In the literature about web survey methodology, significant eorts have been made to understand the role of time-invariant factors (e.g. gender, education and marital status) in (non-)response mechanisms. Time-invariant factors alone, however, cannot account for most variations in (non-)responses, especially fluctuations of response rates over time. This observation inspires us to investigate the counterpart of time-invariant factors, namely time-varying factors and the potential role they play in web survey (non-)response. Specifically, we study the effects of time, weather and societal trends (derived from Google Trends data) on the daily (non-)response patterns of the 2016 and 2017 Dutch Health Surveys. Using discrete-time survival analysis, we find, among others, that weekends, holidays, pleasant weather, disease outbreaks and terrorism salience are associated with fewer responses. Furthermore, we show that using these variables alone achieves satisfactory prediction accuracy of both daily and cumulative response rates when the trained model is applied to future unseen data. This approach has the further benefit of requiring only non-personal contextual information and thus involving no privacy issues. We discuss the implications of the study for survey research and data collection.
Drug consumption estimates are of relevance because of public health effects as well as associated criminal activities. Wastewater analysis of drug residues enables the estimation of drug consumption and drug markets. Short-term and long-term trends of cocaine, MDMA (ecstasy), amphetamine (speed) and methamphetamine (crystal meth), were studied for the city of Amsterdam. MDMA (+41%) and cocaine (+26%) showed significantly higher weekend vs. week consumption, while no differences were observed for the other drugs. The consumption of MDMA, cocaine, amphetamine and methamphetamine significantly increased between 2011 and 2019. Weekly trends emerging from wastewater analyses were supported by qualitative and quantitative data from a recreational drug use monitoring scheme. However, information collected in panel interviews within nightlife networks and surveys among visitors of pubs, clubs and festivals only partially reflected the long term increase in consumption as registered from wastewater analysis. Furthermore, methamphetamine use was not well presented in survey data, panel studies and test service samples, but could be monitored trough wastewater analysis. This illustrates that wastewater analysis can function as an early warning if use and user groups are small or difficult to reach trough other forms of research. All in all, this study illustrates that wastewater-based epidemiology is complementary to research among user groups, and vice versa. These different types of information enable to connect observed trends in total drug consumption to behaviour of users and the social context in which the use takes place as well as validate qualitative signals about (increased) consumption of psychoactive substances. Such a multi angular approach to map the illicit drug situation on local or regional scale can provide valuable information for public health.
MULTIFILE
ADAS Kennisbank Advanced Driver Assistent Systems (ADAS) bepalen als een van de vier disruptieve automotive trends1 de komende jaren de automotive-branche. In de breedte van de branche –mkb-autobedrijven en -werkplaatsen, rijschoolhouders, verzekeraars, overheden, belangenorganisaties - bestaat het bewustzijn van de potentie en de impact van deze trend. Door de snelheid, waarmee deze ontwikkeling gepaard gaat, groeit de behoefte aan state of the art ADAS-kennis bij MKB-bedrijven in de automotive sector. Tevens vraagt de aard van deze disruptieve trend om interdisciplinaire samenwerkingen om de state of the art kennis te blijven ontwikkelen en om deze toegankelijk te presenteren. Met een consortium- bestaande uit MKB-ers en branche- belangenorganisaties- dat de breedte van de automotive-branche vertegenwoordigt, wil HAN-AR de behoefte aan ADAS kennis concretiseren en een kennisbank creëren waar onafhankelijke state of the Art ADAS kennis voor een breed netwerk toegankelijk wordt gepresenteerd. Doormiddel van dit onderzoek worden de ADAS kennishiaten in kaart gebracht en worden op basis daarvan nieuwe netwerken gevormd waarmee relevante en ontbrekende state of the art kennis wordt onderzocht. Het onderzoek moet leiden tot het uitbreiden van het ADAS netwerk dat zowel voor onderzoek als ook voor het automotive onderwijs komende jaren een prominente rol zal gaan spelen.
The overall purpose of this consultancy was to support the activities under the Environmental Monitoring and Assessment Programme of the UN Economic Commission for Europe (UNECE) in developing the 7th pan-European environmental assessment, an indicator based and thematic assessment, implemented jointly with the United Nations Environment Programme (UNEP) and in support of the 2030 Agenda for Sustainable Development. The series of environmental assessments of the pan-European region provide up to-date and policy-relevant information on the interactions between the environment and society. This consultancy was to:> Draft the input on drivers and developments to chapter 1.2 of the assessment related to the environmental theme “4.2 Applying principles of circular economy to sustainable tourism”.> Suggest to UNECE and UNEP the most policy relevant indicators from UNECE-environmental, SDG indicators and from other indicator frameworks such as EEA or OECD for the environmental theme for the sub-chapter 4.2.> Assess the current state, trends and recent developments and prepare the substantive part of sub-chapter 4.2 (summary - part I) and an annex (part II) with the detailed analysis and findings.
De Gemeente Groningen stimuleert kinderen binnen de Gemeente Groningen tot een actieve en gezonde leefstijl door middel van het sportieve leefstijlproject, BSLIM. BSLIM vormt de paraplu waaronder interventies en een uitgebreid activiteitenaanbod voor met name basisschoolleerlingen i.s.m. scholen, kennisinstellingen en andere organisaties wordt vormgegeven. Met BSLIM wil de Gemeente Groningen kinderen de mogelijkheid bieden hun sportieve talenten te ontdekken en ontwikkelen. De gemeente heeft daarbij als primair doel de structurele sportdeelname van alle kinderen positief te beïnvloeden. Bijzondere aandacht gaat daarbij uit naar kinderen die (nog) niet structureel sporten en naar de mogelijke talenten. Een goede bewegingsvaardigheid, passend sport(ief)gedrag en plezierige bewegingservaringen zijn van grote invloed op de mate waarin kinderen nu en later structureel deelnemen aan sport en voldoende blijven bewegen. De gemeente Groningen stimuleert daarom samen met schoolbesturen de ontwikkeling van een goede bewegingsvaardigheid van kinderen middels kwalitatief hoogwaardig bewegingsonderwijs door brede vakdocenten in de BSLIM-wijken.Onderzoeksthema’s 1. BewegingsonderwijsDe kwaliteit van het bewegingsonderwijs in de Bslim wijken wordt onderzocht.a. Het Leerlingvolgsysteem (LVS) dat in 2015-2016 is geïmplementeerd wordt gebruikt om de vaardigheid van leerlingen in de Bslim wijken in kaart te brengen en waar mogelijk te vergelijken met landelijke normenb. Effectiviteit van interventies gericht op de vaardigheid, de beleving en/of het gedrag van leerlingen, waarbij met name oog is voor de (uit zichzelf) minder actieve leerlingenc. Effectiviteit van interventies die gebruik maken van expliciet en impliciet leren binnen bewegingsonderwijs en/of MRT-praktijken2. Tussen gymzaal en sportvereniginga. Monitoring sportdeelname en motieven om wel/niet te sporten en bewegen + analyse van trends en ontwikkelingen in de sportdeelname in de onderzoekswijken. Hierbij wordt een ruim pallet in acht genomen: Van bewegingsonderwijs tot buiten spelen, en van Bslim- en Schoolsportclub activiteiten tot sportdeelnameb. Onderzoek naar de effectiviteit van interventies gericht op actieve pauzes, waarbij met name oog is voor de (uit zichzelf) minder actieve leerlingen c. Onderzoek naar de effectiviteit van interventies gericht op het voor- tussen en naschools aanbod mbt leefstijl en belevingd. Onderzoek naar de effectiviteit van Bslim activiteiten en Schoolsportclub op de sportbelevinge. Uitvoeren van een Pilot mbt de stimulatie van de motivatie voor bewegen van vmbo leerlingen binnen en buiten de gymles3. Structurele sportdeelnamea. Effectiviteit van een interventie gericht op trainers om motivatie van kinderen te stimuleren en daarmee uitval te beperken b. Ontwikkelen en uitvoeren van een toolkit waarmee de koppeling tussen kind en sport optimaal gemaakt wordt en mogelijke talenten geïdentificeerd worden