De City Deal Kennis Maken biedt de gemeente Breda en aangesloten kennisinstellingen (Avans Hogeschool, Breda UAS, ROC West-Brabant en De Rooi Pannen) kansen de bestaande samenwerking te intensiveren en uit te breiden. Zo willen we de kennis en expertise van de betrokken kennisinstellingen meer inzetten voor maatschappelijke opgaven. Deze insteek past uitstekend bij de stadsslogan van Breda: ‘Breda Brengt Het Samen’. Met de City Deal Kennis Maken willen gemeente Breda en betrokken kennisinstellingen de onderlinge samenwerking opschalen, verbinden en laden. Uitgangspunt zijn bestaande projecten. Doel is om van een projectmatige samenwerking naar een programmatische aanpak toe te werken om daarmee meer samenhang en meerwaarde te creëren. Door onderzoekers, docenten en studenten meer te betrekken in het oplossen van grootstedelijke vraagstukken wordt een versnelling aangebracht: enerzijds door het beter benutten van de ontwikkelde kennis, anderzijds door de stad als contextrijke leeromgeving voor studenten in te zetten. Hiervoor is experimenteerruimte nodig om te kijken wat werkt, wat de succes- en faalfactoren zijn, welke meerwaarde de samenwerking heeft: leren door te doen. Het overkoepelend thema hierbij is Vitaliteit met drie programma lijnen: 1. Vitale burgers, 2. Vitale fysieke omgeving, 3. Vitale bedrijvigheid en werken. Hiermee willen we een impuls aan Breda Vitale Stad geven. Om de doelen te bereiken omvat de aanvraag voor de impulsgelden: • De doorontwikkeling van challenges als gevalideerde onderwijsvorm waarbij studenten vd aangesloten kennisinstellingen multidisciplinair en multilevel (mbo-hbo) samenwerken aan een grootstedelijk vraagstuk ingebracht door de overheid, bedrijf of organisatie; • De verschillende leergemeenschappen in een platform bij elkaar brengen, kennis uitwisselen om daarmee het onderwijs met de stad als leeromgeving doorontwikkelen; • De verschillende bestaande proeftuinen / living labs rondom vitaliteit in een platform bij elkaar brengen en van elkaars ervaringen en expertise leren; • Een aanjager die het proces bewaakt en coördineert.
The DALI project is carried out under the flag of Logistics Community Brabant. DALI is a testing ground aimed at lifting datafication in the logistics sector of the south of the Netherlands to a higher level, consequently future-proofing the sector.DALI focuses on developing knowledge-intensive logistics (smart logistics): devising, developing, demonstrating and applying new logistics working methods. The project’s aim is to create higher added value, increase the efficiency of goods flow handling, and maintain our international market position.Within DALI, 18 companies are carrying out cases in the area of datafication. The findings from the business cases are translated into generic applications for the logistics and supply chain sector and education. In addition, they are developing a community of data and logistics specialists.Partners:LCB, Gemeenten Breda en Tilburg, REWIN, Midpoint Brabant, Ministerie van Economische Zaken en Klimaat, Rijksoverheid, Provincie Noord-Brabant, Regio West-Brabant, Regio Hart van Brabant.In Dutch:Proeftuin van logistieke innovatie. DALI is een project waarin 18 bedrijven pilots uitvoeren om met datatoepassingen processen in de logistiek en supply chain te verslimmen. Vanuit deze pilots worden generieke toepassingen en tools op het gebied van data ontwikkeld voor MKB-bedrijven en het onderwijs.
Vanuit het werkveld bereiken Fontys Sporthogeschool (FSH) regelmatig vragen voor effectievere ondersteuning bij docentprofessionalisering van docenten Lichamelijke Opvoeding (LO). Deze zijn geconcretiseerd naar enkele breed gedeelde praktijk-vraagstellingen. Een innovatieve en veelbelovende methode voor docentprofessionalisering is Lesson Study (LS). Bij LS werken docenten samen aan het ontwerpen, uitvoeren en onderzoeken van een les. Deze aanpak voldoet aan kenmerken voor effectieve docentprofessionalisering zoals omschreven in de wetenschappelijke literatuur. Het is echter nog niet bekend of LS daadwerkelijk effectief is. Het consortium bestaande uit FSH, Universiteit Gent, Universiteit Utrecht, en de Academische Opleidingsscholen West-Brabant, Brabant Noord-Oost, Tilburg en Den Bosch, is daarom gekomen tot de volgende onderzoeksvragen: 1) Wat zijn de effecten van een workshop ‘motivationeel klimaat’ gevolgd door een begeleide lesson study op de vijf niveaus van doorwerking van Guskey (2000), in vergelijking met alleen een workshop? 2) Welke belemmeringen en succesfactoren kunnen er geïdentificeerd worden met betrekking tot het zelfstandig toepassen van de methode lesson study door docenten LO? 3) Hoe waarderen docenten LO en hun leidinggevenden de opbrengsten van de methode lesson study ten opzichte van de tijdsinvestering die deze vergt? In het onderzoek is sprake van een mixed-methods aanpak. De effecten (vraag 1) worden kwantitatief gemeten aan de hand van de niveaus van Guskey (2000) en vergeleken met een controlegroep van scholen die alleen een workshop krijgen. Vraag 2 en 3 worden kwalitatief onderzocht via focusgroepgesprekken (docenten) en semi-gestructureerde interviews (leidinggevenden). De opbrengsten van dit project zijn kennis met betrekking tot de effectiviteit en bruikbaarheid van LS voor docentprofessionalisering bij LO. Deze kennis wordt verspreid met nationale en internationale publicaties en presentaties. Voor het werkveld wordt tevens een symposium georganiseerd. De kennis zal niet alleen indalen in de lerarenopleiding LO van Fontys Sporthogeschool, maar LS zal bij gebleken effectiviteit ook in worden gezet als werkvorm voor LO-studenten die stagelopen.