Verslag van een bijeenkomst voor verpleegkundigen en opleiders, georganiseerd door Pieterbas Lalleman en Shaun Cardiff, met als doel in hoeverre er behoefte is aan een landelijke minor Verpleegkundig Leiderschap in de bachelor verpleegkunde.
DOCUMENT
Verslag van een bijeenkomst voor verpleegkundigen en opleiders, georganiseerd door Pieterbas Lalleman en Shaun Cardiff, met als doel in hoeverre er behoefte is aan een landelijke minor Verpleegkundig Leiderschap in de bachelor verpleegkunde.
DOCUMENT
Verslag van een bijeenkomst waarbij de behoefte naar een landelijke minor verpleegkundig leiderschap werd verkend, op 8 april 2016. Doelstelling was het exploreren van ideeën rondom inzicht en draagvlak, inzicht krijgen wie erin wil participeren, en hoe dit te realiseren. Uiteindelijk doel is een landelijke "blended minor" in het curriculum van de bachelor verpleegkunde.
LINK
Verslag van een bijeenkomst waarbij de behoefte naar een landelijke minor verpleegkundig leiderschap werd verkend, op 8 april 2016. Doelstelling was het exploreren van ideeën rondom inzicht en draagvlak, inzicht krijgen wie erin wil participeren, en hoe dit te realiseren. Uiteindelijk doel is een landelijke "blended minor" in het curriculum van de bachelor verpleegkunde.
LINK
Dit onderzoek heeft de beleving van ziekenhuisverpleegkundigen over betekenis en toepassing van leiderschapscompetenties in verpleegkundig handelen in kaart gebracht. Daarnaast was het onderzoek gericht op bewustwording van de ontwikkeling van verpleegkundig leiderschap. METHODE: Het betreft een mixed-methods onderzoeksdesign met kwalitatieve data van 75 diepte-interviews en 24 focusgroepen over een periode van 2 jaar en kwantitatieve data van 430 verpleegkundigen. RESULTATEN: Verpleegkundig leiderschap blijkt vooral gerelateerd aan opkomen voor patiënten vanuit expertise waarvan concrete voorbeelden werden gevonden. Tegelijk blijkt dat verpleegkundigen zich niet volledig bekwaam achten op bachelor niveau; op competenties zoals evidence based practice (EBP), zelfmanagement bevorderen en gezamenlijke besluitvorming is sprake van kennistekorten. Factoren die de ontwikkeling van leiderschap bevorderen zijn werkcultuur-gebonden. DISCUSSIE EN CONCLUSIE: Inzetten op vergroten van bewustwording van zowel onbewuste bekwaamheid als onbekwaamheid naast een veilige teamsfeer zijn belangrijke stappen in de ontwikkeling van klinisch leiderschap. Hierin zijn reflectie en uitwisseling van goede voorbeeldsituaties ondersteunend. Het onderzoek levert een model voor verpleegkundig leiderschap op dat laat zien hoe persoonlijke leiderschapscompetenties door alle verpleegkundigen, ongeacht het functieniveau, worden ingezet in combinatie met expertise die aan het functie en opleidingsniveau is gekoppeld en waarbij gedeeld leiderschap als een gezamenlijke opdracht in teamverband wordt beoefend.
MULTIFILE
In deze rede wordt besproken hoe het lectoraat de beroepsbeoefenaars in het verpleegkundig domein wil ondersteunen en wil bijdragen aan het vormgeven van verpleegkundig leiderschap en ieders professionele eigenheid. De titel van de rede ‘Notes on Nursing 2.0’ wil vooral de noodzaak tot deze veranderingen in het verpleegkundig domein benadrukken. Niet door te veronderstellen dat er niets is veranderd in zorg en verpleegkunde sinds de tijd van Nightingale. Dat is er wel. Opgeleid worden tot een professie in het beroepsdomein is niet alleen een vanzelfsprekendheid maar een eis. Het kennisdomein van de zorg en verpleegkunde heeft zich in verpleegkundige diagnostiek en standaarden verregaand ontwikkeld. Verplegingswetenschappelijk onderzoek, waar Nightingale ooit als eerste vrouwelijke statisticus in het Brits Koninkrijk mee startte, heeft zich een vaste plek in onderwijs en praktijk verworven. Van betekenis willen zijn voor anderen vanuit compassie is nog steeds de beroepsmotivatie, maar van een onderdanige dienstbaarheid is geen sprake meer (Cingel van der, 2012). Tegelijkertijd is in de dagelijkse praktijk volmondig leiderschap nog geen vanzelfsprekend en hapert een optimale beroepsuitoefening door een te lang vastgehouden gelijkheidsprincipe van verschillend opgeleide verzorgenden en verpleegkundigen. Dat is de noodzaak tot verandering waaraan deze 2.0 versie ‘Aantekeningen over het Verplegen’ en het lectoraat de komende jaren wil bijdragen. In hoofdstuk 1 wordt via de metaforen in het verhaal 'De kat die naar de koning keek' de visie op emancipatoir actieonderzoek en de veranderkundige principes beschreven die het lectoraat zal inzetten. Hoofdstuk 2 bevat de aanleiding, missie en onderzoekslijnen die met elkaar samenhangen binnen het lectoraat. In hoofdstuk 3 en 4 wordt ingegaan op de thema's identiteit en leiderschap, waarbij de onderlinge samenhang met de professionele beroepsuitoefening en het ontwikkelen van een onderzoekscultuur wordt besproken. Daarnaast worden specifieke aspecten behandeld die de praktijk en werkcultuur van vandaag beïnvloeden, en wordt beschreven hoe het lectoraat concreet bijdraagt aan de ontwikkeling van verpleegkundig leiderschap en de vorming van de beroepsidentiteit in het betreffende domein. Hoofdstuk 5 bevat een samenvatting van de principes waarop het onderzoeksprogramma is gebaseerd, evenals informatie over lopende en toekomstige projecten. In hoofdstuk 6 vindt u achtergrondinformatie over de lector en de leden van de kenniskring.
MULTIFILE
Introductie van de meest voorkomende leiderschapstheorieën en -modellen. Een korte geschiedenis van het denken over leiderschap en management, en een uitnodiging aan de lezer om hetzelfde te doen. Wat betekent verpleegkundig leiderschap voor de patiënt en zijn familie, voor collega-verpleegkundigen en andere professionals binnen de organisatie?
DOCUMENT
Een andere kijk op verpleegkundig leiderschap, met meer aandacht voor de omgeving waarin dit plaatsvindt, kan helpen om beter te begrijpen wat leiderschap inhoudt en om het 'doen' hiervan zichtbaar te maken. Al jaren wordt veel gezegd en geschreven over verpleegkundig leiderschap. Toch blijft onduidelijkheid bestaan over wat verpleegkundig leiderschap precies is en hoe je dit dan vervolgens doet in de dagelijkse praktijk. Hierdoor ontstaat een paradox; van verpleegkundigen wordt verwacht dat ze leiderschap tonen, maar wat leiderschap precies inhoudt is voor hen onduidelijk. Dit is problematisch, omdat verpleegkundig leiderschap wordt aangedragen als een belangrijk instrument om zowel goede zorg als meer zeggenschap te realiseren.1 Ook zou het een gunstig effect hebben op patiëntuitkomsten, werk- tevredenheid en het behoud van verpleegkundigen voor het vak.2 Hoog tijd dus om meer grip te krijgen op de praktische uitvoering van leiderschap. In dit artikel laten we zien hoe een andere kijk op verpleegkundig leiderschap, met meer aandacht voor de omgeving waarin leiderschap plaatsvindt, kan helpen om beter te begrijpen wat leiderschap inhoudt en om het doen hiervan zichtbaar te maken. Hiervoor gebruiken we fragmenten uit ons onderzoek naar gedifferentieerd werk. We beginnen met een korte schets van hoe verpleegkundig leiderschap nu wordt beschreven, en introduceren daarna een andere kijk op leiderschap.
MULTIFILE
Leiderschap en uitoefenen van invloed ten behoeve van de verpleegkundige beroepsgroep. Daarbij worden verschillende beïnvloedingstechnieken behandeld.
DOCUMENT
DOEL: Deze studie onderzoekt de mogelijke invloed van gender op de historische dynamiek rond verpleegkundig leiderschap. METHODE: Gebruikmakend van een historische onderzoeksbenadering voert deze studie een bronnenanalyse uit met gender als analytische lens, gericht op de ontwikkeling van het verpleegkundig directeurschap in het Sint Radboudziekenhuis vanaf de oprichting van de medische kliniek (1956) tot de uitsluiting van de verpleegkundig directrice uit de directie (1971). RESULTATEN: Er worden zes gendergaps geïdentificeerd, namelijk verschillen in vermeende capaciteiten en kwaliteiten, werk-privébalans, opleiding, salarisstructuur, ondersteuning en gebruik van retoriek. Dit wijst op betrokkenheid van stereotype denkbeelden bij het vormen van de genderasymmetrie binnen het verpleegkundig beroep en de perceptie ervan op de werkplek en daarbuiten. DISCUSSIE: Een geleidelijke uitsluiting van verpleegkundigen op basis van geslacht op strategisch niveau in directies wordt benadrukt. Deze asymmetrie en vooroordelen creëerden een onevenwichtig speelveld, wat de onderhandelingen over de status van het verpleegkundig beroep bemoeilijkte en belemmeringen opwierp voor verpleegkundig leiderschap. CONCLUSIE: Het zichtbaar en bespreekbaar maken van deze vooroordelen kan het bewustzijn vergroten over de wijze waarop historisch gegroeide ideeën en overtuigingen hedendaags verpleegkundig leiderschap beïnvloeden.
LINK
Verpleegkundigen zijn essentieel voor het leveren van goede ziekenhuiszorg. Wanneer zij niet toekomen aan het geven van noodzakelijke zorg leidt dit tot niet-verrichte zorg. Dit heeft negatieve gevolgen voor de patiënt en de arbeidstevredenheid van de verpleegkundige. Het toepassen van vakinhoudelijk leiderschap door verpleegkundigen op de werkvloer is geassocieerd met betere patiëntenuitkomsten en minder verloop van personeel. Verpleegkundigen hebben echter moeite om invulling te geven aan vakinhoudelijk leiderschap in concrete zorgsituaties. Het Kiezen voor Beter onderzoeksprogramma, uitgevoerd door het lectoraat Verpleegkundig Leiderschap & Onderzoek voor Goede Zorg van NHL Stenden Hogeschool en het Medisch Centrum Leeuwarden heeft als doel verpleegkundigen te ondersteunen in het ontwikkelen en toepassen van vakinhoudelijk leiderschap, in samenspraak met de patiënt. Hierbij worden de principes van participerendactieonderzoek en methoden van Practice Development toegepast om tot een duurzame praktijkverandering te komen. Deze rapportage beschrijft een verkenning van niet-verrichte zorg en de verpleegkundige percepties van eigen vakinhoudelijk leiderschap op drie verpleegafdelingen (B, T en U) in het Medisch Centrum Leeuwarden in de periode september 2020 tot juni 2021. Per afdeling is een keuze gemaakt in het aan te pakken praktijkprobleem.
DOCUMENT