De JeugdzorgPlus is gericht op jongeren niet bereikbaar zijn voor lichtere vormen van hulpverlening en die zonder behandeling een risico voor zichzelf en hun omgeving vormen. Het ministerie van VWS en betrokken instellingen wilden, nu de JeugdzorgPlus ruim tien jaar bestaat, een onderzoek laten uitvoeren onder een grote groep jongeren die ten minste vijf jaar geleden zijn uitgestroomd uit de JeugdzorgPlus. Het onderzoek is deel van de longitudinale effectmonitor JeugdzorgPlus gericht op het verkrijgen van inzicht in de mate waarin jongeren profiteren van de geboden hulp en welke factoren een relatie hebben met de gemeten effecten. Het Verwey-Jonker Instituut en de Hogeschool Utrecht hebben onderzocht hoe het jeugdigen die tussen 2008 en 2013 in de JeugdzorgPlus hebben gezeten is vergaan. Het doel van dit onderzoek was het verkrijgen van inzicht in het welzijn van de jongeren: hoe gaat het nu met de jongeren, hoe kijken zij terug op hun verblijf in de JeugdzorgPlus en wat kunnen we van hen leren? Tevens dient het onderzoek als verkenning voor hoe JeugdzorgPlus instellingen op de langere termijn vorm en inhoud kunnen geven aan follow up onderzoek, waarbij ook de mogelijkheid voor het gebruik van CBS-gegevens en gegevens van gemeenten wordt bestudeerd. In totaal zijn 46 jeugdigen betrokken in diepteinterviews met behulp van de tijdlijn-methode. Aanbevelingen zijn geformuleerd op grond van deze interviews en rekening houdend met ontwikkelingen in de JeugdzorgPlus.
MULTIFILE
De schuldenproblematiek in Nederland is nog steeds groeiende. De impact op de schuldenaar, maar ook op de samenleving, is groot. Financiële problemen zijn voor een groot deel een gedragsvraagstuk. In deze dissertatie staat het gedrag van de groep consumenten met een financiële achterstand centraal. Uit de analyses blijkt dat het niet één specifieke gedraging is die leidt tot financiële problemen, maar een combinatie van verschillende gedragingen die het risico op financiële problemen vergroten. Zo spelen niet bijhouden van de administratie, post en niet vooruit plannen een rol. Analyses naar de oorzaken van deze gedragingen laten bovendien zien dat er verschillende factoren en processen zijn die samenhang vertonen met het financiële gedrag. Onder meer de rol van self-efficacy, self-control en sociale steun, is onderzocht en blijken een samenhang te hebben. Financiële problemen kennen een eigen dynamiek. Eenmaal geconfronteerd met financiële problemen, verandert het gedrag van de consument. Deze verandering wordt deels veroorzaakt, doordat hij zich moet aanpassen en bijvoorbeeld meer gaat bezuinigen. Maar de verandering van gedrag is ook het gevolg van processen zoals schaarste en een veranderende houding ten opzichte van schulden.
De snelle toename van overgewicht en obesitas is een wereldwijd verschijnsel. Oorzaak? Richtlijnen voor gezonde voeding en lichamelijke beweging worden op grote schaal niet gehaald. Een belangrijke risicogroep als het gaat om ongezond gedrag wordt gevormd door jongeren die een laag opleidingsniveau volgen. Het opleidingsniveau en het jong zijn maken dat deze doelgroep moeilijk vatbaar is voor gezondheidsvoorlichting. Jongeren hebben vaak een onvolledig beeld over hoe ze gezond kunnen leven en onderschatten de gezondheidsrisico's die gepaard gaan met hun ongezonde leefstijl sterk. De overheid speelt een belangrijke rol bij de ontwikkeling van gezondheidbevorderende interventies. Zij heeft als taak burgers te informeren en oplossingen aan te dragen voor problemen in de samenleving. Deze verantwoordelijkheid heeft ertoe geleid dat de overheid al jarenlang campagnes ontwikkelt om burgers te wijzen op gezond en veilig gedrag. Er bestaat echter veel onduidelijkheid en onzekerheid over de waarde van communicatie als instrument om het gedrag van mensen te beïnvloeden. Gedrag beïnvloedende communicatie wordt in de overheidsvoorlichting al jarenlang als problematisch beschouwd. Om een blijvende gedragsverandering teweeg te brengen, is het noodzakelijk om te weten hoe het menselijk gedrag werkt en welke factoren hierop van invloed kunnen zijn. Een theorie die het verkrijgen en toepassen van dergelijke inzichten centraal stelt en zich sinds enige jaren in een groeiende belangstelling mag verheugen, is de 'theorie' van social marketing. De inzichten van deze multidisciplinaire aanpak zijn veelbelovend en sluiten goed aan bij het groeiende besef dat gezondheidsinterventies alleen succesvol kunnen zijn indien gekozen wordt voor een geïntegreerde aanpak. Deze publicatie beoogt een bijdrage te leveren aan het verbeteren van gezondheidsvoorlichting aan laagopgeleide jongeren. Er worden nog te veel campagnes ontwikkeld die er niet in slagen deze doelgroep te doordringen van de persoonlijke gezondheidsrisico's die zij lopen. In dit onderzoek zijn de inzichten van social marketing toegepast op de problematiek van overgewicht bij laagopgeleide jongeren. We zijn ervan overtuigd dat met diepgaande kennis van de doelgroep, inzicht in hun gedragingen, motieven, drijfveren, en mediagebruik, ook zij overtuigd kunnen worden van het nut van een gezonde leefstijl.
De online wereld is voor jongeren een vanzelfsprekend onderdeel van hun leefwereld. De meeste jongeren hebben baat bij de online leefwereld: hun cognitieve en sociale vaardigheden nemen toe, en hun vriendschappen en zelfvertrouwen worden gestimuleerd. Een kleine groep (5 tot 10 procent) vertoont online risicogedrag of raakt verslaafd aan sociale media. Deze groep jongeren heeft begeleiding nodig bij het opgroeien in de online leefwereld. Jongerenwerkers zijn sociaal werk professionals die jongeren in kwetsbare situaties (10-23 jaar) begeleiden bij het volwassen worden in de samenleving. Vanuit de leefwereld van jongeren dragen zij bij aan het versterken van de persoonlijke ontwikkeling en participatie en het verminderen van risicogedrag, problemen en uitval van jongeren. Nu de online wereld voor jongeren een vanzelfsprekend onderdeel is van hun leefwereld wordt het voor het jongerenwerk noodzakelijk om ook online te werken. Wat ontbreekt is kennis en handelingsperspectieven voor hoe het jongerenwerk in de online leefwereld jongeren kan vinden, volgen en begeleiden. Hieraan ten grondslag ligt een meer fundamentele vraag. Omdat de leefwereld van jongeren het vertrekpunt van het jongerenwerk vormt, is het jongerenwerk van oudsher gepositioneerd in het vrije tijdsdomein. In de online leefwereld van jongeren vervaagt het onderscheid tussen de opvoeddomeinen thuis, school/werk, vrije tijd waardoor er onduidelijkheid is over de rol van het jongerenwerk in de online leefwereld van jongeren. Dit project beoogt duidelijkheid te creëren over de rol van het jongerenwerk in de online leefwereld van jongeren en in co-creatie met jongeren, jongerenwerkers, studenten en docenten drie methodieken te ontwikkelen (‘Online als vindplaats’, ‘Signaleren online’, en ‘Begeleiden online’). We onderzoeken hoe jongerenwerkers door het vinden, volgen en begeleiden van jongeren in de online leefwereld bij kunnen dragen aan de persoonlijke ontwikkeling en maatschappelijke participatie van jongeren in kwetsbare situaties. Belangrijkste eindproduct is een handboek “Jongerenwerk in de online leefwereld van jongeren”.