Tijdens het driejarig verhalenproject voor de midden- en bovenbouw van twee basisscholen was de centrale vraag: hoe verloopt de narratieve ontwikkeling van leerlingen in groep 5 t/m 7? Binnen het verhalenproject zijn de schriftelijke verhalen beduidend langer dan de vertellingen. Toch blijkt uit de inhoud dat het weergeven van een gebeurtenis, van personen, tijd en ruimte al zoveel van de schrijfkwaliteiten van de leerling vergt, dat het jezelf inleven in de lezer waardoor er meer aandacht is voor verrassende wendingen, verlevendiging van het verhaal, verdieping van karakters en het gebruik van verschillende tijds- en plaatsaanduidingen, voor velen een stap te ver is. Dit geldt ook voor het gebruik van specifieke taal binnen de context van het verhaal of de vertelling. Het modelgedrag van de leraren is in de lesbeschrijvingen steeds benadrukt, maar in de praktijk te weinig gemonitord. Ook het gericht geven van feedback op de verschillende genrekenmerken is te weinig structureel en op een verdiepende wijze onder de aandacht van de leerlingen gebracht. Want juist modeling en het geven van goede feedback door leraren en leerlingen kunnen de sleutels zijn voor het verbeteren van de schijfvaardigheid. Daarnaast kan er op het gebied van het reviseren van teksten (herschrijven) ook nog winst behaald worden.
DOCUMENT
Bespreking van: Michiel de Ronde (2019). Leven in verhalen. Begeleiden met mythen, sprookjes en gedichten rond vragen op de levensweg. Utrecht: Eburon. ISBN 9789463012751
DOCUMENT
Verhalen blijven mensen bij en geven ervaringen een betekenis. Verhalen werken verbindend, tussen mensen en in de tijd. Dit geldt ook voor het boek Gezond groot groeien, waarin persoonlijke verhalen van jeugdverpleegkundigen zijn opgetekend. De auteurs laten met de verzameling verhalen zien wat jeugdverpleegkundigen beweegt bij het uitvoeren van hun vak.
DOCUMENT
Voor een minor als Migratievraagstukken, waar het delen van (levens)verhalen en ervaringen een heel belangrijk element is, betekende het ontbreken van ‘echt contact’ met de groep een groot gemis. Desalniettemin kunnen we constateren dat er in het contact dat er wel mogelijk was veel is gedeeld en met oprechte interesse in de leef- en denkwereld van de medestudenten is geluisterd naar elkaar en de studenten elkaar hebben bevraagd. Aan het einde van de collegereeks hoorden we vaak dat de lessen de studenten hadden verrijkt omdat het een inkijkje bood in de levens van leeftijdsgenoten, een inkijkje die anders nooit zou hebben plaatsgevonden.
DOCUMENT
In drie praktijken worden verhalen opgehaald over de gegeven opvoedondersteuning
DOCUMENT
Verhalen van jongeren die niet passen in bestaande scripts van vallen, opstaan en succes worden niet serieus genomen. We luisteren niet eens naar hen. In de ‘Bibliotheek van tussenverhalen’ gebeurt dat wel, vertellen onderzoekers Sebastian Abdallah, Elena Ponzoni en Jacomijne Prins.
MULTIFILE
In het schooljaar 2008-2009 is het driejarige Verhalenproject van het lectoraat Reflectie en Retorica aan de Katholieke Pabo Zwolle gestart op twee basisscholen (St. Martinus uit Vollenhove en De Krullevaar uit Zwolle). De leerlingen in groep 7 hebben drie verschillende verhalen geschreven: een sprookje, een historisch verhaal en een realistisch verhaal. In dit artikel bespreken we het laatste thema van deze cyclus: een hedendaags, realistisch verhaal.
DOCUMENT
Verslag van een onderzoek waarin de cultuurparticipatiepraktijk van het verhalen vertellen op etnografische wijze wordt onderzocht, met name op de betekenis die die praktijk heeft voor de participanten.
DOCUMENT
Publicatie bij de rede van Femke Kaulingfreks, uitgesproken bij de aanvaarding van de functie van lector aan Hogeschool Inholland in Amsterdam op 21 mei 2019.
DOCUMENT