We betalen twee keer arbeidsloon voor het plukken van tomaten.
DOCUMENT
Schulden kunnen voor werkzoekenden een belemmering vormen om aan werk te komen. Dit blijkt uit onderzoek van UWV. Om voor dit probleem een passende aanpak te ontwikkelen heeft UWV onderzoek gedaan naar hoe andere Europese landen omgaan met de samenhang tussen financiële problematiek en arbeidstoeleiding. Een quickscanheeft tot de volgende inzichten geleid: -In lang niet alle EU-landen hebben uitvoeringsinstellingen op het gebied van werk en inkomen een goed beeld van de schuldenproblematiek bij uitkeringsgerechtigden. Slechts 4 van de 20 ondervraagde landen kunnen de omvang van het probleem becijferen. -Over samenloop van schuldhulpverlening en uitkeringen is meer bekend. In 7 van de 13 ondervraagde landen is bekend hoe vaak deze vorm van samenloop voorkomt. -De meeste publieke uitvoerders op het gebied van werkgelegenheid en uitkeringen (PES) erkennen schulden als een belemmering voor re-integratie naar werk, behalve Noorwegen, Zweden, Cyprus en Litouwen. Maar een integrale aanpak van re-integratie en schuldhulpverlening maakt in lang niet alle landen deel uit van het armoedebeleid. -Op Europees niveau is vrijwel niets bekend over de effecten van de verschillende strategieën die de verschillende landen gebruiken. Er moet veel meer aandacht komen voor onderzoek naar de effectiviteit van de verschillende strategieën. -De aanpak van UWV, gericht op informeren, signaleren en verwijzen van mensen met financiële problemen, is in lijn met wat er elders in Europa gebeurt. Op het gebied van preventie scoort UWV hoog in Europa. -Enkele landen kennen een meer integrale aanpak van schulden en re-integratie naar werk. Die vereist een intensieve samenwerking tussen de verschillende organisaties die betrokken zijn bij schulden en re-integratie naar werk. -Het belang van werk wordt bij de schuldhulpverlening in verschillende landen ook ingezien. In deze landen kan werk zoeken een voorwaarde voor toelating tot schuldsanering of kwijtschelding van de schulden zijn.
DOCUMENT
Waar doen ze het toch van? Deze vraag stellen veel mensen zich als de buren (weer) een nieuwe auto kopen. Hoewel de vraag mogelijk een negatieve klank heeft, is het antwoord vaak verrassend positief. Hoe komen mensen aan geld en hoe gaan ze ermee om? Welke bronnen boren ze aan om aan geld te komen? Gaat het om werk, een eigen onderneming, een uitkering? Of zijn mensen creatiever door deze mogelijkheden te combineren? Of door op een meer informele manier inkomen te verwerven? Zien we iets over het hoofd? Laten cijfers waarover we beschikken de gehele werkelijkheid van de stad en de samenleving zien? De cijfers van bijvoorbeeld het CBS of de gemeente Den Haag geven een beeld, maar hoe betrouwbaar zijn deze cijfers? De werkelijkheid is mogelijk grilliger dan we denken te weten. Het kan zijn dat mensen in het dagelijks leven meer en andere inkomstenbronnen hebben dan die in de statistieken voorkomen. Beleid en dienstverlening zijn echter wel op deze cijfers gestoeld. Flexibilisering van de arbeidsmarkt leidt – vooral voor degenen die aangewezen zijn op de tijdelijke banen – tot een grillig en dynamisch inkomenspatroon. Inkomen uit loondienst, ondernemen en uitkeringen lopen steeds meer door elkaar. Er wordt steeds meer gecombineerd en nieuwe, hybride vormen van ondernemen zien we om ons heen. Vraag is of we die nieuwe werkelijkheid in beeld kunnen brengen. Om te weten of mensen inderdaad werk en ondernemen combineren of op andere manieren aanvullend inkomen proberen te verwerven, is besloten ze dat te vragen. Hiervoor vond onderzoek plaats in de buurt Laak Noord in de gemeente Den Haag in 2014/2015.
DOCUMENT
De nieuwste cijfers van het CBS laat de vermogensongelijkheid in Nederland duidelijk zien. De 60% laagste vermogensgroep heeft maar 2% van het totale vermogen van 1200 miljard. De rijkste 10% bezitten daarentegen bijna 60% van het totale vermogen. Tegelijkertijd neemt de armoede toe. Meer bijstandsgerechtigden, meer Wajong uitkeringen meer kinderen in de armoede (11%).
DOCUMENT
Hoofdstuk in wetenschappelijke boekeditie van internationaal vakblad Avant Garde Critical Studies
LINK
DOCUMENT
Tot op heden bestond er geen onderzoeksinstrument dat betrouwbaar differentieert tussen broddelende en stotterende clienten. Een door de eerste auteur ontwikkelde test voor spraakmotorische controle op woordniveau is genormeerd en gevalideerd voor broddelende, stotterende sprekers en controles. Dit unieke instrument heeft een differentiaal diagnostische waarde binnen de vloeiendheidsstoornissen.
DOCUMENT
Dit artikel beschrijft de recente ontwikkeling met betrekking tot de Wet Werk en Bijstand (WWB) en sociale activering in Nederland, en dit in vergelijking met de ontwikkelingen in Vlaanderen.
DOCUMENT
Dit is het tweede deel van een drieluik over reïntegratie van bijstandsmoeders in Maastricht. In het eerste deel staan de bijstandsmoeders zelf centraal. In het derde deel wordt de praktijk belicht vanuit de optiek van de samenwerkingspartners van de dienst Sociaal Economische Zaken (SEZ) van de gemeente Maastricht. In dit (deel)onderzoeksrapport staat de WIZ-consulent centraal. In de eerste twee hoofdstukken van het onderzoek wordt de veranderende beleidsarena beschreven waarbinnen dit onderzoek plaatsvindt, landelijk en in Maastricht. In het derde hoofdstuk wordt stilgestaan bij de opzet van het deelonderzoek. Dan volgt de kern van het onderzoek, in vier hoofdstukken wordt de visie van de WIZ-consulenten verwoord op het landelijke- en gemeentelijke beleid, de samenwerkingspartners, de doelgroep bijstandsmoeders en hun visie op eigen handelen en deskundigheid. In hoofdstuk acht staan de conclusies en aanbevelingen. Overigens: de aanbevelingen komen voor een groot deel uit de kokers van de geïnterviewden. Het illustreert hoe goede WIZ-consulenten betrokken zijn op de uitvoeringspraktijk van de instelling en op de cliënten om wie het uiteindelijk allemaal gaat.
DOCUMENT
Ons verouderde, collectieve pensioenstelsel is toe aan een doorstart.
LINK