De pilot met een brugfunctionaris op twee Groningse basisscholen in een achterstandswijk laat zien dat investeren in de betrokkenheid van ouders en een persoonlijke benadering richting ouders werkt. Ouders zien graag dat er vanuit de school een objectief persoon is die de tijd neemt om ze te ondersteunen bij zowel vraagstukken die direct gerelateerd zijn aan het kind en de schoolse ontwikkeling als vraagstukken die gericht zijn op de ouders of het gezin. Een samenwerking tussen ouders en school verbetert de ouderbetrokkenheid, de problemen van (multi)problem gezinnen komen op tafel en ouders worden versterkt in hun rol als partners in het leer- en opvoedingsproces van hun kinderen.
De term ‘Best persons’ wordt in deze les gebruikt voor: bijzonder slagvaardige mensen die problemen in achterstandswijken helpen aanpakken. Niet alleen professionals, maar ook vrijwilligers kunnen een best person zijn. Het zijn duidelijk geen doorsnee personen, maar personen die door hun omgeving worden opgemerkt als mensen die ‘het verschil maken’. In deze les worden in totaal 5 verbindingen uitgewerkt, oftewel manier om de beweging van onderop en de beweging aan de top met elkaar te verbinden: • best persons • verhalen • verandermethodieken • teamleren • People Analytics In deze openbare les zet de lector zijn visie en die van zijn kenniskringleden uiteen op het organiseren van verandering in het publieke domein. In zijn woorden: Hoe kijken wij daarnaar en wat gaan we komende jaren doen op de snijvlakken tussen onderwijs, onderzoek en beroepspraktijk? Om te beginnen gaan we in op de alsmaar toenemende snelheid in onze maatschappij. We staan daarmee stil bij de maatschappelijke acceleratie die plaatsvindt en wat dit betekent voor het publiek domein (hoofdstuk 2). In het derde hoofdstuk introduceren we ons onderzoeksmodel, dat we in de twee daarop volgende hoofdstukken uitwerken. In hoofdstuk 6 formuleren we ons programma voor onderzoek en onderwijs en in het laatste hoofdstuk gaan we in op de impact die we met dit lectoraat voor publieke professionals willen genereren.
Changemakers in Rotterdam verkennen kansen voor sociaaleconomische groei in achterstandswijkenmiddels de "bezoekerseconomie". Ze staan voor uitdagingen: hoe wijken te laten profiteren,ondernemerschap te stimuleren en lokale weerstand te vermijden? Zij vragen om inzichten en instrumentenrondom drie elementen: bottom-up, verhalend, en verbindend naar alle belanghebbenden. Debezoekerseconomie, hoewel inkomsten genererend en werkgelegenheid scheppend, brengt ook nadelenmet zich mee, zoals vervuiling en stijgende huizenprijzen, zoals Amsterdam voor de coronapandemieillustreert. Desondanks draagt het bij tot brede welvaart in gebieden met economische, ruimtelijke en/ofsociale uitdagingen. Om dit potentieel te benutten, is een nieuwe benadering nodig, waarbij conflicterendestakeholders (bijvoorbeeld overheid, bewoners en natuurbeschermingsorganisaties) stapsgewijs wordensamengebracht om een strategische visie te ontwikkelen.In dit project wordt een prototype van een participatieve, multi-stakeholder scenariomethode ontwikkeld,gericht op ‘inclusieve participatie en co-design' en waarmee op gebiedsniveau de diversiteit aan belangen,veronderstellingen, randvoorwaarden en kansen worden geïdentificeerd en samengebracht. In navolging opde uitdagingen van de changemakers, is een belangrijke component het ophalen en delen van het DNA vaneen gebied. De methode ontwikkelen we in de context van de wijk Feijenoord in Rotterdam. Het stappenplanerkent de diversiteit aan stakeholders die het vraagstuk beïnvloeden, zelfs de ondervertegenwoordigden.Onderzoek naar het herkennen, integreren en benutten van verschillende belanghebbendenperspectieven induurzame stedelijke ontwikkeling is namelijk beperkt gebleken. Vervolgens worden hun verhalen en visieseerst individueel, en daarna gezamenlijk verbeeld. Het resultaat is een bottom-up, breed gedragen kadervoor impactvol ondernemerschap en beleidsoverwegingen van de lokale overheid: “Visie Verbeeld: SamenStreven naar Brede Welvaart middels een Duurzame Bezoekerseconomie”. De methode is niet alleentoepasbaar voor de ontwikkeling van een duurzame bezoekerseconomie, maar kan ook gebruikt worden bijhet bevorderen van brede welvaart in andere lokale en regionale verbanden, zoals bedrijventerreinen enmakers’ districten.Collaborative partnersKenniscentrum Business Innovation van Hogeschool Rotterdam, RBS, Skateland, Gemeente Rotterdam.
Changemakers in Rotterdam verkennen kansen voor sociaaleconomische groei in achterstandswijken middels de "bezoekerseconomie". Ze staan voor uitdagingen: hoe wijken te laten profiteren, ondernemerschap te stimuleren en lokale weerstand te vermijden? Zij vragen om inzichten en instrumenten rondom drie elementen: bottom-up, verhalend, en verbindend naar alle belanghebbenden. De bezoekerseconomie, hoewel inkomsten genererend en werkgelegenheid scheppend, brengt ook nadelen met zich mee, zoals vervuiling en stijgende huizenprijzen, zoals Amsterdam voor de coronapandemie illustreert. Desondanks draagt het bij tot brede welvaart in gebieden met economische, ruimtelijke en/of sociale uitdagingen. Om dit potentieel te benutten, is een nieuwe benadering nodig, waarbij conflicterende stakeholders (bijvoorbeeld overheid, bewoners en natuurbeschermingsorganisaties) stapsgewijs worden samengebracht om een strategische visie te ontwikkelen. In dit project wordt een prototype van een participatieve, multi-stakeholder scenariomethode ontwikkeld, gericht op ‘inclusieve participatie en co-design' en waarmee op gebiedsniveau de diversiteit aan belangen, veronderstellingen, randvoorwaarden en kansen worden geïdentificeerd en samengebracht. In navolging op de uitdagingen van de changemakers, is een belangrijke component het ophalen en delen van het DNA van een gebied. De methode ontwikkelen we in de context van de wijk Feijenoord in Rotterdam. Het stappenplan erkent de diversiteit aan stakeholders die het vraagstuk beïnvloeden, zelfs de ondervertegenwoordigden. Onderzoek naar het herkennen, integreren en benutten van verschillende belanghebbendenperspectieven in duurzame stedelijke ontwikkeling is namelijk beperkt gebleken. Vervolgens worden hun verhalen en visies eerst individueel, en daarna gezamenlijk verbeeld. Het resultaat is een bottom-up, breed gedragen kader voor impactvol ondernemerschap en beleidsoverwegingen van de lokale overheid: “Visie Verbeeld: Samen Streven naar Brede Welvaart middels een Duurzame Bezoekerseconomie”. De methode is niet alleen toepasbaar voor de ontwikkeling van een duurzame bezoekerseconomie, maar kan ook gebruikt worden bij het bevorderen van brede welvaart in andere lokale en regionale verbanden, zoals bedrijventerreinen en makers’ districten.