Het is algemeen bekend dat de woningmarkt een aantal flinke uitdagingen kent. Er vindt weinig doorstroming plaats. Het gat tussen kopen en huren is groot. Starters komen moeilijk aan een woning. De vergrijzing en veranderende zorgvraag hebben gevolgen voor de inrichting van de woonomgeving en dan is er ook nog het duurzaamheidsvraagstuk. In dit artikel beschrijven wij enkele van de onderliggende trends van deze opgave en verbinden wij dit aan de omslag naar een consument gedreven beheer van de woningvoorraad
In vraaggestuurd competentiegericht onderwijs leren studenten zelf een leerroute kiezen en uitstippelen. Met behulp van de opleiding stellen ze leervragen die daarbij leidend zijn. Nieuw is dat studenten ook zelf vorm kunnen geven aan hun assessmentprogramma. Hoe je als student je nieuw verworven competenties echter vervolgens moet laten beoordelen, is minder duidelijk, ook voor docenten. Binnen de Hogeschool Zuyd is een methode ontwikkeld waarmee studenten de stappen kunnen nagaan die leiden tot een valide beoordelingsvoorstel: een Integrale Beoordelings Constructie (IBC)
Gepersonaliseerd leren is een manier van leren waarbij de student invloed heeft op wat hij of zij wil leren, op welke manier en in welke volgorde. In dit boekhoofdstuk wordt ingegaan op wat gepersonaliseerd leren binnen het Hoger Beroepsonderwijs betekent. Met behulp van een werkmodel wordt dit onderzoek verkend en de resultaten van een kwalitatief onderzoek worden beschreven. Docenten en studenten participeerden in groepsinterviews, waarin zij zijn gevraagd naar hun beelden over gepersonaliseerd leren en naar welke voorwaarden zij zien voor deze manier van leren. Met dit hoofdstuk wordt een bijdrage geleverd aan het in kaart brengen van voorwaarden voor het invoeren van gepersonaliseerd leren.
Om tegemoet te komen aan de eisen die gesteld worden aan werknemers in de huidig snel veranderende samenleving heeft de NHL Stenden Hogeschool gekozen voor een nieuw onderwijsconcept, namelijk Design Based Education (DBE). DBE is gebaseerd op het gedachtegoed van Design Thinking en stimuleert iteratieve en creatieve denkprocessen. DBE is een student-georiënteerde leeromgeving, gebaseerd op praktijk-, dialoog-, en vraaggestuurde onderwijsprincipes en op zelfsturend, constructief, contextueel en samenwerkend leren. Studenten construeren gezamenlijk kennis en ontwikkelen een prototype voor een praktijkvraagstuk. Student-georiënteerde leeromgevingen vragen andere begeleidingsstrategieën van docenten dan zij gewend zijn. Van docenten wordt verwacht dat zij studenten activeren gezamenlijk kennis te construeren en dat zij nauw samenwerken met werkveldprofessionals. Eerder onderzoek toont aan dat docenten, zelfs in een student-georiënteerde leeromgeving, geneigd zijn terug te vallen op conventionele strategieën. De overstap naar een ander onderwijsconcept gaat dus blijkbaar niet vanzelf. Collectief leren stimuleert docenten de dialoog aan te gaan met andere docenten en werkveldprofessionals met als doel gezamenlijk te experimenteren en collectief te handelen. De centrale vraag van het postdoc-onderzoek is het ontwerpen en ontwikkelen van (karakteristieken van) interventies die collectief leren van docenten en werkveldprofessionals stimuleren. Het doel van het postdoconderzoek is om de overstap naar DBE zo probleemloos mogelijk te laten verlopen door docenten te ondersteunen DBE leeromgevingen te ontwikkelen in samenwerking met werkveldprofessionals en DBE te integreren in hun docentactiviteiten. De onderzoeksmethode is Educational Design Research en bestaat uit vier fasen: preliminair onderzoek, ontwikkelen van prototypes, evaluatie en bijdrage aan de praktijk. Het onderzoek is verbonden aan het lectoraat Sustainable Educational Concepts in Higher Education en wordt hiërarchisch en inhoudelijk aangestuurd door de lector. Docenten, experts, werkveldprofessionals en studenten worden betrokken bij het onderzoek. Dit onderzoek kan zowel binnen als buiten de hogeschool een bijdrage leveren omdat steeds meer hogescholen kiezen voor een ander onderwijsconcept.
Werknemers en werkgevers in de Groen Grond Infra (GGI) sector krijgen een steeds grotere rol in de natuurinclusieve transitie binnen de agrarische sector en GGI. Deze groene transitie vereist verschillende soorten kennis, investeringen en inzet van loonwerkers. De betrokken loonwerkers moeten nu niet alleen taken uitvoeren maar ook meedenken over hoe die taken uit te voeren om bij te dragen aan de groene transitie. Een belangrijk onderdeel van deze verandering is dat werknemers als "change agents" gaan optreden. Dit betekent dat ze, dankzij hun kennis en houding, helpen om de groene transitie te realiseren. De GGI-sector omvat veel verschillende werkterreinen, zoals cultuurtechniek, agrarisch loonwerk en beheer van groene ruimtes. Om studenten op te leiden voor de arbeidsmarkt in deze diverse sector, is een nieuwe aanpak nodig. Deze aanpak moet de diversiteit van de sector bedienen en studenten stimuleren om een ondernemende en duurzame rol aan te nemen. Bedrijven, studenten, docenten, onderzoekers en andere betrokkenen gaan in een praktijkonderzoek een leeromgeving creëren die opleidt voor deze "change agents". In dit pilot-onderzoek werken studenten, bedrijven, een docent-onderzoeker, een practor en lector samen met vraaggestuurd onderwijs. Dit betekent dat de leerbehoeften van de studenten centraal staan, binnen kaders van duurzaamheid en natuurinclusiviteit. Het bedrijfsleven en het onderwijs faciliteren het leerproces, bewaken de kaders en reflecteren met de studenten op hun toekomstige rol als "change agents" in de GGI-sector. Het doel van dit pilot-onderzoek is dat studenten GGI(loonwerk) vaardigheden en tools ontwikkelen om mee te denken binnen de groene transitie. Door middel van interviews, Situational Judgement Tests en rubrics wordt inzicht verkregen in dit proces. De onderzoeksvraag is: Hoe kan vraaggestuurd onderwijs, vormgegeven door studenten, bedrijfsleven en Terra MBO, bijdragen aan een ondernemende houding bij GGI-studenten, zodat zij beter kunnen functioneren als "change agents" in toekomstbestendig loonwerk?
Eindhoven en Tilburg zijn welvarende regio's. Maar niet iedereen deelt mee. Uiteenlopende maatschappelijke vraagstukken vergroten de verschillen tussen inwoners en zetten de sociale cohesie in de wijken onder druk. Overheden en professionals zetten programma's in, maar het lukt vaak niet om inwoners te bewegen en transformaties in de wijk te realiseren. Om de maatschappelijke vraagstukken succesvoller aan te pakken wil het consortium de kennis-infrastructuur in de stad versterken. De bestaande Hybride Leeromgevingen (HLO’s) in de wijken worden doorontwikkeld, zodat studenten samen met professionals beter in staat te zijn om vraagstukken van de stad bij inwoners op te halen (vraaggestuurd) in plaats van eigen beroeps- of schoolopdrachten uit te voeren (aanbodgestuurd). Inwoners krijgen hierdoor meer regie over hun eigen vraagstukken. Bovendien worden de HLO's via een nieuw netwerk met elkaar verbonden, zodat ze hun kennis kunnen delen en van elkaar leren. Dit nieuwe kennisnetwerk is de Inclusive Learning Community. Het bestaat uit KennisPunten (de verbeterde HLO's) op fysieke locaties in de wijken en een centraal KennisLab, waar het netwerk wordt beheerd, de kennis wordt verzameld en complexe transdisciplinaire vraagstukken worden aangepakt. In een KennisPunt worden meer studenten ingezet dan in de huidige HLO's, in een multi-level samenwerking met studenten van andere onderwijsinstellingen. Zij werken er nauw samen met wijkinwoners, professionals, docenten en onderzoekers. De KennisPunten worden zo rijke lerende en innoverende omgevingen die volledig in het curriculum zijn ingebed en nieuwe kennis, skills en een includerende attitude genereren. Met behulp van de City Deal Kennis Maken 2023 wil het consortium 12 bestaande HLO's analyseren om via design thinking tot het ideale model voor het KennisPunt en KennisLab te komen. Daarna willen we het model uitrollen naar zoveel mogelijk van de huidige 131 HLO's.