Theatervoorstelling ‘Angry Young Men’ is een hip-hop voorstelling van theaterorganisatie WAT WE DOEN. De voorstelling vertelt het verhaal van twee jongens die opgroeien in een wereld waarin ze hun plek niet kunnen vinden. Die op straat hangen. Ze dromen van geld en aanzien, als het moet via de criminaliteit. Aan de hand van gesprekken (een combinatie van rap en spel) met hun moeders en verschillende professionals (docenten, jongerenwerkers, therapeuten, wetenschappers en politieagenten) kijkt het publiek terug op de levens van de jongens: de ene jongen komt om het leven bij een schietpartij. De andere jongen zit vast voor diezelfde schietpartij. Dader en slachtoffer. Ze proberen uit vinden of hun levens anders hadden kunnen lopen. En wie had het dan anders moeten doen?
DOCUMENT
Doelstellingen De mate van betrokkenheid van jonge gebruikers bij wervingsadvertenties voor geldezels op Instagram onderzoeken. Methoden Drie advertenties die de belangrijkste mechanismen voor betrokkenheid bij cybercriminaliteit weerspiegelen en gericht waren op Nederlandse gebruikersclusters werden op twee Instagram-plaatsingen geplaatst. Door middel van dit quasi-experimentele 3 × 2 factorial design konden we het bereik en de weergaven van de advertenties, de doorklikratio's, het geslacht van de deelnemers en de temporele verdelingen van de gebruikersbetrokkenheid analyseren. Resultaten De analyse toont aan dat tot 3% van de jonge gebruikers zich bezighield met de advertenties, vooral met advertenties die een luxe levensstijl promoten en neutralisatietechnieken gebruiken. Mannen waren vaker betrokken en 's nachts werd er meer geklikt. Conclusies Sommige jonge Instagram-gebruikers lijken geneigd om geld te verdienen via hun bankpas en lopen het risico om online betrokken te raken bij cybercriminaliteit. We moedigen toekomstig onderzoek aan om het gebruik van sociale media in criminologische studies verder te onderzoeken. ENGLISH Objectives Examine the level of engagement of young users with money mule recruitment ads on Instagram. Methods Three ads reflecting key cybercrime involvement mechanisms and targeting Dutch user clusters were run on two Instagram placements. By means of this quasi-experimental 3 × 2 factorial design, we were able to analyze the reach and views of the ads, click-through rates, gender of the participants, and temporal distributions of user engagement. Results Mimicking actual recruitment environments, analysis shows that up to 3% of young users engaged with the ads, especially those promoting a luxury lifestyle and using neutralization techniques. Men were more likely to engage, and click-through rates were higher at night. Conclusions Some young Instagram users seem prone to making money through their bank cards and risk becoming involved in cybercrime online. We encourage future research to explore further the use of social media in criminological studies. This is a post-peer-review, pre-copyedit version of an article published in Journal of Experimental Criminology. The final authenticated version is available online at: https://link.springer.com/article/10.1007/s11292-022-09537-7
DOCUMENT
Women and girls represent only a minority in the penitentiary system and in forensic mental health care. About 6%–10% of both prison and forensic psychiatric populations in Western countries comprise women (see for the most recent offi cial statistics in the UK w ww.gov. uk/government, in Canada w ww.statcan.gc.ca, and in the US w ww.bjs.gov) . However, there seems to be widespread agreement that in the past 20 years female offending has been on the rise, especially violent offending and particularly among young women ( Miller, Malone, and Dodge, 2010; M oretti, Catchpole, and Odgers, 2005) . Overall, a disproportionate growth of females entering the criminal justice system and forensic mental health care has been observed in many countries (for reviews, see Nicholls, Cruise, Greig, and Hinz, 2015; Odgers, Moretti, and Reppucci, 2005 ; Walmsley, 2015) . In addition, it should be noted that the ‘dark number’ for women is suggested to be bigger than for men. Offi cial prevalence rates of female offending might constitute an underestimation as women usually commit less reported offences, for example, domestic violence (N icholls, Greaves, Greig, and Moretti, 2015) . Furthermore, it has been found that – if apprehended – girls and women are treated more leniently by professionals and the criminal justice system. Generally, they receive lower prison sentences and are more often admitted to civil psychiatric institutions instead of receiving a prison sentence or mandatory forensic treatment after committing violence ( Javdani, Sadeh, and Verona, 2011 ; Jeffries, Fletcher, and Newbold, 2003 ). Hence, although female offenders compared to male offenders are a minority, female violence is a substantial problem that deserves more attention. Our understanding of female offenders is hindered by the general paucity of theoretical and empirical investigations of this population. In order to improve current treatment and assessment practices, our knowledge and understanding of female offenders should be enlarged and optimised (d e Vogel and Nicholls, 2016 ).
DOCUMENT