BackgroundCardiovascular disease (CVD) prevention guidelines stress the importance of smoking cessation and recommend intensive follow-up. To guide the development of such cessation support strategies, we analysed the characteristics that are associated with successful smoking cessation after an acute coronary syndrome (ACS).MethodsWe used data from the Randomised Evaluation of Secondary Prevention for ACS patients coordinated by Outpatient Nurse SpEcialists (RESPONSE) trial (n = 754). This was designed to quantify the impact of a nurse-coordinated prevention program, focusing on healthy lifestyles, traditional CVD risk factors and medication adherence. For the current analysis we included all smokers (324/754, 43 %). Successful quitters were defined as those who reported abstinence at 1 year of follow-up.ResultsThe majority of successful quitters quit immediately after the ACS event and remained abstinent through 1 year of follow-up, without extra support (128/156, 82 %). Higher education level (33 vs. 15 %, p < 0.01), no history of CVD (87 vs. 74 %, p < 0.01) and being on target for LDL-cholesterol level at 1 year (78 vs. 63 %, p < 0.01) were associated with successful quitting.ConclusionThe majority of successful quitters at 1 year stopped immediately after their ACS. Patients in this group showed that it was within their own ability to quit, and they did not relapse through 1 year of follow-up. Our study indicates that in a large group of patients who quit immediately after a life-threatening event, no relapse prevention program is needed.
Stress is van alle tijden en iedereen heeft er wel eens mee te maken. Er zijn veel vormen van stress. Bij de één komt het vooral terug in het werk, bij de ander gaat het om een klusproject dat misloopt. Gelukkig is het meestal tijdelijk en kun je er na afloop met een positief gevoel op terugkijken. Helaas zijn er ook mensen die altijd stress ervaren. En deze groep groeit met de dag. Zeker in deze moeilijke tijd van stijgende energiekosten, dure boodschappen, hoge huren en huizenprijzen. Over dit onderwerp is al veel geschreven en gepubliceerd. Met deze gids voegen de schrijvers iets nieuws toe, want de aandacht voor de doorwerking van stress en met name hoe hier als hulp- of dienstverlener mee om te gaan is belangrijk. Belangrijk om allereerst te begrijpen wat mensen doormaken en daarnaast kan het inleven in iemands persoonlijke situatie helpen om meer begrip te hebben voor omstandigheden waar mensen - vaak als gevolg van externe factoren - in zijn beland. Begrip is in die situaties nodig om een vertrouwensrelatie op te bouwen. Dit boekje is in opdracht van de gemeente Dordrecht, De Sociale Dienst Drechtsteden en MEEVivenz opgesteld door het project Schouder Onder Stress, het lectoraat schulden en incasso van de Hogeschool Utrecht en Marivonne de Groot
Background: Teamwork is essential in healthcare, but team performance tends to deteriorate in stressful situations. Further development of training and education for healthcare teams requires a more complete understanding of team performance in stressful situations. We wanted to learn from others, by looking beyond the field of medicine, aiming to learn about a) sources of stress, b) effects of stress on team performance and c) concepts on dealing with stress. Methods: A scoping literature review was undertaken. The three largest interdisciplinary databases outside of healthcare, Scopus, Web of Science and PsycINFO, were searched for articles published in English between 2008 and 2020. Eligible articles focused on team performance in stressful situations with outcome measures at a team level. Studies were selected, and data were extracted and analysed by at least two researchers. Results: In total, 15 articles were included in the review (4 non-comparative, 6 multi- or mixed methods, 5 experimental studies). Three sources of stress were identified: performance pressure, role pressure and time pressure. Potential effects of stress on the team were: a narrow focus on task execution, unclear responsibilities within the team and diminished understanding of the situation. Communication, shared knowledge and situational awareness were identified as potentially helpful team processes. Cross training was suggested as a promising intervention to develop a shared mental model within a team. Conclusion: Stress can have a significant impact on team performance. Developing strategies to prevent and manage stress and its impact has the potential to significantly increase performance of teams in stressful situations. Further research into the development and use of team cognition in stress in healthcare teams is needed, in order to be able to integrate this ‘team brain’ in training and education with the specific goal of preparing professionals for team performance in stressful situations.
MULTIFILE
Lectoraat Innovaties in de Preventieve Zorg en lectoraat Schulden en Incasso werken samen met paramedische praktijken en het sociaal domein aan interventies waarmee paramedici hun patiënten met geldzorgen beter kunnen ondersteunen en kunnen toeleiden naar het sociaal domein.
Het is erg moeilijk om het welzijn van herpeten vast te stellen zonder invasieve handelingen, zoals corticosteron metingen in het bloed, te verrichten. Dit onderzoek richt zich op het gebruik van non-invasieve (observatie en ontlasting) methoden als valide indicaties van het welzijn van herpeten. Zo kunnen stesshormonen gemeten worden in ontlasting van herpeten (Scheun, Greeff, & Ganswindt, 2018) waardoor bloedonderzoek niet nodig is. Onderzoek heeft uitgewezen dat bij in het wild levende herpeten (roodwangschildpadden, Cash et al. 1997) al binnen een half uur het corticosteron gehalte in het bloed significant hoger is na een hanteersessie. Het is nog niet bekend hoelang het duurt voordat deze corticosteron in de ontlasting te vinden is. De focus van dit onderzoek ligt op de baardagame (Pogona vitticeps) als meest gehouden herpeet in gevangenschap. Na validatie van de observeerbare stressindicatoren met metingen van stresshormonen in de ontlasting, zullen er dieren worden gehuisvest volgens verschillende richtlijnen; bijvoorbeeld van LICG, PvH, het Groot Handboek Terrariumkunde. Vervolgens wordt er gekeken of er een verschil is in de uitingen van stressindicatoren bij verschillende huisvestingsmethoden. Met de metingen van stresshormonen kan tegelijkertijd de vraag beantwoord worden hoelang corticosteron in de ontlasting zichtbaar blijft. De verwachte op te leveren producten zijn; observeerbare gedragsindicatoren voor het meten van welzijn bij de Baardagame, richtlijnen voor het bepalen van welzijn van de Baardagame door professionals zoals de RVO en bijgestelde huisvestingsrichtlijnen te gebruiken door de hobbyist. Dit (praktijk)onderzoek is een samenwerking tussen drie Aeres mbo-locaties Dierverzorging, het practoraat Dierenwelzijn en -gezondheid, het lectoraat ‘Smart Animal Behaviour & Welfare Management’ van Hogeschool Van Hall Larenstein, een dierenartspraktijk en twee belangenverenigingen. De onderzoeksvraag luidt; ‘Is er een correlatie tussen observeerbare stressindicatoren en de stresshormoon spiegel van de Baardagame’?
Om de prehabilitatiezorg betaalbaar te houden, is het van belang om zorg op maat te leveren. De wijze van aanbod is daarnaast van cruciaal belang voor het slagen van prehabilitatie. Niet elke patiënt heeft gesuperviseerde training nodig. Sommige patiënten hebben voldoende aan leefstijladviezen via een mobiele app, terwijl anderen wél gesuperviseerde begeleiding nodig hebben van een zorgprofessional.