Rationale, aims, and objectives: The current study and previous research have called the six-component model of Lützen's 30-item Moral Sensitivity Questionnaire (MSQ) into question. For this reason, we re-examined the construct validity of this instrument. Methods: In this cross-sectional study, which was based on a convenience sample of Dutch nurse practitioners (NPs) and physician assistants (PAs), we tested the validity of MSQ items using exploratory and confirmatory factor analyses (EFA and CFA, respectively). Results: The EFA revealed a two-component model, which was then tested as a target model with CFA and was found to have good model fit. Some items were correlated with two uncorrelated latent constructs, which we labelled as “paternalistic” and “deliberate” attitudes towards patients. Conclusions: As in previous studies, the analyses in the current study, which was conducted among PAs and NPs, did not reveal six dimensions for the 30 items. Two new latent dimensions of moral sensitivity were psychometrically tested and confirmed. These two components relate to studies investigating ethical behaviour, and they can be used to describe the moral climate in healthcare organizations. The scales are indicators of the extent to which health professionals behave in a deliberate (sensitive) or paternalistic (insensitive) manner towards the opinions of patients within the context of medical decision-making.
DOCUMENT
Demand Driven Care plays a key role in the modernization of the Dutch health care system. This modernization is needed because a) clients needs for care increases quantitatively as well as in diversity, b) the financial means for collective services are inadequate, c) the accessibility of health care will depend on clients own responsibility, and d) shortage of professional care givers is foreseen. In the Netherlands, the need for professional care givers increases with an average of 2% every year. Demand Driven Care is an instrument for liberalization of public activities. The Faculty Chair Demand Driven Care focuses on those activities that will contribute to sufficient care supply. Within the program of the chair, activities are executed under the theme of Integrated Care, Substitution, Patient Centred Care, and Home Care Technology with an emphasis on gerontechnology. The Faculty Chair wants to contribute to a better integration and coherence in care. So that clients live and function independently as long as possible and are able to enhance their self management. In addition, health care professionals should be aware of demand driven processes and should have a demand driven attitude towards clients.
DOCUMENT
Rationale, aims and objectives: The aims of this study are as follows: (a) to establish whether a relationship exists between the importance that healthcare professionals attach to ethics in care and their likelihood to report reprehensible conduct committed by colleagues, and (b) to assess whether this relationship is moderated by behavioural control targeted at preventing harm. Method: In this cross-sectional study, which was based on a convenience sample (n = 155) of nurse practitioners (NPs) and physician assistants (PAs) in the Netherlands, we measured ethics advocacy (EA) as a motivating factor (reflecting the importance that healthcare professionals attach to ethics and care) and “behavioral control targeted at preventing harm” (BCPH) as a facilitating factor. “Reporting reprehensible conduct” (RRC) was measured as a context-specific indicator of whistleblowing intentions, consisting of two vignettes describing morally questionable behaviour committed by colleagues. Results: The propensity to report reprehensible conduct was a function of the interaction between EA and BCPH. The only group for which EA predicted RRC consisted of individuals with above-average levels of perceived BCPH. Conclusion: The results suggest that the importance that healthcare professionals attach to ethical aspects in care is not sufficient to ensure that they will report reprehensible conduct. Such importance does not induce reporting behaviour unless the professionals also perceive themselves as having a high level of BCPH. We suggest that these insights could be helpful in training healthcare providers to cope with ethical dilemmas that they are likely to encounter in their work.
DOCUMENT
Waar wijsheid ontbreekt heerst niet vanzelf domheid. Men kan geleerd zijn, zeergeleerd of zelfs hooggeleerd, maar zichzelf geen geleerde vinden. Men kan bovenal van mening zijn zelf de wijsheid niet in pacht te hebben. Laat staan te willen poseren als een wijze. Maar dit soort bescheidenheid is in ons land schaars. Wij noemen nog graag iedere doctorandus een academicus, en iedere hooggeleerde een geleerde. Wij maken nog graag een absoluut onderscheid tussen wetenschappelijk onderzoek en allerlei denkwerk van minder allooi. Wij claimen nog graag een aparte plaats voor de wetenschap. Wij menen nog dat iedere relatie met de universiteit recht geeft op individuele academische vrijheid. Maar waar beperkingen worden bedekt met pretenties ligt domheid op de loer. Zo ontstaat het soort hooggeleerde domheid waar dagelijks menige krantencolumn mee wordt gevuld. Door haar opgeblazen betweterigheid is dit soort hooggeleerdheid misschien vooral lachwekkend. Maar door haar agressieve verwerping van iedere betrokkenheid, of dat nu is bij de professionele beroepspraktijk of bij de vragen van bedrijfsleven en samenleving, verwordt zij tot een gevaarlijke onbescheidenheid. Tegen die domheid wilde ik vanmiddag maar eens waarschuwen.
DOCUMENT
The first PA program in India was established in 1992 with a focus on expanding cardiovascular surgery. Since then, eight additional programs have developed (in total seven baccalaureate and two master's level programs). Approximately 850 graduates are distributed throughout southern India with concentrations near their home universities. While all PAs are trained as generalists, most work in hospitals in specialized roles such as surgery. With service delivery a looming issue in India, there is an increased interest in the PA profession, and existing PA programs are beginning to work together to advance the field.
DOCUMENT
Drs. Peter van der Wel is futuroloog, een bijzonder beroep. Hij is een veel gevraagd spreker op congressen en symposia waar hij een boeiend verhaal over de nabije toekomstverwachtingen neer weet te zetten. Hij weet de feiten uit het verleden, die wij allen kennen, door te trekken naar een toekomstbeeld dat ons prikkelt. Futurologen, zegt drs. Van der Wel, kunnen niet voorspellen, maar ze kunnen ons wel een spiegel voorhouden over hoe dichtbij een soms ongedachte toekomst kan zijn. Hij legt ons daarbij wat vragen voor. Hoe ga je een kennisinstelling inrichten in een wereld die nog veel dynamischer, sneller en minder voorspelbaar is? Is er nog wel behoefte aan grote hoeveelheden kenniswerkers is een van zijn vragen. Drs. van der Wel geeft met de life lezing 2016 van Aeres Hogeschool Dronten invulling aan de merkbelofte van Aeres Hogeschool Dronten; “Economy of Life”. Juist in zijn verhaal komen veel morele en ethische vraagstukken naar voren die om antwoorden vragen. Als hogeschool willen wij naar deze antwoorden op zoek en de uitdagingen aangaan die dat met zich meebrengt. Nu en in de nabije toekomst samen met onze relaties, inspirerend en uitdagend!
DOCUMENT
Het project Financiën in de spreekkamer heeft als doel om een brug te slaan tussen de huisartsenzorg en de aanpak van schulden. In deze samenvatting wordt om te beginnen toegelicht wat het interventiepakket Patiënten met schulden inhoudt. Vervolgens is per projectfase weergegeven wat de belangrijkste opbrengsten en inzichten waren en hoe deze zijn meegenomen in de vervolgstappen. Het interventiepakket Patiënten met schulden: De huisartsenzorg is in het project Financiën in de spreekkamer voorzien van het interventiepakket Patiënten met schulden. Daarmee kunnen huisartsen en praktijkondersteuners (POH’ers), met zeer beperkte inspanningen, financiële problematiek eerder signaleren en patiënten vaker en adequater doorverwijzen. Dat kan bijdragen aan het terugdringen van situaties waarin aanhoudende financiële problematiek tot uiting komt in gezondheidsproblemen en/of doorwerkt in de gezondheidsbeleving.
DOCUMENT
De context van oplopende schuldenproblematiek en de gezondheidszorg die onder druk staat brengt twee werelden samen die meer met elkaar van doen hebben dan op het eerste gezicht wellicht wordt gedacht. Voor veel mensen met (grote) geldzorgen geldt, dat de aanhoudende stress doorwerkt op hun psychisch en fysiek welbevinden. Chronische geldstress maakt ziek. Mensen die leven in armoede en schulden zoeken als zij medische klachten ontwikkelen door de geldstress vaak als eerste de huisarts op. Het project Financiën in de spreekkamer is opgestart voordat corona uitbrak. Tussen juni 2018 en november 2020 hebben Zorggroep Almere en het lectoraat Schulden en Incasso van Hogeschool Utrecht samengewerkt aan de ontwikkeling van een interventiepakket. Het doel van het pakket is huisartsen en praktijkondersteuners te helpen om alerter te zijn op geldzorgen, er vaker over in gesprek te gaan en patiënten adequaat door te verwijzen.
DOCUMENT
Cliëntgecentreerde zorg vormt binnen de Nederlandse gezondheidszorg een belangrijk thema, dat in de praktijk niet eenvoudig uit te voeren blijkt. Ook het multidisciplinaire pijnteam van Adelante te Hoensbroek wil cliëntgecentreerde zorg verder vorm geven in de dagelijkse praktijk. Bij cliëntgecentreerde zorg bepalen niet de zorgverlener en het beschikbare aanbod de inhoud van de zorg, maar wordt in samenspraak met de cliënt gekeken naar wat de cliënt in zijn situatie en met zijn mogelijkheden nodig heeft. Uit onderzoek in de thuiszorg is naar voren gekomen dat de professionals voor cliëntgecentreerde zorg over een aantal specifieke competenties moeten beschikken, namelijk het zorgproces uitvoeren in dialoog, bevorderen cliëntparticipatie en omgaan met spanningsvelden. Bij de competentie ‘Zorgproces in dialoog’ is samenwerking met de cliënt en gezamenlijke besluitvorming van belang; bij het ‘Bevorderen van cliëntparticipatie’ ondersteunt en motiveert de zorgverlener de cliënt om deel te nemen aan het zorgproces en bij het ‘Omgaan met spanningsvelden’, ten slotte, kan de professional omgaan met organisatorische en persoonlijke grenzen en met ethische dilemma’s.
DOCUMENT