Het is de hoogste tijd dat er meer (internationale) harmonisatie komt op het gebied van de belastingwetgeving voor multinationals.
LINK
Fortuna Sittard wordt sinds twee jaar in financieel en bestuurlijk opzicht geleid door Isitan Gün, een Turkse econoom op wiens cv wordt vermeld dat hij na een carrière in de financiële wereld belandde bij de topclub Galatasaray S.K. In het kielzog van deze Turkse ondernemer streek nog een aantal Turkse zakenlieden in Zuid-Limburg neer, onder wie de 25-jarige accountant die club en geldschieter aan elkaar koppelde en nu verantwoordelijk is voor de boekhouding, en een nieuwe directeur voetbal en scout spelers. Interessant is ook de aanwezigheid van de (voormalige?) eigenaar van het Turkse spelersagentschap PMH Management & Consulting. Voormalig staat hier met opzet tussen haakjes en met een vraagteken vermeld. Volgens Gün is de bewuste zaakwaarnemer namelijk al tijden niet meer bij het agentschap betrokken, maar uit informatie van de Turkse Kamer van Koophandel blijkt dat zijn naam nog steeds wordt onder de kop ‘Management & Staf’ wordt vermeld. Het feit dat hierboven de spelerscarrousel bij Roda en de mogelijke betrokkenheid van een spelersmakelaar bij Fortuna expliciet zijn genoemd, heeft een reden. Ondanks het feit dat bij beide clubs geen aanwijzingen bestaan dat de investeringen die zijn gedaan een wederrechtelijke herkomst hebben, is uit de literatuur bekend dat bij het witwassen van crimineel geld in het professionele voetbal de transfer van spelers een belangrijk vehikel is. In dit artikel staat deze thematiek centraal. Na een korte uiteenzetting van de redenen waarom het professionele voetbal zich bij uitstek leent voor het witwassen van crimineel vermogen via de transfermarkt, wordt ingezoomd op de vraag welke mogelijkheden bestaan om dammen tegen dit fenomeen op te werpen. Daarbij wordt in het bijzonder aangehaakt bij de maatregelen die van lidstaten worden verwacht in het kader van de inmiddels vijfde anti-witwasrichtlijn. Bediscussieerd zal worden welke mogelijkheden de in Nederland bij witwasbestrijding en -preventie betrokken partijen hebben om malafide praktijken in het voetbal tegen te gaan en in hoeverre en op welke wijze zij daarvan gebruikmaken. LinkedIn: https://www.linkedin.com/in/pietersteenwijk/
MULTIFILE
1e alinea column: Hebt je je ook wel eens afgevraagd waarom mensen zoveel roddelen? Volgens mij heeft het er mee te maken dat je dan voor je gevoel samen 'gelijk' hebt. De anderen zitten echt fout! Iemand uitnodigen tot roddel is als uitnodiging om toe treden tot de winners, uiteraard ten koste van de losers. Ik vraag me wel eens af of we roddelen niet gewoon nodig hebben als simpele manier om jezelf winner te voelen, zo je mandje 'basic trust' voeden, als bron van sociale cohesie: 'conflict creates comfort'. Een kwestie van zelfmanifestatie. Wie durft immers echt op eigen inzicht te vertrouwen en werkelijk op zijn eigen stip te gaan staan als het er op aan komt? Dit mechanisme lijkt soms niet alleen op te gaan voor personen, maar ook voor de politiek en voor hele landen.
LINK
De onderzoeksgroep Cybersafety van NHL Stenden Hogeschool in Leeuwarden, heeft in opdracht van het Digital Trust Center (DTC), in kaart gebracht in hoeverre de Basisscan Cyberweerbaarheid leidt tot gedragsverandering bij ondernemers. In totaal zijn achttien ondernemers, variërend qua omvang, bedrijfstak en geografische ligging, betrokken bij het onderzoek. Respondenten zijn daartoe tweemaal geïnterviewd. Het eerste interview was een zogenoemde nulmeting waarin de uitgangssituatie in kaart werd gebracht. Dit betrof ten eerste de mate waarin men aan de vijf door het DTC onderscheiden basisprincipes, zoals het uitvoeren van software-updates en het reguleren van toegang tot systemen, invulling gaf en ten tweede de achterliggende factoren zoals houdingaspecten en omgevingsinvloeden die daaraan ten grondslag liggen. Het tweede interview werd gehouden nadat de respondent de basisscan had ingevuld en stond in het teken van gedragsverandering en de mogelijke wijzigingen in achterliggende factoren.
DOCUMENT
accepted abstract Quis14 conference Field findings show that value dimensions in legal services are functional, social and emotional. The last category emerges not only within but also outside the interaction with the lawyer. Recommendation of others or the trackrecord of lawyers for example, which play a role before or after the service, contribute to emotional values like trust and reassurance and help clients to reduce the perceived purchase risk, which is inherent to the nature of credence services. Also due to the credential character of legal services we conclude that not only professional skills but also service aspects as client involvement play an important role in the emergence of value because professional skills are difficult to judge even by routine buyers.
DOCUMENT
Kinderen groeien op in een wereld die gekenmerkt wordt door een overvloed aan informatie, vooral afkomstig van sociale media. In december 2016 had meer dan 80% van de kinderen van 11 jaar oud de beschikking over een mobiele telefoon die verbonden is met het internet (Kennisnet 2017, p. 16). Te verwachten is dat die groep anno 2020 alleen maar groter is geworden. YouTube, WhatsApp, Instagram en TikTok zijn immens populair onder jongeren maar niet alle informatie, filmpjes en foto’s die ze daar bekijken zijn betrouwbaar. Het verschijnsel nepnieuws is al enige jaren een actueel onderwerp van discussie, vooral sinds de Amerikaanse presidentsverkiezingen van 2016 (Gilchrist, 2018). Hoewel er aanwijzingen zijn dat het gevaar op misleiding door nepnieuws (desinformatie) of andere vormen van onbetrouwbare informatie (misinformatie) in Nederland minder groot is dan in andere landen (Lauf, Sierhuis en Weggemans, 2018) heeft de Nederlandse overheid als beleid geformuleerd dat ze wil voorkomen dat de democratie en de rechtsorde in ons land erdoor worden ondermijnd. Het kabinet zet daarbij uitdrukkelijk in op verbetering van het vermogen van de burgers om desinformatie te herkennen (Rijksoverheid.nl, 2019). Dat is begrijpelijk als we weten dat onderzoek van het Rathenau Instituut aangeeft dat de mediawijsheid van verschillende groepen burgers (en ook die van jongeren!) vaak tekortschiet (Van Keulen, Korthagen, Diederen en Van Bohemen, 2018). Onderwijs in het herkennen van nepnieuws is dus relevant, óók in de Nederlandse context. Literatuuronderzoek dat wij eerder uitvoerden (Van Helvoort en Hermans, in voorbereiding) geeft aan dat als je kinderen wilt leren hoe ze betrouwbaar nieuws van nepnieuws kunnen onderscheiden, het een effectieve aanpak is om ze zelf nieuwsberichten te laten maken (zie onder andere National Literacy Trust, 2018). Een voordeel van zo’n activerende werkvorm is dat die leidt tot beter begrip van het verschijnsel ‘nieuws’ maar ook dat er een blijvende interesse voor het onderwerp tot stand kan worden gebracht (Tremio, 2017). Met die kennis in het achterhoofd hebben we studenten van de PABO van De Haagse Hogeschool gevraagd om een reeks van vijf lessen te ontwerpen en uit te voeren, waarin kinderen van de hoogste groepen van een basisschool leren wat nepnieuws is, hoe en waarom het wordt gemaakt en hoe het kan worden herkend. In aanvulling op de lessen maakten de studenten vijf quizzen waarmee aan het einde van iedere les werd getest of kinderen het verschil tussen betrouwbare berichten en nepberichten konden herkennen. De lessen werden gegeven in het Kindcentrum Snijders in Rijswijk, een basisschool waar ieder kind van groep 2 tot en met groep 8 een eigen iPad heeft waarvan de beschikbare apps door de school zelf worden beheerd. De kinderen die in het onderzoek hebben meegedaan waren dus gewend om te werken met digitale media. Gedurende vijf weken hebben de kinderen deelgenomen aan de lessen waarin ze onder andere zelf nepnieuws hebben gecreëerd. Door het onderzoek te beperken tot één groep kinderen van een specifieke basisschool waren de studenten in staat om een op maat gemaakte intensieve lessenreeks te ontwerpen en uit te voeren.
MULTIFILE
Voor het project Sensing Streetscapes sprak Hogeschool van Amsterdam-onderzoeker Frank Suurenbroek met Marlies de Nijs, senior stedenbouwkundige bij de gemeente Utrecht. Zij vertelt over de Utrechtse manier van stadmaken met hoogbouw achter de coulissen van levendige plinten.Voor het onderzoeksproject Sensing Streetscapes maakten Frank Suurenbroek en Gideon Spanjar een booklet waarin zij en andere experts het belang van de menselijke maat in de verdichte stad analyseren. Het interview met Marlies de Nijs is daarin ook opgenomen.
LINK
The article describes what a restorative city is by looking at research, experiences in different countries and by describing the developments in Restorative City Wrocław. A restorative city is a city that recognises its urban environment as a network of relations in which – in the case of conflict – citizens, institutions and organisations choose a restorative approach to finding a solution in the first place. This necessitates proactive responses to conflict resolution, which go beyond criminal justice and crime prevention strategies that are still predominantly of a reactive nature. The concept of the restorative justice city builds a ‘criminology of trust’, for which crime is not a risk to be managed and controlled but a harm to be addressed by penal policies based on respect, solidarity, inclusion and active participation The restorative city concept, as also seen in Wrocław, is gaining momentum and while it is becoming an appealing policy transfer in an increasingly globalized world.
MULTIFILE
Het delen van spullen en diensten tussen onbekenden is een groeiend fenomeen in onze consumptiemaatschappij. Dit fenomeen wordt ook wel de deeleconomie genoemd. Wat de deeleconomie zo interessant maakt is dat transacties worden uitgevoerd tussen mensen die elkaar niet kennen. Deze transacties kunnen echter grote risico’s met zich meebrengen, omdat wet- en regelgeving vaak afwezig is. Vertrouwen tussen consumenten is daarom van groot belang. Mijn onderzoek laat zien dat gebruikers in de deeleconomie elkaar vertrouwen door middel van vertrouwenssignalen die gelinkt zijn aan de context en de intrinsieke eigenschappen van de ander. Dit artikel wordt afgesloten met aanbevelingen voor de praktijk en theorie en suggesties voor toekomstig onderzoek.
MULTIFILE
Onderzoeken naar het vertrouwen in instituties en beroepsgroepen in Nederland laten steevast hetzelfde zien: de Nederlandse politie beschikt over een grote vertrouwensbasis onder haar burgers. Het is verleidelijk dat vertrouwen als een verdienste van de politie te zien. In dit artikel laten we zien dat dat te veel eer is.
DOCUMENT