMENT
