Het doel van Geld Gappie is om te voorkomen dat de financiële zelfstandigheid die gepaard gaat met 18 jaar worden leidt tot schulden omdat leerlingen niet weten wat er allemaal verandert op financieel gebied als ze 18 worden en wat ze op dit terrein moeten regelen. Het programma richt zich op jongeren die binnenkort 18 worden en die les volgen of gevolgd hebben in het praktijk- en/of speciaal onderwijs. In Geld Gappie ontvangen deze leerlingen daarom intensieve begeleiding bij alle administratieve stappen die gezet moeten worden rondom het ’18 worden’.Om een goed beeld te krijgen van de ervaren knelpunten en succesfactoren, hebben de onderzoekers van de Hogeschool van Amsterdam zeven interviews gehouden met de verschillende betrokken partijen, één keer meegekeken bij een online sessie en hebben vijf jongeren een evaluatieformulier ingevuld over hun ervaringen met het project.De conclusie is dat het Geld Gappie project in de kern een waardevol project lijkt voor kwetsbare jongeren die binnenkort 18 jaar gaan worden. De belangrijkste ingrediënten voor dit succes (succesfactoren) zijn volgens de onderzoekers:1. De preventieve karakter van de aanpak. De kans is hierdoor groot dat schulden en/of betalingsachterstanden tijdig worden gesignaleerd en aangepakt;2. De inzet van het netwerk van de jongere: zowel het netwerk van school als het privénetwerk;3. Aanwezigheid van draagvlak binnen de scholen;4. De manier van communiceren richting de jongeren en hun ouders: helder, begrijpelijk en positieve bejegening;5. De manier van begeleiding: letterlijk ‘naast de jongere zitten’ en samen doen;6. De zogenoemde ‘no way out’ stijl die erop gericht is om jongen binnen boord te houden.Voor een succesvolle opschaling hebben de onderzoekers de belangrijkste knelpunten die zij tegenkwamen in het onderzoek proberen te vertalen naar concrete adviezen. De belangrijkste adviezen zijn:1. Organisatorische adviezen: behoud van kennis kan worden gefaciliteerd middels het invoeren van een nieuwe functie bij Geld Gappie.2. Coach-gerelateerde adviezen: opstellen van concrete profielen voor een geschikte Geld Gappie (m.n. competentie ‘authenticiteit verduidelijken) en waarborgen van continuïteit in de begeleiding.3. Leerling-gerelateerde adviezen: opstellen van duidelijke selectiecriteria en het opstellen van een stappenplan (maatwerk) voor verschillende profielen van deelnemers na 1,5 jaar begeleiding.4. Traject-gerelateerde adviezen: kies voor een hybride werkwijze omdat het online werken succesvol lijkt te zijn.
Om de sport- en beweegparticipatie in Nederland te vergroten wordt gebruik gemaakt van Living Labs. Hier is geen eenduidige definitie voor, maar in de volgende beschrijving wordt getracht de karakteristieke kenmerken goed op te nemen: ‘’Zowel een fysieke locatie als een gezamenlijke aanpak, waarin verschillende partijen experimenteren, co-creëren en testen in de levensechte omgeving, afgebakend door geografische en institutionele grenzen’’ (Schliwa en McCormick, 2016 p.174). Sinds 2019 werkte de gemeente Den Haag en de Haagse Hogeschool op sport- en beweeggebied samen in 2 Living Labs: 1. Sportvereniging H.K.V./Ons Eibernest en 2. Wijkcentrum Bouwlust-Vrederust. Op beide locaties zijn projecten gedraaid in samenwerking tussen de gemeente Den Haag, de Haagse Hogeschool en lokale partijen. Mid-2023 is besloten geen nieuwe projecten meer op te zetten vanuit de 2 bestaande locaties, maar de pijlen te richten op een nieuwe locatie. We verwachten dat dit de onderlinge samenwerking ten goede komt en dat het effect van sport en bewegen op bewoners in een wijk nauwkeuriger beschreven kan worden. Als nieuwe locatie is gekozen voor Brinckerinckstraat 71, 2531 VE Den Haag. Op deze locatie in Moerwijk-Noord is Sociaal Cultureel & Sport Vereniging De Ster (hierna voetbalvereniging De Ster) gehuisvest. Het doel van het Living Lab is om op deze nieuwe locatie samen met bewoners en andere belanghebbenden een buurtsportvereniging (hierna BSV) te realiseren die aansluit bij de behoeftes van de bewoners van Moerwijk-Noord en waar ruimte blijft voor het bestaan van voetbalvereniging De Ster. Om dit te bereiken wordt ingezet op het creëren van een pedagogisch veilige, open en toegankelijke vereniging met verschillende vormen van sporten en bewegen die zijn afgestemd op de behoeften van de wijk. De BSV zou een sociale wijkfunctie moeten krijgen dat bijdraagt aan sport en bewegen. In het verlengde hiervan is er gewerkt aan de volgende visie voor de BSV, opgesteld door de huidige partners (zie hoofdstuk 7.1): “In 2026 wordt de locatie optimaal gebuikt om te sporten en bewegen in de wijk. De Buurtsportvereniging - De Ster (nu Moerwijk-Noord genoemd) draait organisatorisch en financieel zelfstandig met, door en voor de bewoners uit Moerwijk-Noord. De lessen die hieruit voortkomen worden de komende jaren actief gedeeld in het netwerk van Living Labs, en ter gebruik voor andere locaties, zowel binnen als buiten Den Haag.” Inmiddels zijn we een jaar verder en is er al veel gebeurd. Het document wat u nu leest is een verslaglegging en inventarisatie van de ontwikkelingen tot heden en geeft een goed beeld van de huidige stand van zaken. Het document is als volgt opgedeeld: in hoofdstuk 2 zal een terugblik worden gedaan op de Living Labs die zich binnen de gemeente Den Haag de afgelopen jaren op sporten en bewegen hebben gericht. Daarna zal uiteengezet worden hoe het huidige Living Lab tot stand is gekomen. Om een beter beeld te krijgen van de omgeving van Living Lab BSV Moerwijk-Noord wordt in hoofdstuk 3 ingegaan op de geschiedenis, de bewoners, de gezondheid van de bewoners en het beweeggedrag van de bewoners van Moerwijk-Noord. Aan de hand van het BVO-Model (zie hoofdstuk 2) zal vervolgens in hoofdstuk 4, 5 en 6 uitgelegd worden hoe het staat met de hardware, de software en de orgware in het nieuwe Living Lab. Tot slot staan in hoofdstuk 7 conclusies. Op basis van het BVO-Model (zie hoofdstuk 2) zal jaarlijks een nieuwe inventarisatie gedaan worden.
Samen met de gemeente Rotterdam deed het lectoraat een experiment. Het doel was om de werking van WhatsApp-buurtpreventiegroepen te verbeteren. Dit resultaten laten zien dat dit niet eenvoudig is: het vereist de nodige tijd en aandacht. Bij de inzet van WhatsApp-buurtpreventie is volgens de auteurs voorzichtigheid geboden, omdat effecten ook averechts kunnen zijn. Het experiment laat bijvoorbeeld ook zien dat in vergelijking met niet-deelnemers, deelnemers een negatievere perceptie van de veiligheid hadden